“De kans dat iemand een ijzertekort heeft, is niet zo groot,” schrijft het Voedingscentrum op de website. Zo’n mededeling klinkt geruststellend. Het Voedingscentrum zegt daarmee dat als je gezond eet, je voldoende ijzer binnenkrijgt. Dat geldt voor alle micronutriënten, en dat zijn er best veel. IJzer is een sporenelement, zoals andere metalen: zink, magnesium, koper, mangaan en kobalt. Minuscule hoeveelheden ervan worden ingebouwd in grotere moleculen en geven die eiwitten, enzymen, peptiden en hormonen allerlei specifieke functies.

Dat de mededeling komt van het Voedingscentrum, de facto de spreekbuis van de Nederlandse overheid op het gebied van voeding en gezondheid, is op zich een relevant gegeven. De context waarin het gezegd wordt is die van de voedselkwaliteit, -zekerheid en -variatie in Nederland. Die zijn over het algemeen prima in orde.

“IJzertekort is een van de belangrijkste oorzaken van de wereldwijde ziektelast
IJzerstofwisseling
Uitgezoomd wordt het een ander verhaal. “IJzertekort is een van de belangrijkste oorzaken van de wereldwijde ziektelast, en treft vooral kinderen, premenopauzale vrouwen en mensen in lage- en middeninkomenslanden.” Dat is de eerste zin van het artikel ‘Iron deficiency’ (‘ijzertekort’), uit The Lancet van januari dit jaar. Het is het verslag van een groot (literatuur)onderzoek (met 158 referenties) door Duitse, Australische en Nederlandse deskundigen.

De Nederlandse inbreng komt van hoogleraar Experimentele klinische chemie Dorine Swinkels. In haar zeer leerzame oratie Met ijzer bruggen bouwen bij haar aanstelling aan de Radboud Universiteit in Nijmegen uit 2009 sprak zij over nieuwe ontdekkingen in de ijzerstofwisseling, onder meer nieuwe laboratoriumtechnieken om de gevolgen van ijzertekort op te sporen. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen het absolute tekort, wat feitelijk een labwaarde is, en functioneel tekort, dat tot gebrekziekten kan leiden.

Zuinig
“Vermoeidheid, hartkloppingen, duizeligheid, kortademigheid, bleek zien, zweten, hoofdpijn, rusteloze benen: het zijn allemaal klachten die kunnen horen bij een tekort aan ijzer in het lichaam. IJzertekort, of ijzergebrek, is een belangrijke oorzaak van bloedarmoede,” aldus het Radboud in een persbericht. Dat laatste is vrij algemeen bekend, ijzertekort veroorzaakt bloedarmoede. IJzer is nodig voor de aanmaak van hemoglobine, Hb, het eiwit in de rode bloedlichaampjes dat zuurstof uit de longblaasjes bindt, in alle cellen afgeeft en koolzuur mee terug neemt.

“Het lichaam springt zuinig om met ijzer,” schrijft Swinkels in haar oratie. “De kringloop van ijzer is daarom vrijwel gesloten. Het menselijk lichaam bevat 3000-4000 milligram ijzer. Normaal gaat per dag slechts 1 milligram ijzer verloren. Dit verlies wordt aangevuld vanuit de darm, waar het uit het voedsel wordt opgenomen.”

Bloedmonsters worden bij de ijzerdiagnostiek in het lab standaard gecontroleerd op diverse waarden, zoals de stoffen hemoglobine, transferrine en ferritine en de ijzerverzadiging. Die metingen geven uitsluitsel over drie dingen: te veel ijzer, te weinig ijzer of een abnormale verdeling van het ijzer over het lichaam. Dat laatste kan duiden op allerlei kwalen en slecht functionerende organen, vaak met chronische inflammatie als onderliggende oorzaak.

IJzertekort en de bloedarmoede die daarvan het gevolg is, treffen wereldwijd naar schatting 1,2 miljard mensen, vooral kinderen en vrouwen in arme landen
1,2 miljard
“Volgens mij leven we dan ook in een nieuw ijzeren tijdperk,” schreef Swinkels in haar oratie over de nieuwe ontwikkelingen. Maar behalve met de verbetering van de laboratoriumdiagnostiek houdt Swinkels zich ook bezig met het mondiale probleem van ijzertekort, zoals beschreven in ‘Iron deficiency’.

IJzertekort en de bloedarmoede die daarvan het gevolg is, treffen wereldwijd naar schatting 1,2 miljard mensen, vooral kinderen en vrouwen in arme landen. De WHO heeft een programma opgezet om in 2025 het ijzertekort met de helft terug te brengen. Bloedarmoede is meestal eenvoudig te behandelen met ‘ijzerpillen’ en een gezond dieet. Maar in de meeste gevallen is het (absolute of functionele) ijzertekort niet vastgesteld en blijft het onbehandeld. Daarvoor worden internationaal programma’s zoals dat van de WHO in het leven geroepen, gebaseerd op onderzoek van Swinkels en collega’s.

IJzertekort is een onderschatte factor in de ontwikkeling van hart- en vaatziekten
Hartziekten
Een betere analyse van alle aan ijzer gerelateerde meetwaarden, en de combinatie daarvan, heeft Duitse, Zweedse, Finse en Deense onderzoekers op het spoor van hartziekten op latere leeftijd gezet. Niet alleen de in het lichaam aanwezige totale hoeveelheid ijzer (in de opslagvorm van ferritine) is van belang, maar ook het feitelijk gebruikte ijzer, dat in de bloedbaan circuleert (meetbaar als transferrine-verzadiging). De relatie tussen die beide, plus wat andere factoren, gelegd naast cijfers over het voorkomen van (fatale) hart- en vaatziekten, geven een beeld van de relatie tussen een slechte ijzerhuishouding en hart- en vaatziekten.

Volgens de onderzoekers, die hun bevindingen publiceerden in ESC Heart Failure, is ijzertekort een onderschatte factor in de ontwikkeling van hart- en vaatziekten. Voor hun onderzoek keken ze naar gegevens van 12.000 personen van gemiddeld 59 jaar oud, uit drie Europese cohorten. Maar liefst 60% had een absoluut ijzertekort en 64% een functioneel tekort. Dat laatste leidt tot een verhoging van het relatieve risico op een (fatale) hartaandoening van gemiddeld 25%.

Heemijzer
“Deze analyse suggereert dat als er geen ijzertekort was geweest op het aanvangsniveau, ongeveer 5% van de sterfgevallen, 12% van de cardiovasculaire sterfgevallen en 11% van de nieuwe diagnoses van coronaire hartziekten zich niet zouden hebben voorgedaan in het volgende decennium," aldus de onderzoekleider Benedikt Schrage van de universiteit van Hamburg.

De vraag die zich aandient is hoe je ervoor kan zorgen genoeg ijzer binnen te krijgen. Zeker op gevorderde leeftijd, als ijzertekort kritisch kan worden. Eten volgens de Schijf van Vijf, zegt het Voedingscentrum. Dan eet je ook vlees, dat ijzer in de goed opneembare vorm van heemijzer bevat. Plantaardig voedsel bevat alleen non-heemijzer, dat slecht wordt opgenomen (tussen 1% en 10%), maar met vitamine C in de buurt een stuk beter. Vegetariërs en veganisten letten er op dat ze voldoende ijzerrijke producten eten (bonen, soja, noten, bladgroente).
Dit artikel afdrukken