Afgelopen donderdag schreef Sylvia Witteman, lady-boomer bij uitnemendheid, in de Volkskrant een hilarische liefdesverklaring aan de bamischijf. Ja, de bamischijf. Er was enige commotie ontstaan op twitter over de teloorgang van ons nationale culturele erfgoed naar aanleiding van dat glimmende kitschding op houten wielen van de koning, u weet wel, en toen werd ook de bamischijf genoemd.

Smulpaap
Sylvia is een smulpaap en nam het dan ook met verve op voor deze verrukkelijke, typisch Nederlandse snack. Bij nadere beschouwing is er misschien meer typisch aan dan Nederlands. Maar dat doet er niet toe, we leven immers in een eclectische, symbolische wereld.

Sylvia is behalve een smulpaap ook een erudiete, bereisde wereldbeschouwer en schuwt de grote woorden niet. Dit is de centrale quote uit haar column: “De bamischijf is het kloppend hart van onze vaderlandse cultuur, de krokante, sappige belichaming van Hollandse deugden als zuinigheid, vlijt, reislust en inventiviteit!”

Komt de bamischijf ook maar in de buurt van die andere schijf, de Schijf van Vijf? De 'tussendoortjes poster' van het Voedingscentrum is het voedingskundige equivalent van de plaatjes van longkankerlongen op pakjes sigaretten. Niets wat ook maar in de buurt van de frituurpan komt staat erop
Het kost de lezer mogelijk enige moeite te onderscheiden of ze alles wel meent wat ze zegt. Juist dat is de meesterproef die alleen grote satirici doorstaan. Glansrijk, in haar geval. Want ze legt met al dat gebadineer wel haarfijn uit waarom we eerder de Gouden Koets moeten omsmelten en opstoken dan de bamischijf verbannen uit het snackassortiment.

Tussendoortjes
Het punt waar Sylvia met luchtig gemak overheen stapt, omdat enige ernst daarover haar betoog om zeep zou helpen, is dat we zo langzamerhand wel van de bamischijf en andere gefrituurde tussendoortjes af zouden moeten. Juist om de toekomst van ons land, dat zo rijk is aan cultuur, veilig te stellen, moeten sommige iconen sneuvelen.

Er zijn frietbakkers die claimen dat ze een ‘gezond product’ verkopen, want bereid met biologische aardappelen en gebakken in plantaardig vet van slaafvrije plantages. Maar dat zijn allemaal leugens. Friet, gefrituurde suikers met zout en mayo, is het slechtste soort voedsel dat verkrijgbaar is. Van een chemische analyse van de bamischijf hoeven we niet veel beters te verwachten.

Het Voedingscentrum, het nationale geweten in voedingskwesties, kent niet de bamischijf maar wel de bamibal. Komt de bamischijf ook maar in de buurt van die andere schijf, de Schijf van Vijf? Het Voedingscentrum heeft een ’tussendoortjes poster’ laten drukken, die verkrijgbaar is in de webshop. Ophangen op school, in de sportkantine of waar maar kinderen en hun ouders komen. Het is het voedingskundige equivalent van de plaatjes van longkankerlongen op pakjes sigaretten. Niets wat ook maar in de buurt van de frituurpan komt staat erop.

Rechtschapenen
Het probleem is, in de woorden van Bertolt Brecht, dat de rechtschapenen geen gevoel voor humor hebben. In de recente door Unicef (humorlozer vind je ze niet) aangezwengelde discussie over foute voeding voor kinderen valt vooral de verontwaardiging op, de ontzetting over de gebrekkige kwaliteit van zoveel voedingsmiddelen voor kinderen. Daar moet wat aan gedaan worden, want het is een schande. Maar wie neemt de schande op zich, pakt zijn verantwoordelijkheid, en laat zich inspireren? Hoe lang hou je dat vol? “Appelpartjes met pindakaas? Ben je wel helemaal in orde, papa?”

Is humor de redding van de bamischijf? Bamisschijf, BMI-schijf… Nee. Alleen verstandig serveren als onderdeel van de warme maaltijd, bereid in de airfryer met weinig vet, als vleesvervanger, vergezeld van broccoliroosjes, gestoomde worteltjes en eventueel nog wat zilvervlies rijst. Met dat soort (on)gein is de sfeer thuis tenminste gered. Eet smakelijk.
Dit artikel afdrukken