Om met het ei te beginnen: dat is niet meer de gevaarlijke cholesterolbom die het was volgens onderzoekers uit vorige decennia, zoals professor Martijn Katan.

Het eten van eieren en vlees heeft niet de verhogende werking op die bloedwaarden zoals dat destijds werd aangenomen
Bloedwaarden
De afgelopen jaren is veel veranderd in de kijk op verzadigd vet, cholesterol en hart- en vaatziekten. Overeind is blijven staan dat hoge bloedwaarden van cholesterol en verzadigd vet een relatie hebben met hart- en vaatziekten. Maar het eten van eieren en vlees heeft niet de verhogende werking op die bloedwaarden zoals dat destijds werd aangenomen. Het lichaam regelt zelf de opname en aanmaak van cholesterol, een essentiële bouwstof.

Het inboeten aan kracht van de verzadigdvetdoctrine van de afgelopen halve eeuw is zowel te danken aan verbeterde onderzoekstechnieken als aan de analyse van de besluitvormingsprocedures die de doctrine hebben gevormd. Die analyse heeft aan het licht gebracht dat voedingsadvies politiek gemotiveerd kan zijn, en niet wetenschappelijk.

Geoxideerde cholesterol
Verzadigd vet in voeding bestaat uit verschillende soorten vetzuren, alle met verschillende metabole effecten. Dierlijk vet bevat bovendien ook onverzadigde vetzuren, die juist goed zijn voor het hart. Eieren bevatten veel cholesterol, maar het eten daarvan verhoogt niet noemenswaardig de schadelijke soort geoxideerde cholesterol (oxLDL) die bijdraagt aan atherosclerose.

“We vonden geen significante verbanden tussen de consumptie van eieren en vetten in het bloed, sterfte of ernstige gevallen van hart- en vaatziekten”. Dat is de uitkomst van het onderzoek dat resulteerde in de publicatie met de titel ‘Association of egg intake with blood lipids, cardiovascular disease, and mortality in 177,000 people in 50 countries’ in The American Journal of Clinical Nutrition.

Rekenwerk
Dat zijn veel mensen in veel landen, maar het blijft een ‘associatie’, een relatie. En dat is geen oorzakelijk verband, zullen de critici van epidemiologisch rekenwerk roepen. De bewijskracht van dit soort onderzoek, dat uit de hoek van de Canadese PURE-studie komt, is onderhevig aan discussie.

PURE is een groots opgezette, doorlopende prospectieve observationele studie, die ‘de oorzaak van de oorzaken’ van welvaartziektes probeert te achterhalen. Het ‘prospectieve’ houdt in dat het cohort gevolgd wordt, over jaren. Dat geeft een betrouwbaarder beeld dan een retrospectieve studie. Sommige sceptici rennen niettemin naar de uitgang als ze het woord ‘PURE’ horen. Maar toch: het eiereten is nu afgestreept door PURE.

Cholesterolsceptici
In het brede veld van de meer of minder wetenschappelijke bestudering van voeding in relatie tot de volksgezondheid waren al veel langer stemmen te horen die het ei verdedigden. Onder andere die van de cholesterolsceptici, die zo luidruchtig waren dat ze in 2007 zelfs het tv-programma Radar haalden.

De opvatting dat verzadigd vet niet slecht is, maar juist goed, gaat nog verder terug en heeft vele proponenten. Een speciale plek in het enthousiasme voor verzadigd vet wordt ingenomen door kokosvet. Of kokosolie, naar gelang de vloeibaarheid. Maar anders dan de vroege verdedigers van het ei krijgt de voorhoede van kokosvet de wetenschap niet aan zijn kant.

Er bleef niets over van de claims van kokosvetenthousiastelingen
Bewijskracht
De titel van het artikel in het vakblad Circulation verraadt al iets van de onderliggende strijd van de onderzoekers, namelijk die tegen de beeldvorming: ‘Coconut Oil’s Health Halo a Mirage, Clinical Trials Suggest’. Het aureool van gezondheid dat kokosvet heeft is een illusie, blijkt volgens hen uit klinische onderzoeken. De New York Times stelde in 2016 na een enquete onder lezers vast dat 72% kokosvet als een gezonde vetsoort beschouwde.

Klinische trials hebben qua bewijskracht meer status dan epidemiologisch onderzoek. Singaporese onderzoekers vergeleken 17 klinische studie met elkaar. In elk van die trials werd kokosvet vergeleken met een andere vetstof, meestal een andere plantaardige olie. In die vergelijkingen kwam kokosvet er steeds slecht af. Er bleef niets over van de claims van kokosvetenthousiastelingen. Het verlaagde niet, maar verhoogde het LDL aanzienlijk. Het verbeterde niet de markers in het bloed van andere vetten, noch van de glucosehuishouding of van inflammatie.

Laurinezuur
Verder blijkt niets van de gunstige werking van het laurinezuur, waar kokosvet voor de helft uit bestaat, op de onderzochte niveau’s van de vetten in het bloed. Omdat laurinezuur een middellangketenvetzuur is, zou het zich anders gedragen dan andere verzadigde vetzuren, die lange ruggengraten van koolstofatomen hebben. Maar daar was niets van aangetoond, aldus de onderzoekers.

In 2003 was (onder meer door prof. Katan) al aangetoond dat laurinezuur “een gunstiger effect op het totaal: HDL-cholesterol [had] dan elk ander vetzuur, zowel verzadigd als onverzadigd”. Het verhoogt zowel LDL als HDL en zou dus neutraal zijn, maar het effect van een hoger HDL (het ‘goede’ cholesterol) op hart- en vaatziekten is gering, stellen de onderzoekers. De bottomline: kokosvet is een verzadigd vet met de nadelen van andere verzadigde vetten en verdient niet het aureool van een gezond vet. Dat primitieve volkeren kerngezond blijven op een dieet van kokosnoten – een vaak gehoord argument – is niet te danken aan het vet, maar aan het vezel- en antioxidanten rijke vruchtvlees van de kokosnoot, dat maar weinig vet bevat.

Geloof in kokosvet komt veel voor onder mensen met een gezonde leefstijl
Virussen
Is dit het laatste woord over kokosvet? Waarschijnlijk niet. Een belangrijk gegeven, dat de verhoging van vetdeeltjes, waaronder cholesterol, in het bloed irrelevant maakt, is dat gezonde, actieve mensen er geen last van hebben. Zij verbranden dat vet in hun spieren. En geloof in kokosvet komt veel voor onder mensen met een gezonde leefstijl.

Daarnaast verschilt de kwaliteit van kokosvet enorm. Uit geraffineerd kokosvet zijn juist de heilzame stoffen van ruwe kokosvet verdwenen. Ook is het aandeel laurinezuur daarin verminderd. En juist dat laurinezuur heeft een belangrijke plaats in een ketogeen dieet, dat ook als interventie bij neurodegeneratieve ziekten zoals alzheimer wordt gebruikt. Het bewijs daarvoor is nog anekdotisch, het enthousiasme evenwel groot.

Ook komt laurinezuur voor in moedermelk, waar het een anti-microbiologische werking heeft. Het doodt ongewenste bacterieën en virussen…
Dit artikel afdrukken