De suikerbietenoogst in de Europese Unie pakte in 2018 lager uit dan het jaar daarvoor. Akkerbouwers in de EU oogstten gemiddeld 69 ton suikerbieten per hectare, 15,2% minder dan in 2017. Dat meldt het CBS vandaag.
In 2017 werd in Nederland op bijna 5% van de totale landbouwgrond suikerbieten geteeld. De grootste Europese suikerbietenlanden Duitsland en Frankrijk telen hun bieten op respectievelijk 2,4 en 1,7 procent van hun areaal bieten. Ons relatieve belang is dus 2 tot 3 keer zo groot.
Nederlandse suikerbietentelers vreesden na de afschaffing van het suikerquotum in oktober 2017 voor prijsdalingen als boeren te veel bieten zouden gaan produceren. De extreme zomerdroogte van 2018 leidde er daarentegen toe dat Nederland in dat jaar per hectare 18% minder oogstte. Toch deed Nederland het met 76,4 ton per hectare in vergelijking beter dan de meeste andere Europese landen.
Spanje (op 0,2% van het areaal) oogstte in 2018 de grootste suikerbietenoogst. Met een oogst van 87 ton staat het land op de eerste plaats, gevolgd door België (82 ton), Frankrijk (82 ton) en Nederland (76 ton). Polen en Duitsland oogstten met respectievelijk 50,7 en 63,3 ton, maar liefst 25% minder dan in 2017.
CBS - Oogst suikerbieten Europa pakt lager uit
In 2017 werd in Nederland op bijna 5% van de totale landbouwgrond suikerbieten geteeld. De grootste Europese suikerbietenlanden Duitsland en Frankrijk telen hun bieten op respectievelijk 2,4 en 1,7 procent van hun areaal bieten. Ons relatieve belang is dus 2 tot 3 keer zo groot.
Nederlandse suikerbietentelers vreesden na de afschaffing van het suikerquotum in oktober 2017 voor prijsdalingen als boeren te veel bieten zouden gaan produceren. De extreme zomerdroogte van 2018 leidde er daarentegen toe dat Nederland in dat jaar per hectare 18% minder oogstte. Toch deed Nederland het met 76,4 ton per hectare in vergelijking beter dan de meeste andere Europese landen.
Spanje (op 0,2% van het areaal) oogstte in 2018 de grootste suikerbietenoogst. Met een oogst van 87 ton staat het land op de eerste plaats, gevolgd door België (82 ton), Frankrijk (82 ton) en Nederland (76 ton). Polen en Duitsland oogstten met respectievelijk 50,7 en 63,3 ton, maar liefst 25% minder dan in 2017.
Spaanse bieten worden schijnbaar vrij continue beregend, wat veel kost.
In 2018 waren de verschillen groot in ons land. Van mislukte, verdroogde bieten tot percelen boven de 100 ton.
Past mooi in de minder suiker gedachte.
Wat is het gemiddelde suikergehalte van een biet, en heeft beregening daar invloed op?
IRS-alles over bieten:
Droogte resulteert vaak in hoge gehalten aminostikstof, kalium, natrium en suiker. Wanneer er echter weer neerslag komt, neemt door opname van water en door hergroei van loof het gehalte juist weer af. Vooral het verlies van suiker kan grote financiële gevolgen hebben.
Voor het behalen van een zo hoog mogelijke opbrengst en een goede interne kwaliteit (suiker-gehalte en WIN) is een goede vochtvoorziening van het gewas in het groeiseizoen belangrijk. Dit hangt af van de hoeveelheid neerslag die in het groeiseizoen valt en het vocht-leverend vermogen van de grond.
Bieten verbruiken bij voldoende vocht globaal 400 tot 480 mm water tussen mei en oktober. In de maanden juni en juli is de waterbehoefte doorgaans het grootst. Het waterverbruik is in die periode circa 275 mm. Voor de productie van 1 kg droge stof verbruikt de suikerbiet ongeveer 210 liter water.
_______________________________________________________________________________
Wikipedia:
Suikergehalte gem. 17%. Van bieten met een suikergehalte lager dan 15% kan niet meer rendabel suiker gewonnen worden. Hoe hoger het suikergehalte des te meer suiker aan de biet onttrokken kan worden. In de bietenpulp blijft suiker achter en er verdwijnt ook suiker met de schuimaarde en het waswater. Bij elkaar is dit ongeveer 0,2 tot 0,4 % suiker. Daarnaast gaat er 1,8 tot 2,5 % suiker verloren in de melasse. Tot slot verdwijnt er door allerlei oorzaken, bijvoorbeeld door de vorming van invertsuiker, nog 0,2 tot 0,4 % suiker. Van een biet met bijvoorbeeld 16 % suiker kan zo 12,7 tot 13,8 % suiker gewonnen worden en die van 18 % 14,7 tot 15,8 %.
Herfstweer met 's morgens slechts een paar graden vorst en overdag zon is voor een biet juist erg gunstig. Door de vorst maakt de suikerbiet immers extra suiker aan (dit effect is er in gunstige zin bijvoorbeeld ook bij spruiten en boerenkool). Dankzij de zon overdag kan de biet nog extra suiker produceren dankzij extra fotosynthese. In deze weersomstandigheden kan het suikergehalte soms wel een procent stijgen. Terwijl bewolkt weer met relatief warme nachten het suikergehalte zelfs doet dalen.
Ongeveer zoiets dus Harry.
Vorig jaar waren het voorjaar en de zomer droog en warm/heet en werden tal van percelen, als mogelijk, een paar keer beregend. Als tijdig begonnen had dit gunstige effecten op een ongestoord groeiverloop. Omdat bieten beregenen eigenlijk niet echt loont, maar wel om er de groei in te houden om schade en daardoor dus eigenlijk wel weer loont om erger te voorkomen, waren de verschillen groot.
Amper beregende percelen die vlak voor de oogst een fikse natuurlijke regenbui kregen, werden van geel grasgroen, waarbij de kilo's stegen en het suikergehalte snel dramatisch daalde. De hergroei, had vnl. bladgroei tot gevolg.