Ons voedselsysteem draagt bij aan de huidige crises rond klimaat, biodiversiteit en chronische welvaartsziekten, en bovendien aan de vertrouwenscrisis bij de boeren. Die crises moeten we niet apart, maar in combinatie aanpakken onder de noemer “Gezondheid in Drievoud”. Dat vindt de Raad voor Integrale Duurzame Landbouw en Voeding.
In het vandaag verschenen rapport Gezondheid in Drievoud - Naar een gezond voedselsysteem voor planeet, consument en boer ontvouwt de Raad een plan van bevlogen mensen die het beste met de samenleving voor hebben.
Het rapport verschijnt in de context van de kabinetsformatie, boerenprotesten, de Farm to Fork strategie van de Europese Commissie en de VN-top over voedselsystemen. Volgens de Raad is er nog te veel denken en doen in hokjes. Departementen, belangenorganisaties en onderzoeksinstellingen werken niet samen vanuit één perspectief. Volgens professor emeritus Edith Lammerts van Bueren, voorzitter van de Raad, zijn samenhang en samenwerking nodig maar niet louter top-down of via het klassieke poldermodel. Lammerts: "er is meer inbreng uit de samenleving nodig. Wij denken aan een Burgerberaad Landbouw en Voedsel, waarin gesprekken plaatsvinden tussen boeren, burgers, bedrijven, supermarkten, mensen uit de gezondheidssector, NGO’s en andere betrokkenen. Dat kan het best op regionaal niveau, maar kan ook landelijk. Daar zullen het rijk en provincies middelen voor vrij moeten maken.”
De Raad doet aanbevelingen aan de hoofdrolspelers in het voedselsysteem. Aan de overheid: voer heffingen in op toegevoegde suiker en zout en op rood vlees, maar maak groenten en fruit goedkoper. Verbied alle kindermarketing, ook op sociale media, voor ongezond en onduurzaam voedsel. En ga weer ruimtelijk ordenen om de stikstofproblemen voor natuurgebieden op te lossen. Aan de voedselindustrie: stop met ultrabewerkt voedsel en kies voor drievoudig gezond. Aan de supermarkten: maak voor consumenten de gezonde keuze de makkelijke keuze. En betaal een hogere prijs aan boeren die goed scoren op drievoudige gezondheid. Aan NGO’s: maak een gezamenlijk triple health-beoordelingssysteem voor supermarkten. En aan het hoger onderwijs: geef voedingskunde een volwaardige plaats in de opleiding van artsen en zorgverleners.
Opvallend: hoewel het woord boeren 160 maal in het rapport voorkomt, bevat het geen nadrukkelijk advies aan boeren, terwijl op het boerenerf de belangrijkste winst voor de planeet te maken valt. Het lijkt erop dat boeren eerder als een resulterende dan bepalende factor van het voedselsysteem gelden. De markteconomie - en daarmee hun afnemers in de verwerkende industrie en detailhandel - vraagt echter juist om hun ondernemerschap.
In het vandaag verschenen rapport Gezondheid in Drievoud - Naar een gezond voedselsysteem voor planeet, consument en boer ontvouwt de Raad een plan van bevlogen mensen die het beste met de samenleving voor hebben.
Het rapport verschijnt in de context van de kabinetsformatie, boerenprotesten, de Farm to Fork strategie van de Europese Commissie en de VN-top over voedselsystemen. Volgens de Raad is er nog te veel denken en doen in hokjes. Departementen, belangenorganisaties en onderzoeksinstellingen werken niet samen vanuit één perspectief. Volgens professor emeritus Edith Lammerts van Bueren, voorzitter van de Raad, zijn samenhang en samenwerking nodig maar niet louter top-down of via het klassieke poldermodel. Lammerts: "er is meer inbreng uit de samenleving nodig. Wij denken aan een Burgerberaad Landbouw en Voedsel, waarin gesprekken plaatsvinden tussen boeren, burgers, bedrijven, supermarkten, mensen uit de gezondheidssector, NGO’s en andere betrokkenen. Dat kan het best op regionaal niveau, maar kan ook landelijk. Daar zullen het rijk en provincies middelen voor vrij moeten maken.”
De Raad doet aanbevelingen aan de hoofdrolspelers in het voedselsysteem. Aan de overheid: voer heffingen in op toegevoegde suiker en zout en op rood vlees, maar maak groenten en fruit goedkoper. Verbied alle kindermarketing, ook op sociale media, voor ongezond en onduurzaam voedsel. En ga weer ruimtelijk ordenen om de stikstofproblemen voor natuurgebieden op te lossen. Aan de voedselindustrie: stop met ultrabewerkt voedsel en kies voor drievoudig gezond. Aan de supermarkten: maak voor consumenten de gezonde keuze de makkelijke keuze. En betaal een hogere prijs aan boeren die goed scoren op drievoudige gezondheid. Aan NGO’s: maak een gezamenlijk triple health-beoordelingssysteem voor supermarkten. En aan het hoger onderwijs: geef voedingskunde een volwaardige plaats in de opleiding van artsen en zorgverleners.
Opvallend: hoewel het woord boeren 160 maal in het rapport voorkomt, bevat het geen nadrukkelijk advies aan boeren, terwijl op het boerenerf de belangrijkste winst voor de planeet te maken valt. Het lijkt erop dat boeren eerder als een resulterende dan bepalende factor van het voedselsysteem gelden. De markteconomie - en daarmee hun afnemers in de verwerkende industrie en detailhandel - vraagt echter juist om hun ondernemerschap.
Ik zal het bekennen en heb het hier ieder gedaan: ik ben ambassadeur van de G1000, zo'n beraad.
En toch heb ik er een hard hoofd in. In privé-gesprekken leg ik dat altijd zo uit: je krijgt terug wat je in de krant leest en die is doorgaans slechts modieus geïnformeerd.
Je krijgt er dus ipv een onmachtige politiek om tot een sociaal contract te komen een soort dictaat van het geldende discours in de media voor terug.
Daar kun je doorheen komen (ik verbeeld me dat FL daar een bewijs voor is), maar het vergt onmenselijk veel openheid van geest (en wordt steeds moeilijker te modereren).
Correctie op de slotalinea: er staan wel aanbevelingen in voor boeren.
Ik noem ze hier:
• Investeer in een veerkrachtige en levende bodem als basis voor drievoudige gezondheid.
• Werk samen met NGO’s, supermarkten en overheden, vooral ook in de regio, aan op triple
health gebaseerde marktconcepten en regionale plannen. En beding daarvoor een hogere prijs.
Je hebt gelijk Wouter, want dat staat op p. 58. Het is echter dun en die aanbevelingen haalden het persbericht niet.
Dat is interessant en geen kritiek, maar een constatering van iets wat waarschijnlijk in het discours zit: de boer heeft geen beweegruimte en dus moet het meeste van andere actoren komen.
In hoeverre ziet het rapport de boer als een actieve participant?
Verreweg de meeste aanbevelingen gelden de nationale en Europese overheid, zegt het rapport enerzijds (zie ook die bladzijden rond p. 58). Anderzijds kiest het voor een burgerraad. Is dat als besluitvormende overheid waar de politiek faalt?
Dat zijn drie opvallende keuzen tegen de achtergrond van een Nederland dat zelfs niet in staat is om een middenkabinet te vormen terwijl het daar alle middelen voor kreeg van de kiezer en er zelfs teksten klaarliggen voor het akkoord om zo'n kabinet te starten.
Onderwijl neemt vooral de detailhandel zijn rol (moet wel, onder druk van NGO's), maar ontvangt die daarvoor nauwelijks lof.
Partners die bij ons komen hebben vaak een visie, maar geen plan of oplossing.
"Iedereen wil naar de planeet mars, maar wie maakt de raket"
Zeg maar de 'hoe vraag', vrijwel altijd draait het daarom.
Als de discussie blijft hangen over het waarnaartoe, dan is in 9 vd 10 keren het niet waard om het uit te draaien op papier. Zonde van de bomen. Voorbeelden van zulke natte scheten:
- ga samenwerken.
- we moeten verduurzamen.
- werk aan de bodem.
- beding een hogere prijs.
Zelfs de slechtste consultant zal deze adviezen geven. Vrijwel altijd gaat het om de vraag "hoe ga je het regelen, wie gaat risico nemen, hoe organiseer je de verandering". Je gaat het pas zien als je het doorhebt, dus.
En heb die roepen om duurzamer, natuurlijke, gezonder, eerlijker zonder een "hoe plan" negeer ze, luister niet naar ze, neem het niet te serieus. Iedereen wil naar mars, maar maar weinigen bouwen een raket en gaan ook.
PS en het benoemen van het Probleem en vertellen wat anderen moeten doen, ook al zo zinloos.
Wouter #4, je kunt kritiek hebben op de vele plannen met plannen waar je het niet mee oneens kunt zijn. En natuurlijk zullen in een markteconomie alleen goede plannen met invullingen van het 'hoe dan?' het verschil maken.
Wat mij fascineert: waarom willen slimme mensen plannen maken voor de samenleving en komen overheden er niet mee?