"Je mag de Waddenregio gerust de kraamkamer van de wereldwijde aardappelteelt noemen," zegt Teun de Jong, voorzitter van de Nederlandse Akkerbouwers Vakbond (NAV) vandaag in De Telegraaf. Maar liefst 60% van al het wereldwijd verhandelde pootgoed komt van Nederlandse bodem. Om precies te zijn: van de vruchtbare binnendijkse klei-schil langs de Waddenzee, waar de zeewind in combinatie met koele zomers zeldzaam goede omstandigheden oplevert voor de teelt van ziektevrije pootaardappelen.

En daarom maken De Jong en zijn 2.000 collega's zich grote zorgen over de 'natuurambities' die voor de Waddenregio gekoesterd worden. Want hoe gewenst 'ecologische koppelkansen', 'verzachten van de randen van het Wad' en 'ziltminnende landbouw' ook mogen klinken, de aardappeltelers horen het zoute water al achter de dijk klotsen. "Zout water en akkerbouw zijn vijanden", aldus De Jong.

Wat de natuurlobby uit het oog verliest, zegt Gerard Backx, directeur van aardappelhandelshuis HZPC, is de wereldwijde impact van dit kleine stukje Nederland in de wereldwijde aardappelteelt. De 900.000 ton pootgoed die jaarlijks naar zo'n 100 landen geëxporteerd wordt, is goed voor zeker 90 miljoen ton aardappelen. Ofwel honderden miljoenen mensen die aardappels kunnen eten. Backx ergert zich aan de 'arrogantie' waarmee gesteld wordt dat het wel wat minder kan met de agrarische export van Nederland, omdat eigen voedselvoorziening op orde is. "Dan heb je niets begrepen van de rol die deze vruchtbare delta nu eenmaal speelt in de wereld". Die doet precies wat de regering wil: geen voedsel, maar kennis exporteren. Die zit in een product dat elders aardappelen laat groeien.
De Telegraaf - Natuurambities voor de Wadden bedreigen mondiale voedselvoorziening
  • Deel
Druk af