STAF lijkt te suggereren dat Vollenbroek omkoopbaar is. Op Prikkebord zegt voormalig STAF-voorzitter John Spithoven, thans voorzitter van de Stichting Stikstofclaim, hardop dat de overheid smeergelden betaalt. De tekst waarmee hij het artikel van STAF doorplaatste op het open platform luidt: MOB ontvangt ruim €155.000,- aan smeergeld van provincie ambtenaren. Gisteren kwam het kwartaalblad van STAF uit. Daarin verslag van diverse onderzoeken. Het eerste artikel gaat over de MOB die voor het NIET gebruiken van zijn bezwaarrecht €155.000 ontvangt van de provincie Friesland voor een Nbw vergunning van een vuilverbrandingsoven. Ambtenaren die publiek geld inzetten als smeergeld. We glijden echt af hier in Nederland naar een bananenrepubliek.

We namen gistermiddag contact met Vollenbroek op om te vragen of het feitenrelaas zoals STAF dat reconstrueert, correspondeert met de feiten zoals hij ze ziet. Er blijkt een fors chronologisch gat tussen te zitten dat de suggestie die Spithoven doet, uiterst onwaarschijnlijk maakt en de publicatie niet rechtvaardigt, behalve door afgeleide doelen zoals het in diskrediet brengen van Vollenbroek in de gespannen situatie rond de stikstofcrisis.

Naast actievoeren op basis van juridische procedures tegen milieuvergunningen, doet MOB ook aan technisch advies- en begeleidingswerk. Uit het uitgebreide feitenrelaas dat Vollenbroek opstelde (zie onder en op de website van MOB) valt af te leiden dat wat Spithoven als 'smeergeld' interpreteert, door STAF wordt gezien als een vermenging van het inkopen van adviesdiensten in ruil voor een clementere benadering door Vollenbroek als milieuactivist. Uit de chronologie van de feiten blijkt echter dat MOB niet betaald kan zijn om procedures te staken.

De case die STAF boven water haalde, spitst zich toe op de bouw van de afvalverbrandingsinstallatie van Harlingen (Reststoffen Energie Centrale, REC). Op 13 januari 2010 werd die vergunning vernietigd door de Raad van State. MOB was in die procedure formeel zelf geen partij. In het najaar van 2010 werd een nieuwe, op sterk aangescherpte normen gebaseerde vergunning aangevraagd die in 2012 onherroepelijk werd door een positieve uitspraak in een procedure bij de Raad van State.

De werkzaamheden die MOB verrichtte worden door Vollenbroek uitgebreid toegelicht. Ze betreffen werk als expert-vertrouwenspersoon ten behoeve van het publiek en technisch advies bij het opstellen en later uitvoeren van werkzaamheden om de verbrandingsoven optimaal te laten functioneren. Die werkzaamheden werden pas in 2014 aangevangen, ruim nadat procedures tegen de Harlinger afvaloven nog enige relevantie konden hebben. De suggestie dat er keep-your-ennemies-close geld zou zijn betaald plaatst de publicatie dan ook in kwaadwillend licht. Er zou sprake kunnen zijn van uitgesteld 'smeerwerk', maar dat zou een wel heel erg ver gezocht complottheorie zijn gezien het feitenrelaas van Vollenbroek waaruit vooral een professionele relatie met overheden, de GGD en tegen de overheid procederende partijen in Harlingen naar voren komt.

Vollenbroek vindt het journalistieke graafwerk van STAF onder de maat. Het opvragen van documenten had de door hem als doelbewuste negatieve beeldvorming rond zijn persoon en organisatie ervaren publicatie van STAF kunnen voorkomen. De onzorgvuldige autorisatie van de tekst - die STAF niet toepaste - leidt wat hem betreft nodeloos tot 'misverstanden en onjuiste conclusies'. Ten aanzien van Spithoven schiet hij uit zijn slof: riooljournalistiek. Dat is niet correct, want Spithoven is geen journalist maar voorzitter van de Stichting Stikstofclaim die als belang heeft om melkveehouders achter zich te verenigen in een procedure tegen de Staat.

Reactie Johan Vollenbroek op artikel in STAF van september 2020/STAF
In de jaren 2005-2010 werden er naar onze mening te veel nieuwe afvalverbrandingsinstallaties gebouwd. Tegen vrijwel alle nieuwbouwprojecten heeft MOB geprocedeerd samen met en namens de stichting Natuur & Milieu (N&M). Dat leidde bij AVR Rotterdam (Brielselaan) tot succes. De oude oven werd gesloten: er werd ook geen nieuwe oven gebouwd.

In eerste instantie werd ook namens de stichting N&M beroep ingesteld tegen de bouw van de afvalverbrandingsinstallatie van Harlingen (Reststoffen Energie Centrale, REC). Dat leidde op 13 januari 2010 tot vernietiging van de vergunning op grotendeels formele gronden. Zie de uitspraak1. Hierin was MOB zelf formeel geen partij zoals uit de uitspraak blijkt.
De Stichting Afvaloven Nee verzocht daarop om op grond van de uitspraak de bouw stil te leggen. Dit werd verzoek werd door de Raad van State afgewezen.

In oktober 2010 werd een nieuwe omgevingsvergunning afgegeven. Hiertegen is door Waddenvereniging en SAN opnieuw beroep ingesteld. Niet door N&M omdat de vergunning zodanig gerepareerd was dat een nieuw beroep door ons kansloos werd geacht. Ook hadden provincie en REC ingestemd met scherpere stof-, zoutzuur en dioxine (en furanen)-emissienormen dan de landelijke en Europese eisen. Voor de dioxine-emissienorm was zelfs een norm opgenomen van 0,01 nanogram/m3 in plaats van 0,1 nanogram/m3 (wettelijke norm).

Vanaf 2010 heeft N&M/MOB dus geen juridische procedures meer gevoerd in het kader van wel/geen Wabovergunning. SAN en anderen gingen wel door. Wij stonden hen wel pro bono met raad en daad terzijde. In 2012 werd dit beroep definitief door de Raad van State verworpen en was de vergunning onherroepelijk geworden.

De oven gaf vanaf inbedrijfstelling vaak problemen. Vanaf het begin waren er veel storingen en er kwamen vaak forse stofpluimen naar buiten tijdens storingen én tijdens op- en afstoken.
Een dioxine-onderzoek in 2013 van scharreleieren liet hoge concentraties dioxines zien in de eieren. Een contra-expertise van RIVM bevestigde de resultaten.

Daarop werd door de provincie/gemeente Harlingen in 2014 besloten om een luchtkwaliteitsonderzoek (immissieonderzoek) uit te gaan voeren compleet met een begeleidingscommissie met daarin onder andere burgers van Harlingen.

MOB werd daarop verzocht om als vertrouwenspersoon van de bevolking deel te nemen aan de begeleidingscommissie. MOB stemde toe op twee voorwaarden: (1) betaalde opdracht omdat er al heel veel tijd pro bono was ingestoken, en (2) MOB onafhankelijk zou kunnen adviseren.

GGD werd daarom opdrachtgever, niet de provincie. MOB heeft geassisteerd bij het schrijven van het bestek en aanbesteding van een groot opgezet luchtkwaliteitsonderzoek, dat uiteindelijk door GGD Amsterdam op correcte wijze is uitgevoerd, daarin begeleid door de commissie waarin ook MOB zat.
Gaandeweg het proces werd duidelijk dat dioxines en furanen niet als immissie konden worden gemeten, maar beter als emissie aan de schoorsteen.

Daarom werd ook daarvoor door ons een bestek gemaakt en Europees aanbesteed. Dat werd gewonnen door een Duits bureau dat daarna ruim een jaar bemonstering en metingen aan de schoorsteenpijp heeft uitgevoerd, daarin ook mede begeleid door MOB.

Al snel bleek dat tijdens normaal bedrijf de dioxine-emissies laag waren (< 0,01 nanogram/m3 bij een landelijke/Europese norm van 0,1 nanogram/m3). Ook bleek dat tijdens op- en afstoken tijdens storingen wel forse hoeveelheden dioxines en furanen werden uitgestoten.
Grasonderzoek dat in de omgeving van REC groeit liet ook verhoogde dioxineconcentraties zien.
Ook dit hele onderzoek is begeleid door MOB in verband met onze expertise op gebied van afvalverbranding.

Intussen was ook een werkgroep opgestart die tot taak had om de oorzaak én de oplossing te vinden van de “dioxinepluimen”. Ook MOB werd gevraagd om hierin deel te nemen. REC heeft zich ingespannen om het aantal storingen te minimaliseren. MOB heeft de oplossing van het probleem aangedragen. Zo werd afgesproken dat de bypass niet meer zou gaan worden gebruikt, maar dat gebruik zou gaan worden gemaakt van elektrisch voorverwarmde doekfilters. De bypass werd daarmee overbodig.
Dit bleek prima te werken zoals de online bemonsteringen op dioxines en furanen bevestigden.

Er is dus in een periode van circa 3 jaar aan drie forse projecten een belangrijke bijdrage geleverd die er uiteindelijk ertoe leidde dat de dioxine en furanen emissies werden geminimaliseerd zoals ook de wet voorschrijft. Het project is daarop afgesloten. In ons archief zijn alle activiteiten gedocumenteerd met vele rapporten, verslagen, etc. STAF heeft niet de moeite genomen om die op te vragen.

Korte reactie op artikel in STAF
Wij zijn gebeld door Geesje Rotgers met het verzoek om informatie. Die hebben wij gegeven. Daarna is geen conceptartikel naar ons teruggekoppeld hetgeen door ons als onzorgvuldig wordt gezien. Dit had misverstanden en onjuiste conclusies kunnen voorkomen.

Inhoudelijk m.b.t. het artikel:
Wij zijn niet gebeld door een “hooggeplaatste politicus”, maar door de GGD.
“Vollenbroek vecht de vergunningen die volgen niet aan”. Echter, er volgden helemaal geen vergunningen! In 2012 had de Raad van State het laatste beroep van onder andere SAN en Waddenvereniging verworpen. De Wabovergunning was daarmee onherroepelijk geworden. Dit statement is dus geheel misplaatst.
De vergunning is later alleen aangepast om de door MOB aangedragen belangrijke wijzigingen in het proces van de oven in de vergunning vast te leggen. De provincie weigerde dat in de werkgroep zodat MOB daarna een formeel verzoek daartoe indiende. De provincie was hierover “not amused”.
“Friesland heeft haar afvaloven weten te behouden”. Ook volkomen misplaatst: de vergunningen waren sinds 2012 onherroepelijk. Wel is dankzij adviezen van MOB het probleem van forse emissies van dioxines en furanen tijdens op- en afstoken en tijdens storingen grotendeels opgelost.
De opdracht was niet van de gemeente Harlingen, maar van de GGD.
MOB heeft inderdaad een deal gesloten met een grote raffinaderij in Rotterdam over emissiebeperking. Wij worden dan natuurlijk niet betaald door het bedrijf omdat dit onze onafhankelijkheid zou beïnvloeden. MOB heeft dergelijke deals die goed uitpakten voor het milieu vaker gesloten. Zo is voorkomen dat er in Eemshaven nog een tweede kolencentrale zou gaan worden gebouwd.

Dat MOB zich tijden het werk aan de REC inderdaad kritisch ten opzichte van provincie en Fumo opstelde blijkt wel uit een door MOB opgesteld rapport van 2 februari 2016 naar aanleiding van een grote storing met een forse dioxinepluim in oktober 2015. De bijlage is een van de vele door MOB geproduceerde stukken. Hieruit:

“Een punt van zorg is de houding van de REC. REC/OMRIN reageert uitermate defensief en lijkt de gebeurtenissen van 1 oktober als een incident af te willen doen. REC is ook bepaald niet oplossingsgericht bezig gezien het feit dat er op dit moment (bijna 4 maand na het “incident”) nog steeds geen voorstel van REC ligt om de problematiek rond de bypass van het doekenfilter adequaat op te lossen. REC ontkent dat er met betrekking tot het regelmatig en standaard inzetten van de bypass over het doekenfilter een structureel probleem is.
De houding van Fumo/provincie2 sluit hier naadloos bij aan. Bij Fumo/provincie wordt duidelijk een aversie geconstateerd om de problematiek van de structureel voorkomende bypass helder op tafel te leggen. Door de ontkenning van deze problematiek is er ook bij Fumo/provincie tot nog toe geen enkele inzet geconstateerd om tot oplossing hiervan te komen ondanks dat daar sinds 1 oktober 2015 toch ruim de tijd voor is geweest. Dit betekent dat tot op dit moment voor zover bekend noch REC noch provincie noch Fumo initiatieven hebben ontplooid om herhaling van de dioxine eruptie op 1 oktober te voorkomen. Dat stemt tot grote zorg. Uit de discussies die op verschillende momenten met Fumo zijn gevoerd blijkt een erg defensieve houding en een duidelijke aversie bij Fumo om adequaat te handhaven bij REC”.


Ook:
“Uit de voorliggende nota lijkt op te maken dat provincie/Fumo structureel weinig grip lijken te hebben op de gebeurtenissen bij de REC. Provincie/Fumo accepteren ook de systematisch verhullende informatie over storingen en normoverschrijdingen bij REC. Deze gebrekkige informatie wordt ook op de website van de provincie gezet. Onduidelijk is waarom provincie/Fumo deze gebrekkige informatie accepteren. Provincie/Fumo zijn meer bezig met ontkenning en verhulling in plaats van een identificatie van de onderliggende oorzaken van de dioxine eruptie en vervolgens aan te pakken. Er is evident een aversie aanwezig om de problematiek rond de REC structureel aan te pakken. Uit de gebeurtenissen van 1 oktober blijkt dat het dringend gewenst is om een aantal voorschriften op korte termijn aan te vullen en/of aan te scherpen. De noodzaak hiertoe wordt simpelweg ontkend door provincie/Fumo”.

Conclusie: hierin staan bepaald geen vleiende conclusies over provincie en Fumo. Dit toont ook dat MOB zich onafhankelijk opstelde tegenover de provincie.

Reactie op stuk op “Prikkebord”:
“MOB ontvangt ruim €155.000,- aan smeergeld van provincie ambtenaren. Gisteren kwam het kwartaalblad van STAF uit. Daarin verslag van diverse onderzoeken. Het eerste artikel gaat over de MOB die voor het NIET gebruiken van zijn bezwaarrecht €155.000 ontvangt van de provincie Friesland voor een Nbw vergunning van een vuilverbrandingsoven. Ambtenaren die publiek geld inzetten als smeergeld. We glijden echt af hier in Nederland naar een bananenrepubliek”.

Reactie:
MOB heeft nooit geprocedeerd tegen de Nbw-vergunning van de afvalverbrandingsinstallatie van REC Harlingen. Wel namens N&M tegen de milieuvergunning (nu Wabovergunning) in 2009/2010. Daarna niet meer, zie boven.
Tegenover alle betalingen staan rekeningen met precies aangegeven wat daarvoor gedaan is. Alle rapporten, evaluaties e.d. zijn in het archief van provincie en gemeente aanwezig.
Opdracht kwam overigens van de GGD omdat MOB op dat moment op behoorlijke schaal procedeerde tegen natuurvergunningen van uitbreidende Friese boeren én Friese mestvergisters. MOB wilde daarom persé geen opdracht van de provincie.

Kortom: STAF slaat de plank flink mis met onjuiste interpretaties en niet gedragen conclusies en insinuaties. Verder een flink stuk riooljournalistiek op “Prikkebord” , een forum van de melkveehouderij.

Tot slot
Het geld (ik weet niet of het totaal bedrag juist is en of het in- of exclusief BTW is) is onder andere besteed aan werk dat we pro bono doen. Het heeft ons ook mede in staat gesteld om het PAS af te schieten. Daar zit natuurlijk een fors stuk rancune van STAF en een deel van de agrisector die tussen 2015 en 2019 zijn gang kon gaan met uitbreidingen.
Verder merk ik nog op dat de overheid nu €180 miljoen uitgeeft om nertsenfokkers te laten stoppen.

Dit is meer dan €1 miljoen per stoppend bedrijf met als enige tegenprestatie om te stoppen.

Voor het bij de GGD gedeclareerde bedrag heeft MOB drie jaar lang heel veel werk geleverd hetgeen is vastgelegd in talloze rapporten, nota’s, etc.. Deze stukken zijn allemaal in te zien dan wel verkrijgbaar bij de provincie, gemeente én MOB. STAF heeft kennelijk niet de moeite genomen om deze op te vragen. Ook niet bij MOB.
De publicaties in STAF van september en het stuk op Prikkebord zijn incorrect en lijken vooral uit op karaktermoord.

MOB doet overigens onregelmatig ook advieswerk. Zo assisteert MOB de gemeente Sliedrecht sinds 2005 betaald om de emissies van DuPont en Chemours (een chemische reus in Dordrecht) zo goed mogelijk omlaag te brengen. In de laatste jaren wordt dit betaald gedaan in opdracht van drie Drechtsteden. Op deze manier kan MOB pro bono werk blijven doen zoals de handhavingsprocedures tegen circa 100 biomassacentrales die nu lopen. Er is niemand noch een organisatie die MOB daarvoor betaalt.

Bijlage (voorbeeld van één van de vele outputs van het REC project):
Nota evaluatie van dioxine emissiepiek REC derde meetperiode (oktober 2015), datum 2 februari 2016

Nijmegen/6 september 2020/Johan Vollenbroek

1. Uitspraak RvS. Hierin is MOB zelfs geen partij, maar treedt op namens de stichting Natuur & Milieu
2. Fumo is bevoegd gezag namens de provincie
Dit artikel afdrukken