Kort voor de Statenverkiezing nam het kabinet Rutte III, GroenLinks de wind uit de zeilen met de aankondiging van een CO2-taks voor bedrijven. Daar was de VVD altijd tegen geweest. Maar politiek kunnen idealen verkeren. Mark Rutte hengelde naar de broodnodige gedoogsteun van de klimaatbewuste kiezer, waarvan er eventjes veel leken te zijn door de (scholieren)klimaatmarsen.

GroenLinks-leider Jesse Klaver kon niet anders dan blij reageren. De premier had immers zijn programma overgenomen.

Het Financieele Dagblad meldt dat de taks de facto al van tafel is. Er komt geen platte taks per ton uitstoot, maar een taks op onder of boven een Europese benchmark zitten. Wie een ton staal kan maken op het niveau van de benchmark betaalt weinig, wie eronder zit nog minder. Wie erboven zit wat meer. Zo blijft er in naam een CO2-taks, maar is het in de praktijk een speldenprikje. Het is ver weg van het voorstel dat DSM-baas Feike Sijbesma net voor Davos deed: hef gewoon stoer €50 per ton uitgestoten CO2 in EU-verband. Een logisch voorstel natuurlijk.

Maar tijden veranderen.

Het FvD blijkt net zo groot als, en mogelijk zelfs groter dan, de VVD. Rutte's coalitiegenoten zijn wat kleiner geworden. Het Klimaatakkoord kan niet helemaal aan de kant natuurlijk, maar voor een belangrijk deel zal het bij woorden blijven. De linkse oppositie onder leiding van GroenLinks reageert boos en spreekt van kiezersbedrog. Maar juist die kiezer is de reden dat Rutte een flinke U-bocht maakt.

Nog iets: de gebenchmarkte taks vloeit weer terug in de bedrijfskassen als ondernemers maatregelen nemen om wat gunstiger te scoren op de benchmark. De oppositie was gaan denken dat de - volgens het CPB te hoge - klimaatlasten van burgers ermee verlicht zouden worden. Maar ook burgers hebben straks natuurlijk minder last.

In korte tijd moeten we weer heel anders leren denken. Zou de landbouw nu ook niet meer kringloop hoeven? Baudet had veel steun van boeren.
Dit artikel afdrukken