De regering en het Landbouw Collectief onderhandelen niet meer met elkaar om het stikstofdossier op te lossen. Het Collectief gooide de deur in het slot. Eén van de heetste hangijzers is het uitwisselbaar maken van twee typen stikstof, zodat de industrie en bouw boeren kunnen uitkopen. De regering wil dat zo. Stikstofkenner Jan Willem Erisman, directeur van het Louis Bolkinstituut, legt uit waarom dat voor de natuur weinig tot niets oplost. Als het om beleidsredenen toch zou moeten, dan stelt hij voor om méér ammoniak per eenheid stikstofdioxide te rekenen.
Het Landbouwcollectief eist dat er schotten komen tussen ammoniak (NH3) emissies en stikstofdioxiden (NOx) zodat bij saldering er niet uitgewisseld kan worden. De andere sectoren zouden juist graag ruimte bij de landbouw zoeken om te salderen omdat er relatief veel te halen is. Landbouw heeft immers de grootste bijdrage aan de depositie en boeren zijn tegen relatief lage kosten uit te kopen. Van de NOx-emissies gaat 85% de grens over. Wie dus een depositie-effect wil sorteren op de Nederlandse natuur moet zwaar terug in emissie. En dat is dus nogal duur. Het Landbouwcollectief vreest dat de landbouw uitgekocht gaat worden ten koste van woningbouw, luchtvaart en meer asfalt. Ik wil de vraag vanuit het natuurbelang stellen. Is er ook vanuit de natuur een belang om schotten te zetten tussen NOx en NH3?
Algemene effecten van stikstofdepositie op natuur
De belangrijkste effecten van reactief stikstof (alles behalve het niet-reactieve N2) op de natuur zijn bodemverzuring en bemesting. Bodemverzuring leidt tot uitspoeling van nutriënten terwijl een verhoogd stikstofaanbod leidt tot een verdere onbalans in de voeding van vegetatie en tot versnelde groei van stikstofminnende planten. De gevolgen van beide processen zijn een grotere gevoeligheid voor droogte, een verhoogde kans op het ontstaan van ziekten en plagen, verdwijnen van nuttige schimmels en andere soorten in de bodem, en een verschuiving van stikstofarme natuur met zeldzame soorten naar veel voorkomende stikstofminnende soorten. Deze effecten hebben ook grote gevolgen voor het hele voedselweb. De insectenstand en hun diversiteit gaat er door achteruit. Dat heeft een direct effect op dieren die van insecten leven. Ook treedt door verzuring kalkgebrek op. Naast deze algemene effecten van stikstofdepositie, zijn er ook grote verschillen tussen de effecten van de verschillende vormen van stikstof die de natuur binnenkomen.
Ammoniak en stikstofoxiden worden in de lucht gebracht door verschillende bronnen. Een deel van de gassen komt direct terecht op de vegetatie of de bodem (droge depositie), de rest wordt door de wolken en regen opgenomen en komt met neerslag op het aardoppervlak (natte depositie). Door de goede oplosbaarheid in water is de opname van NH3 aan de oppervlakte verreweg het hoogst; omdat het voornamelijk afkomstig is uit bronnen aan de grond vlakbij natuurgebieden is de concentratie daar ook hoog. Daarom levert ammoniak een grote bijdrage aan de stikstofdepositie. Ondanks die hoge lokale bijdrage is er door de verspreiding en verdunning ook altijd een bijdrage over lange afstand aan de depositie, maar die neemt snel af. Voor stikstofoxiden ligt het precies omgekeerd: de depositiesnelheid is vrij laag door de slechte oplosbaarheid, waardoor het transport naar verder weg veel groter is.
Stikstof komt de plant voor het grootste deel binnen via bodem en wortels. Hoewel opname door het blad relatief klein is, is de invloed toch ecologisch relevant. Veel plantensoorten die belangrijk zijn voor de biodiversiteit hebben slechts een zeer beperkt vermogen om de door het blad vanuit de atmosfeer opgenomen stikstof te assimileren, waardoor toxische reacties optreden.
In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat zowel NOx als NH3 de groei van planten stimuleren bij lage concentraties en remmen bij hoge. Het blootstellingniveau waarbij stimulering overgaat in remming is veel lager voor NOx dan voor NH3. Dit omslagpunt wordt niet zozeer bepaald door de stikstofbehoefte van planten, maar meer door de detoxificatiecapaciteit van de plant. De respons op NOx en NH3 hangt ook af van N toevoer via de wortels.
Bodemverzuring
Ammoniak kan verzurend werken wanneer het ammonium door micro-organismen tot stikstof wordt omgezet in de bodem. Dat is een reactie die snel optreedt als de bodem niet zuur is. Planten houden bij opname van voedingsstoffen hun lading neutraal. De opname van NH4+ gaat daarom gepaard met uitscheiding van H+ en draagt daarmee ook bij aan bodemverzuring.
Als planten nitraat opnemen, nemen ze ter neutralisering ook een H+-ion op. Als al het in de bodem gevormde nitraat door de planten zou kunnen worden opgenomen, wordt de bodem dus niet zuurder. Bij een overmaat aan nitraat is de opname echter onvoldoende en dan treedt verzuring op; in dat geval spoelt nitraat uit naar het grondwater.
Uit de literatuur blijkt dat ammoniak meer schade toebrengt aan de natuur dan NOx als het gaat om de directe bijdrage aan afnemende biodiversiteit, de verschuiving naar stikstofminnende plantensoorten en bodemverzuring. Dit komt door de grotere bijdrage aan bodemverzuring, de boven- en ondergrondse bemestingseffecten, de toxische effecten door bovengrondse blootstelling en omdat stikstofminnende planten harder groeien van ammonium.
Liefst alle bronnen van stikstof terugbrengen
Het zou dan ook wenselijk zijn om verschillende kritische depositiewaarden voor de depositie van NH3 en NOx te hanteren. Helaas, zijn er echter te weinig onderzoeksgegevens om ze vast te stellen. Vanuit de lucht gezien heeft juist NOx de grootste bijdrage aan luchtverontreiniging. Dat gebeurt via directe blootstelling aan NOx, via fijnstof en de vorming van ozon. Ozon is vervolgens ook weer een belangrijke luchtverontreinigende component die schade aan natuur en landbouwgewassen toebrengt. Vanuit deze optiek zou het beleid effectief in moeten zetten op een evenredige reductie van alle stikstofemissies, waar ik al eerder voor pleitte op Foodlog.
Gezien het grote verschil in effecten zijn NOx en NH3 niet helemaal uitwisselbaar. Als het beleidsmatig toch gewenst is omdat er geen andere bronnen in de markt zijn, is denkbaar dat meerdere mol NOx depositie uitgewisseld wordt tegen 1 mol NH3 omdat NH3 nu eenmaal grotere en directe effecten op de natuurkwaliteit heeft dan NOx. Omdat echter NH3-ruimte in de markt relatief goedkoop te verwerven is, zou je er meer van moeten inruilen voor de prijs die de koper per mol NOx betaalt.*
* Deze passage is door Erisman gerectificeerd op 15 april om 14:09 uur. Oorspronkelijk luidde de tekst: Als het beleidsmatig toch gewenst is omdat er geen andere bronnen in de markt zijn, is denkbaar dat 1 mol NOx depositie uitgewisseld wordt tegen meerdere mol NH3 omdat NH3nu eenmaal grotere en directe effecten op de natuurkwaliteit heeft.
Dit artikel afdrukken
Algemene effecten van stikstofdepositie op natuur
De belangrijkste effecten van reactief stikstof (alles behalve het niet-reactieve N2) op de natuur zijn bodemverzuring en bemesting. Bodemverzuring leidt tot uitspoeling van nutriënten terwijl een verhoogd stikstofaanbod leidt tot een verdere onbalans in de voeding van vegetatie en tot versnelde groei van stikstofminnende planten. De gevolgen van beide processen zijn een grotere gevoeligheid voor droogte, een verhoogde kans op het ontstaan van ziekten en plagen, verdwijnen van nuttige schimmels en andere soorten in de bodem, en een verschuiving van stikstofarme natuur met zeldzame soorten naar veel voorkomende stikstofminnende soorten. Deze effecten hebben ook grote gevolgen voor het hele voedselweb. De insectenstand en hun diversiteit gaat er door achteruit. Dat heeft een direct effect op dieren die van insecten leven. Ook treedt door verzuring kalkgebrek op. Naast deze algemene effecten van stikstofdepositie, zijn er ook grote verschillen tussen de effecten van de verschillende vormen van stikstof die de natuur binnenkomen.
Ondanks de hoge lokale bijdrage van ammoniak is er door de verspreiding en verdunning ook altijd een bijdrage over lange afstand aan de depositie, maar die neemt snel af. Voor stikstofoxiden ligt het precies omgekeerd: de depositiesnelheid is vrij laag door de slechte oplosbaarheid, waardoor het transport naar verder weg veel groter isAmmoniak en stikstofoxiden gedragen zich anders in de lucht
Ammoniak en stikstofoxiden worden in de lucht gebracht door verschillende bronnen. Een deel van de gassen komt direct terecht op de vegetatie of de bodem (droge depositie), de rest wordt door de wolken en regen opgenomen en komt met neerslag op het aardoppervlak (natte depositie). Door de goede oplosbaarheid in water is de opname van NH3 aan de oppervlakte verreweg het hoogst; omdat het voornamelijk afkomstig is uit bronnen aan de grond vlakbij natuurgebieden is de concentratie daar ook hoog. Daarom levert ammoniak een grote bijdrage aan de stikstofdepositie. Ondanks die hoge lokale bijdrage is er door de verspreiding en verdunning ook altijd een bijdrage over lange afstand aan de depositie, maar die neemt snel af. Voor stikstofoxiden ligt het precies omgekeerd: de depositiesnelheid is vrij laag door de slechte oplosbaarheid, waardoor het transport naar verder weg veel groter is.
Stikstof komt de plant voor het grootste deel binnen via bodem en wortels. Hoewel opname door het blad relatief klein is, is de invloed toch ecologisch relevant. Veel plantensoorten die belangrijk zijn voor de biodiversiteit hebben slechts een zeer beperkt vermogen om de door het blad vanuit de atmosfeer opgenomen stikstof te assimileren, waardoor toxische reacties optreden.
In zijn algemeenheid kan gesteld worden dat zowel NOx als NH3 de groei van planten stimuleren bij lage concentraties en remmen bij hoge. Het blootstellingniveau waarbij stimulering overgaat in remming is veel lager voor NOx dan voor NH3. Dit omslagpunt wordt niet zozeer bepaald door de stikstofbehoefte van planten, maar meer door de detoxificatiecapaciteit van de plant. De respons op NOx en NH3 hangt ook af van N toevoer via de wortels.
Bodemverzuring
Ammoniak kan verzurend werken wanneer het ammonium door micro-organismen tot stikstof wordt omgezet in de bodem. Dat is een reactie die snel optreedt als de bodem niet zuur is. Planten houden bij opname van voedingsstoffen hun lading neutraal. De opname van NH4+ gaat daarom gepaard met uitscheiding van H+ en draagt daarmee ook bij aan bodemverzuring.
Als planten nitraat opnemen, nemen ze ter neutralisering ook een H+-ion op. Als al het in de bodem gevormde nitraat door de planten zou kunnen worden opgenomen, wordt de bodem dus niet zuurder. Bij een overmaat aan nitraat is de opname echter onvoldoende en dan treedt verzuring op; in dat geval spoelt nitraat uit naar het grondwater.
Als het beleidsmatig gewenst is omdat er geen andere bronnen in de markt zijn, is denkbaar dat meerdere mol NOx depositie uitgewisseld wordt tegen 1 mol NH3 omdat NH3 nu eenmaal grotere en directe effecten op de natuurkwaliteit heeft dan NOxOndanks dat NH3 een basisch gas is, werkt het uiteindelijk toch verzurend bij een te hoge depositie. Het gevolg is uitspoeling van nutriënten die daarmee niet meer beschikbaar zijn voor planten en dieren. Ook in de landbouw is bodemverzuring door ammoniumnitraat-kunstmest bekend. Hoe hoger de kunstmestbemesting, des te groter de bodemverzuring. Om die reden wordt dan ook bekalking aangeraden.
Uit de literatuur blijkt dat ammoniak meer schade toebrengt aan de natuur dan NOx als het gaat om de directe bijdrage aan afnemende biodiversiteit, de verschuiving naar stikstofminnende plantensoorten en bodemverzuring. Dit komt door de grotere bijdrage aan bodemverzuring, de boven- en ondergrondse bemestingseffecten, de toxische effecten door bovengrondse blootstelling en omdat stikstofminnende planten harder groeien van ammonium.
Liefst alle bronnen van stikstof terugbrengen
Het zou dan ook wenselijk zijn om verschillende kritische depositiewaarden voor de depositie van NH3 en NOx te hanteren. Helaas, zijn er echter te weinig onderzoeksgegevens om ze vast te stellen. Vanuit de lucht gezien heeft juist NOx de grootste bijdrage aan luchtverontreiniging. Dat gebeurt via directe blootstelling aan NOx, via fijnstof en de vorming van ozon. Ozon is vervolgens ook weer een belangrijke luchtverontreinigende component die schade aan natuur en landbouwgewassen toebrengt. Vanuit deze optiek zou het beleid effectief in moeten zetten op een evenredige reductie van alle stikstofemissies, waar ik al eerder voor pleitte op Foodlog.
Gezien het grote verschil in effecten zijn NOx en NH3 niet helemaal uitwisselbaar. Als het beleidsmatig toch gewenst is omdat er geen andere bronnen in de markt zijn, is denkbaar dat meerdere mol NOx depositie uitgewisseld wordt tegen 1 mol NH3 omdat NH3 nu eenmaal grotere en directe effecten op de natuurkwaliteit heeft dan NOx. Omdat echter NH3-ruimte in de markt relatief goedkoop te verwerven is, zou je er meer van moeten inruilen voor de prijs die de koper per mol NOx betaalt.*
* Deze passage is door Erisman gerectificeerd op 15 april om 14:09 uur. Oorspronkelijk luidde de tekst: Als het beleidsmatig toch gewenst is omdat er geen andere bronnen in de markt zijn, is denkbaar dat 1 mol NOx depositie uitgewisseld wordt tegen meerdere mol NH3 omdat NH3nu eenmaal grotere en directe effecten op de natuurkwaliteit heeft.
De opinie van professor Jan Willem Erisman is relevant op dit moment. Het Landbouw Collectief was niet de enige organisatie die de deur naar de overheid heeft dichtgedaan over onder meer de ontschotting tussen stikstof in de vorm van NOx en NH3. Ook zes Brabantse boerenorganisaties sloegen afgelopen week de uitnodiging van Gedeputeerde Staten (GS) van Noord-Brabant om verder te praten over de stikstofproblematiek naast zich neer. Voor hen was de aankoop door GS van boerenbedrijven binnen en buiten Brabant om stikstofruimte te creëren voor het Logistiek Park Moerdijk de aanleiding om niet meer met de provincie in gesprek te blijven. GS heeft inmiddels zijn excuses aangeboden. Maar de vraag blijft waar de provincie - of de Nederlandse Staat - dan wel stikstofruimte vandaan moet halen om bouwprojecten en industriële activiteiten aan de stikstofruimte te helpen waar ze bij wet aan gehouden zijn.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
"Maar de vraag blijft waar de provincie - of de Nederlandse Staat - dan wel stikstofruimte vandaan moet halen om bouwprojecten en industriële activiteiten aan de stikstofruimte te helpen"
Is een RO maar tevens ook een demografische vraag!
"waar ze bij wet aan gehouden zijn."
Is de mantra om economische groei te kunnen billijken.
"Van de NOx-emissies gaat 85% de grens over. Wie dus een depositie-effect wil sorteren op de Nederlandse natuur moet zwaar terug in emissie."
Dus....... laten we ons probleem maar een andermans probleem maken en we flikkeren het over de schutting van de buren.!
"Het zou dan ook wenselijk zijn om verschillende kritische depositiewaarden voor de depositie van NH3 en NOx te hanteren. Helaas, zijn er echter te weinig onderzoeksgegevens om ze vast te stellen."
Hoezo 'helaas'?
Wat verwacht het LC van Jan Cees Vogelaar 1 ? Juist dat! Meer meetdata oftewel onderzoeksdata!!!
Nee, nu hebben we Corona en kan alles middels een spoedwet er doorgedrukt worden.
85% van de NOx gaat de grens over als Nederland volop NH3 gaat omwisselen voor NOx komt er dan geen protest uit het buitenland?
Even kijken of ik het met mijn scheikunde kennis (best diep weggezakt) in Jip en Janneke taal kan verwoorden.
Dus geen handel met verhouding 1:1 (1 staat tot 1)
De verhouding van 1 ammoniak (NH3) mag maar worden 0,5 Stikstofdioxide (NO2).
Om 1 NO2 te mogen uitstoten moet je dan 2 NH3 kopen.
Dat het in de eenheid mol gaat is om het in balans te brengen qua aantal deeltjes dat 1 atoom N (stikstof) bevat. Via mol wordt het verschil in gewicht tussen Ammoniak (17gram) versus Stikstofdioxide (46 gram) uitgevlakt. mol staat voor een vast aantal deeltjes van de stof*. De uitwisselingsfactor die dhr. Erisman voorstelt gaat via mol en dan massa. Niet in directe massa tussen NH3 versus NO2.
Ps: Gezien de afbeelding boven de tekst zou vanuit natuur logisch zijn:
1) verspreid de uitstoot beter over de oppervlakte Europa
of nog logischer:
2) verminderen van uitstoot zou een hogere prioriteit mogen hebben dan uitwisselen.
we weten dat Ammoniak uitstoot ook hoog is in het gebied Nederland.**
Hier op CLO.nl staat een totaaldepositie van stikstof in mol voor Nederland.
Detail: zowel landbouw (NH3) als industrie (incl. verkeer) NOx zijn beide met 64% gedaald sinds 1990:
> De emissie van stikstofoxiden in Nederland daalde sinds 1990 met 64%. Deze daling is het resultaat van maatregelen bij het verkeer (o.a. invoering katalysator), bij de industrie en in de energiesector.
> De NH3 emissie in Nederland is sinds 1990 met 64% gedaald Deze emissiedaling is het gevolg van maatregelen zoals verbeterde voersamenstelling, het gebruik van emissiearme stallen, het afdekken van mestsilo's en het direct onderwerken van mest bij de aanwending.
> Bovendien zijn de buitenlandse emissies van ammoniak en vooral stikstofoxiden in dezelfde periode afgenomen.
> De stagnatie van de daling sinds 2005 en de stijging sinds 2009 in ammoniakdepositie zijn vooral toe te schrijven aan hogere ammoniak uitstoot door uitbreiding van de veestapel.
(disclaimer: niet mijn woorden, ik Google en citeer van CLO site af).
¿?Enerzijds een lastige noot om te kraken. Anderzijds eigenlijk heel makkelijk. De daling sinds 1990 moeten we verder voortzetten voor beide stikstof varianten¿?
*aantal deeltjes is: 602.214.075.000.000.000.000.000 = 1mol voor de liefhebber.
** Kon helaas geen presenteerbaar kaartje van Europa of de wereld vinden. Dat had mooier gepast bij afbeelding boven het artikel.
Note: bij plaatjes over luchtvervuiling is het dus erg goed kijken naar de samenstelling van luchtvervuiling of beter gezegd vaak de eenduidige indicator die dan gebruikt wordt. Zeer selectief/suggestief/schijnwaarheid.
Hier een wereldkaart voor Fijnstof (deeltjes (PM2.5) for all countries.
Ps: Hebben we veel of weinig meetstations in Nederland: World's Air Pollution: Real-time Air Quality Index
Hoe het verder moet de opmerking dat Corona zich vooral ontwikkeld in (sterk) vervuilde gebieden weet ik niet zo goed meer nu ik dit bij elkaar gezocht heb. Maar laten we dat a.u.b. in de Corona draden bespreken. Onder welk topic past dat Redactie ? punt 2?
#3 Voor stikstof geldt de juridische logica niet de scheikundige .
Is er veel corona in gebieden omdat de luchtverontreiniging daar hoog is of omdat de concentratie mensen daar hoog is?
Ik zit na het lezen van dit stuk met nog een aantal vragen: Hoe werkt dat nou die droge depositie van NH3, want dat is toch meer dan de helft van de NH3 depositie?
Is niet een paar jaar geleden de droge depositie van NH3 landelijk met 400 mol naar beneden aangepast omdat de verwijderingssnelheid van NH3 verkeerd werd ingeschat?
Hoe wordt droge depositie bepaald?
In het artikel staat deze zin: Ondanks dat NH3 een basisch gas is, werkt het uiteindelijk toch verzurend bij een te hoge depositie. Wat is dan de te hoge depositie? Treed dit effect al op bij de 7 kg N per hectare die de KDW is voor de gevoeligste soorten? (De meest verzurende meststof (Ureum) heeft per 46 kg N 32 tot 37 kg CaO nodig)