De naam WUR werkt bij velen als een rode lap op een stier. Veel van de kritiek valt onder een van de volgende drie noemers te scharen: i) WUR is medeschuldig aan de milieu- en klimaatproblemen in het huidige voedselsysteem, ii) WUR werkt te intensief samen met het bedrijfsleven, of iii) WUR moet zich juist nog steviger uitspreken over maatschappelijke problemen, bijvoorbeeld door het uitroepen van de klimaatcrisis, zoals gewenst door Extinction Rebellion. Hoewel ik een deel van de kritiek begrijp, schuilt er tegelijkertijd een groot gevaar in de aannames die achter deze kritieken schuilgaan.

Balans en maatschappelijke rol
Allereerst het begrip. Ook ik vind dat de WUR – net als overigens de meeste andere universiteiten – meer balans kan aanbrengen in haar samenwerkingen met private partijen. Ik opperde al eens het idee om ook een verzamelgebouw voor non-profit organisaties op de campus te bouwen. Ik geloof zeer sterk in het belang van samenwerking en in de onafhankelijkheid van de Nederlandse wetenschap, maar door de samenleving meer mee te nemen in ons onderzoek kan de legitimiteit van opgedane inzichten versterkt worden. Ook sta ik voor de volle 100% achter bewegingen als WOinActie, die pleiten voor een herbezinning van de universitaire financieringsvormen en werkomstandigheden. Universiteiten zijn zich te zeer gaan richten op het behalen van kwantitatieve prestatie-indicatoren, met alle perverse gevolgen van dien.

Tegelijkertijd moeten we er als samenleving voor waken dat een constructief debat over de maatschappelijke rol van de universiteit niet doorslaat in cynisme en de delegitimatie van wetenschap en kennisvergaring
Tegelijkertijd moeten we er als samenleving voor waken dat een constructief debat over de maatschappelijke rol van de universiteit niet doorslaat in cynisme en de delegitimatie van wetenschap en kennisvergaring. Neem nu het verwijt dat WUR medeschuldig zou zijn aan de huidige staat van het voedselsysteem. Natuurlijk, wetenschappelijke kennis en technieken hebben een grote rol gespeeld in de (destijds broodnodige) intensivering van de voedselproductie. Maar wie met de kennis van nu de wetenschap en innovatie van gisteren beoordeelt, toont zich een slecht historicus. Het voedselvraagstuk is continu in ontwikkeling, waarbij de oplossingen van gisteren de uitdagingen van vandaag vormen. Zowel het voedselsysteem als het onderzoek daarnaar zijn nooit af, maar vergen continue heroriëntatie. Verwar de wetenschap daarnaast niet voor de politiek: ons huidige voedselsysteem is primair het gevolg van bewuste politieke keuzes, van Mansholts herstructurering van de Europese landbouw tot de liberaliseringsgolf die vanaf de jaren ’80 is ingezet.

Vrijplaatsen voor debat en reflectie
Daarnaast is ook de veelgehoorde opvatting dat ‘de WUR’ één bepaald productiemodel of toekomstbeeld voorstaat een gevaarlijke. Universiteiten zijn geen eenstemmige actoren, maar vrijplaatsen voor debat en reflectie. Het is precies de reden waarom we het beestje ‘universiteit’ ooit hebben uitgevonden. Juist door het debat aan te gaan, ideeën te toetsen en van daar uit oplossingsrichtingen voor te stellen kunnen we de complexe problemen waar we als samenleving voor staan het hoofd bieden. Daarbij valt of staat de kwaliteit van het debat natuurlijk met het respecteren van de wetenschappelijke methode, in al zijn variëteit. Juist vanwege het belang van deze meerstemmigheid, ben ik ook uiterst kritisch over het uitroepen van ‘de klimaatcrisis’ of elke andere vorm van collectieve stellingname in naam van de academie.

Met bovenstaande wil ik geenszins betogen dat u niet kritisch mag zijn, graag zelfs! Ik vind dat we als wetenschap nog veel sterker de dialoog met andere denkers en doeners aan kunnen en moeten gaan. Maar wees tegelijkertijd voorzichtig met onze instituties. Bekritiseer ideeën en onderzoeken, maar koester het debat en de onafhankelijke kennisvergaring. Het is een van de bouwstenen van onze liberale democratie; Trumpisme is niet ver. Ik kijk uit naar uw kritiek!
Dit artikel afdrukken