Dat ontdekte de Wageningse promovendus Evert Los.

Los nam de economische en bedrijfsgegevens van 250 Nederlandse telers van komkommers, tomaten en paprika onder de loep. Uit zijn promotieonderzoek blijkt dat grotere bedrijven over het algemeen een sterkere marktpositie hebben dan kleinere. Doordat zij onder meer het hele jaar door hetzelfde product tegen een vertrouwde kwaliteit kunnen leveren, kunnen ze een gunstigere prijs bedingen, aldus Resource.

Het betekent nou ook weer niet dat alle grote jongens ook automatisch de zilvervloot binnen zien varen, constateert Los. Grote bedrijven kunnen kampen met hoge kapitaallasten (leningen met hoge rentes) en hoge arbeidskosten. Kleine bedrijven met weinig of geen leningen kunnen daarom verhoudingsgewijs ook goed boeren. Dat blijkt echter mede samen te hangen met de groentesoort die ze verbouwen.

Komkommerbedrijven zijn vaak niet groter dan 3 à 4 hectare. Komkommers groeien snel en vragen op piekmomenten om veel arbeid. Net als paprika's zijn het producten zonder noemenswaardige variatie.

Bij tomaten ligt dat anders. Die zijn gemakkelijker en fabrieksmatiger te telen. Bedrijven van meer dan 10 hectare en consortia van 60 tot 80 hectare zijn geen uitzondering. Bij tomaten is sprake van variatie (denk aan het assortiment bij je supermarkt, dat van ronde en lange, stevige en rijper smakende en kleine tot middelgrote en grote loopt) en grote smaakverschillen. Daardoor lopen ook de verkoopprijzen meer uiteen.

Los deed zijn onderzoek bij telers die gefinancierd worden door Rabobank. Wat leert de bank van het onderzoek? "Telers die in de periode 2007-2016, toen de rentes hoog waren, veel geld hebben geleend en energiecontracten hebben afgesloten op een duur moment, zijn kwetsbaar. Alleen bedrijven met een goede liquiditeit en cashflow kunnen momenteel investeren."

Conclusie: een goed onderscheiden grote tomatenteler met weinig lasten verdient een prima boterham. Echt heel veel marge zit er niet op tomaten, tenzij telers een merk van hebben gemaakt. Zulke telers zijn er ook, denk bijvoorbeeld aan Tasty Tom of Looije tomaten. Zo zouden voedselproducenten niet alleen moeten tuinieren, maar ook boeren.
Dit artikel afdrukken