“Uit dit rapport blijkt dat de Nederlandse suikerindustrie gelijkaardige strategieën als de tabaksindustrie gebruikt om via de wetenschap suiker in een positiever daglicht te plaatsen.”

Met dat pittige statement in de inleidende samenvatting opent het rapport ‘Big Sugar’ in Nederland – de versmelting van wetenschappers en de suikerindustrie dat de voedselwaakhond foodwatch opstelde. Van negen Nederlandse voedingswetenschappers, allen verbonden (geweest) aan Nederlandse universiteiten, wordt in detail, met staatjes, de betrokkenheid bij de suikerindustrie ontrafelt. Lees voor betrokkenheid: geld in ruil voor uw wetenschappelijke opinie en het actief uitdragen daarvan.

Die betrokkenheid loopt of liep via het Kenniscentrum Suiker & Voeding. Dat is geen onafhankelijk instituut, wat de naam zou kunnen suggereren en wat de organisatie graag uitstraalt, maar een belangenvereniging en lobbyclub van de suikerindustrie. Het is geheel gefinancierd door Cosun Beet Company, voorheen de Suiker Unie, de grootste suikerproducent in Nederland.

Anonimiseren
Opmerkelijk is dat de namen van de wetenschappers (bijna allen hoogleraren) in het rapport niet genoemd worden. Is foodwatch doorgaans niet vies van enig activistisch aan-de-paal-nagelen, ditmaal is ervoor gekozen “bloot te leggen wat de invloed van de (suiker)industrie op de wetenschap is en dat hierover onvoldoende transparantie is,” teneinde “de onafhankelijke voedingswetenschap te beschermen”.

Het anonimiseren lijkt een respectvolle keuze, want “wat foodwatch niet wil is individuele wetenschappers reputatieschade berokkenen”. Maar - en dat weten de opstellers natuurlijk ook - het is een koud kunstje te achterhalen wie het betreft.

Opmerkelijk is dat de namen van de wetenschappers (bijna allen hoogleraren) in het rapport niet genoemd worden
Gevaar voor volksgezondheid
Niet eerder is zulk uitgebreid onderzoek gedaan naar de financiële banden tussen Nederlandse universitaire medewerkers (sinds 2000 officieel geen ambtenaren meer, maar toch betaald van onze belastingcenten) en de branche van voedingsmiddelenproducenten die door collega’s van diezelfde wetenschappers meer en meer in het nauw wordt gebracht omdat hun producten mogelijk de volksgezondheid bedreigen.

Spin in het web is genoemd Kenniscentrum Suiker & Voeding (KSV). KSV heeft een ruim budget voor de productie van brochures, position papers, YouTube-filmpjes en ander propagandamateriaal, waaraan die voedingsprofessoren natuurlijk niet gratis meewerken.

Planmatig
Voor wie de discussie over suiker volgt, is het geen nieuws dat sommige professoren industriebelangen verdedigen. foodwatch wil met dit rapport aantonen dat de beïnvloeding van de publieke en wetenschappelijke opinie en van de consensus over suiker planmatig en uitgekiend is.

Dat gaat volgens foodwatch als volgt: “KSV gebruikt in hoofdlijnen dezelfde strategieën als de tabaksindustrie om suiker te verdedigen: (1) onderzoek(ers) financieren, (2) onderzoek verspreiden als het de eigen belangen ondersteunt, of bekritiseren als dat niet het geval is, (3) de pers en media gebruiken om de eigen belangen te vertegenwoordigen (4) gunstige onderzoeksresultaten gebruiken om te lobbyen bij beleidsmakers en (5) niet altijd transparant zijn over de betrokkenheid van de industrie.”

Vertrouwen
De wetenschappers bevuilen volgens foodwatch hun eigen nest. “Ook de schijn van belangenverstrengeling en beïnvloeding is hierbij onwenselijk: door de associatie met de industrie daalt het vertrouwen in de wetenschap.” Dat kan de wetenschap, zeker die van voeding en gezondheid, helemaal niet gebruiken. Juist omdat de voedingswetenschap zo boterzacht en suikerzoet is, schiet een kenner van het terrein overal gemakkelijk gaten in. En dat doen of deden de negen dan ook stelselmatig op bestelling, betoogt foodwatch. Tegen zwakke bewijzen is het gemakkelijk argumenteren.

Bedragen worden evenmin als namen genoemd. Hoeveel de negen bijverdienden met hun werk voor KSV, zegt foodwatch niet. Het zou leuk zijn om te weten, maar het is niet echt relevant. Het is niet alleen een morele vraag, of wetenschappers zich door de industrie mogen laten betalen. Het is uiteindelijk vooral een praktische vraag: hóe laten wetenschappers zich betalen. Zonder bemoeienis en geld van de industrie is onderzoek in dit vakgebied vrijwel ondoenlijk. En niet alleen aan de WUR, die om die reden steeds sterkere banden met de commercie heeft moeten ontwikkelen.

Hoeveel de negen bijverdienden met hun werk voor KSV, zegt foodwatch niet. Het zou leuk zijn om te weten, maar het is niet echt relevant
Toerfiets
foodwatch hoopt met dit rapport te bereiken dat welgevallige wetenschap tegen betaling verboden wordt of in ieder geval niet meer getolereerd door de academische wereld. Dat zou dan een mooi resultaat zijn. De vraag is wel wat dat dan betekent. Wie maakt zich druk om wat die gepensioneerde hoogleraren bijschnabbelen, na hun dagelijkse rondje op de toerfiets? foodwatch maakt er een serieus punt van, en dat is vanuit het oogpunt van voorlichting aan de consument een belangrijk principieel punt. Maar de vraag is wat de werkelijke impact van een lobbyclubje als KSV is.

Het rapport is een novum voor Nederland. Het geeft te denken. Hoe zit het met andere takken van de voedingsmiddelenindustrie? Of is de janboerenfluitjes-promotie van andere producten Oud-Hollands onschuldig en eten we toch wel aardappelen en kip? Wat ook het commentaar op dit rapport kan zijn, iets minder onnozel naar de voedingsmiddelenindustrie kijken kan geen kwaad.
Dit artikel afdrukken