Directe aanleiding voor het onderzoek was het stopgezette ICT-project Inspect (dat tientallen miljoenen had gekost), maar zeker ook de al jarenlang aanhoudende (re)organisatieproblemen en personeelstekorten. Mede hierom stapte per 1 mei jl. inspecteur-generaal Rob van Lint op.

Deloitte constateert dat de NVWA op 100 van de 152 toezichttaken tekort schiet. Zo wordt er nauwelijks gecontroleerd op gevaarlijke stoffen en allergenen in voedsel, is de controle op babyproducten en kinderspeelgoed ondermaats, blijven misstanden buiten zicht van het risicogericht toezicht, is er geen mankracht voor fraude-onderzoeken en controleert de NVWA te weinig op dierziekten. Dat laatste verhoogt niet alleen het risico op uitbraken, maar kan er ook toe leiden dat landen hun grenzen sluiten voor Nederlandse exportproducten. Verder zou de NVWA zich niet aan de Europese verplichting houden om veevoer in een laboratorium te onderzoeken; dat kan fraude én milieuschade (door te veel koper en zink in het voer) in de hand spelen. Ook schiet de controle op mestfraude te kort, wat een gevaar is voor de Nederlandse 'derogatie', de ontheffing om meer mest uit te mogen rijden en meer koeien te kunnen houden.

Het rapport ontbeert een terugblik
Bij BNR reageert GroenLinks-Kamerlid Laura Bromet furieus. "Wij moeten als consument zeker kunnen weten dat alles wat we kopen veilig is. Het moet wel opgelost worden, natuurlijk." Maar hoe dat moet, weet Bromet ook niet. "Misschien moeten we wel denken aan het opsplitsen van die verschillende onderdelen, omdat het niet meer behapbaar is. Ze hebben nu te veel taken en te weinig geld en aandacht."

De tijdelijk opvolger van Van Lint, Maarten Ruys, waagt zich niet aan een "indrukwekkende en allesomvattende plannen", schrijft het Financieele Dagblad. Ruys stelde eerst een 'herbezinningsdocument' op. Dat blijkt een waslijst aan organisatieproblemen, van hoge werkdruk, administratieve rompslomp, een kloof tussen top en werkvloer, 'eilanden' die nauwelijks samenwerken tot "een grote verandermoeheid in de organisatie."

'Toekomstbestendige NVWA'
Hoe verder? Dat is de voor de hand liggende vraag. Daar schrijft Schouten het volgende over: "Het rapport wijst duidelijk uit dat kiezen voor uitbreiding van de capaciteit van de NVWA niet zonder meer de enige oplossing is." Dus worden mogelijke alternatieven en andere 'gezamenlijke handelingsperspectieven' in kaart gebracht, zoals het afsplitsen en elders onderbrengen van taken, doorlichten van bestaande wet- en regelgeving op efficiëntie, evalueren van acceptabele risiconiveau's, onderzoeken van nieuwe technieken en handhavingsinstrument of het aangaan van een maatschappelijke dialoog om de verwachtingen die de samenleving heeft van het toezicht bij te stellen. Schouten besluit: "Versterkt door het feit dat in de afgelopen maanden is gebleken dat bij veel medewerkers energie aanwezig is om de organisatie te verbeteren heb ik er vertrouwen in dat we met de juiste verbeteraanpak en prioritering de NVWA toekomstbestendig kunnen maken."

'Voorzienbare risico's niet ingecalculeerd'
Het rapport ontbeert een terugblik. De NVWA is het resultaat van politieke besluitvorming die volgens insiders geleid heeft tot een gedrocht als gevolg van verkeerde besluitvorming. Doel van de samenvoeging van de vele diensten die Bromet nu weer zegt te willen opsplitsen, was het verlagen van de kosten van de drie separate rechtsvoorgangers: de Voedsel- en Warenautoriteit, de Algemene Inspectiedienst en de Plantenziektekundige Dienst. Het levert niet de beoogde besparing op. In een rapport uit 2013 concludeerde de Rekenkamer al dat het kabinet inschattingsfouten heeft gemaakt. De drie inspectiediensten zouden volgens het kabinet in 2007 in één organisatie met € 50 miljoen minder toe kunnen dan als drie zelfstandige organisaties. De Rekenkamer schreef destijds: "Schaalvoordelen en andere methoden van toezicht leiden echter niet tot de gehoopte besparingen bij de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit). De voor- en nadelen van het fuseren van deze drie overheidsdiensten zijn vooraf niet gedegen geanalyseerd. Voorzienbare risico’s, zoals met ICT, zijn niet goed ingecalculeerd. De verwachting is dat aanvullende taakstellingen voor 2018 en later evenmin gehaald zullen worden." In 2013 werd geconstateerd dat de NVWA €50 miljoen boven de begroting van €94 miljoen uitkwam.

Deloitte heeft anno 2020 nogmaals geconcludeerd wat de Rekenkamer in 2013 al constateerde. Echter zonder de oorzaak nog eens onder de aandacht te brengen en te benadrukken dat er al 7 jaar niets is gedaan met conclusies van de Rekenkamer.
Dit artikel afdrukken