Tien jaar na Pittsburgh blijkt van de belofte om fossiele brandstoffen niet langer te subsidiëren bijna niets terecht gekomen te zijn. De subsidies aan kolencentrales - via ontwikkelingsprojecten en staatsondernemingen - zijn de afgelopen 3 jaar zelfs verdrievoudigd. Dat blijkt uit een nieuw rapport van de Britse denktank Overseas Development Institute (ODI).

De G20-landen zijn samen verantwoordelijk voor 79% van de wereldwijde CO2-uitstoot. De belangrijkste bron van CO2-uitstoot zijn kolengestookte elektriciteitscentrales. In het Klimaatakkoord van Parijs spraken de deelnemende landen met elkaar af het gebruik van fossiele energie voor 2030 te halveren en per 2050 te beëindigen. Sindsdien verloren private en publieke investeerders hun belangstelling om te investeren in nieuwe kolencentrales, rapporteerde het Internationaal Energie Agentschap (IEA) vorige maand. Maar regeringen blijken hun investeringen juist opgeschroefd te hebben.

Export van vervuilende kolencentrales
Volgens ODI daalden de directe subsidies van de G20 voor kolenwinning van 2014 tot 2017 van $22 naar $10 miljard. In diezelfde periode verhoogden de G20 hun subsidies voor de bouw van nieuwe kolencentrales van $17 naar $47 miljard. In totaal steken de G20 $64 miljard dollar per jaar in de productie en het verbruik van steenkool; driekwart wordt besteed aan kolengestookte centrales.

Grote kolenlanden als de VS en Australië investeren vooral in hun eigen land. Maar China en Japan investeren respectievelijk $10 en $5 miljard per jaar in kolencentrales in landen als Bangladesh, Indonesië, Pakistan en Vietnam. "Je ziet dat ze de vervuilende energiesystemen min of meer exporteren naar landen in een minder vergevorderd stadium van ontwikkeling," zegt hoofdauteur Ipek Gençsü in De Volkskrant. Als redenen daarvoor draagt hij aan politieke (kiezers)druk en de invloed van machtige kolenlobby's.

Rechtszaak
Dat het ook anders kan, bewezen de inwoners van het Australische dorpje Gloucester onlangs. Zij spanden een rechtszaak aan tegen de komst van een grote kolenmijn bij hun dorp en wonnen. De rechter toonde zich gevoelig voor hun argument dat de kolenmijn een te negatief effect zou hebben op het wereldwijde klimaat. Het was even wereldnieuws. Nog nooit eerder verbood een rechter een mijn vanwege het klimaat, schrijft het Financieele Dagblad. Het mijnbouwbedrijf legde zich bij het vonnis neer.
Dit artikel afdrukken