En ineens verkeerde Nederland een paar dagen lang in een staat van listeria-hysteria. Vleeswaren uit de schappen, zeker 300.000 kilo vlees vernietigd, vertrouwenscrisis (alles is tegenwoordig een crisis) voor de supermarktslager en nieuwsberichten waarin regelmatig de vraag centraal stond wat we dan nog wel zonder zorgen kunnen eten. De vox pops voor het vleeswarenschap in de supermarkt laten een helder beeld zien: ‘Er is ook niks meer veilig.’

Listeria monocytogenes is een bacterie die wijdverbreid in de natuurlijke omgeving voorkomt, maar de venijnige voedselinfectie listeriose kan veroorzaken. Listeriose treedt vrijwel altijd op na besmetting via voedsel. De meeste mensen krijgen er hooguit wat griepachtige symptomen van, maar mensen met een verzwakt immuunsysteem kunnen er een hersenvliesontsteking van krijgen en zwangeren lopen niet alleen tien tot twintig meer kans om ziek te worden van de bacterie, er is ook een kans op een miskraam of vroeggeboorte.

Listeria kennen we dan ook vooral van de adviezen aan zwangeren om geen rauwmelkse kazen, rauw vlees of vis te eten – aangezien de bacterie zich daarin kan vermenigvuldigen en niet voor consumptie wordt afgedood. Maar dat geldt als een algemeen advies: niemand weet welk stukje vlees, vis of kaas eventueel besmet is, wie het tijdens de zwangerschap wel consumeert speelt Russische roulette – met een weliswaar kleine kans op ernstige gevolgen.

Listeria is ook op een andere manier overdraagbaar, namelijk via onhygiënisch werken, zowel thuis als in de horeca of industrie. Zo’n besmetting kan een tijd lang aanhouden, zolang ie niet wordt opgespoord.

Niet zo gek dat de schrik erin zat na het nieuws dat er de afgelopen twee jaar twintig infecties, drie doden en een miskraam werden veroorzaakt door zeer waarschijnlijk een en dezelfde besmetting bij een van de grootste vleeswarenproducenten van Nederland, Offerman, die op 4 oktober meldde dat het grote hoeveelheden vleeswaren terughaalde.

De paradox is dat dit nieuws naar buiten kwam doordat er een stap gezet is die ons voedsel juist veiliger gaat maken. Het RIVM maakt sinds kort gebruik van een nieuwe techniek, waardoor het mogelijk wordt om infecties te herleiden tot de bron. Van patiënten met een Listeria-infectie bracht het RIVM de genetische streepjescode in kaart, waarbij het een bepaald type Listeria bij meerdere patiënten zag voorkomen. Daarop nam het RIVM contact op met de NVWA om dit te vergelijken met DNA-gegevens afkomstig van door die dienst genomen monsters. En jawel hoor, bingo.

Waar het beleid rond listeria tot nu toe nog draaide om routinecontroles in fabrieken en voedingsadviezen aan zwangeren en anderen met een verzwakt immuunsysteem, kunnen de toezichthouders nu eindelijk met wat detectivewerk concrete actie ondernemen om het aantal infecties terug te dringen.

De reactie van media en consumenten is logisch: nu is het ineens concreet, er is een smoking gun. De kille, ogenschijnlijk verwaarloosbare cijfers (40 tot 60 bekende listeria-infecties per jaar) zijn nu ineens tastbaar: twintig gevallen, drie doden en een miskraam door besmetting in één fabriek.

Maar het is een vreemde paradox en ik heb de afgelopen dagen gekauwd op de gedachte wat voor rol wetenschapsjournalisten in dit soort situaties zouden kunnen, of moeten spelen. Meegaan in de hetze en hype lijkt me in elk geval niet verstandig. Laat dat maar aan nieuwsjagers en verslaggevers over, wij zijn er voor de duiding en reflectie.

Een voor de hand liggende respons is die van sussen. ‘Het valt allemaal mee, het is nog nooit zo veilig geweest’, etcetera. Ik betwijfel of we daar goed aan doen. Allereerst nemen we de zorgen van consumenten niet serieus en we stappen te gemakkelijk heen over de slachtoffers en al die anderen (zwangeren met name) die risico hebben gelopen. Het is meer dan terecht dat er aandacht is voor de kwestie en dat de fabriek gesloten blijft tot die de zaakjes weer op orde heeft.

Rest ons niets dan zo dicht mogelijk bij de feiten en de betekenis ervan te blijven: ja, dit soort infecties kunnen nog altijd voorkomen, en het is een kwalijke zaak dat er zolang achter elkaar mensen besmet raakten vanuit één fabriek, maar we mogen ook blij zijn dat er nu een methode is om voortaan dit soort besmettingshaarden sneller op te sporen. Opdat het inderdaad alsmaar veiliger wordt.
Dit artikel afdrukken