Het ministerie van LNV heeft te veel fosfaatrechten uitgegeven. Ondanks diverse ingrepen om weer wat rechten terug te halen, ligt het aantal fosfaatrechten in de markt met 85,7 miljoen kilo fosfaat nog altijd boven het door de Europese Commissie toegestane sectorplafond voor de melkveehouderij van 84,9 miljoen kilo. “Dit betekent dat ik geen ruimte heb om extra rechten uit te geven”, schrijft minister Carola Schouten in een brief aan de Tweede Kamer.
In antwoord op onderzoek van agrarisch journalist Geesje Rotgers en een kritische brief van advocaten op het gebied van agrarisch recht, zegt minister van Landbouw Carola Schouten dat haar ministerie te veel fosfaatrechten heeft uitgegeven. Dat is gebeurd in het nadeel van melkveehouders. Volgens haar betekent dat echter niet, zoals Rotgers en de advocaten beweren, dat er meer fosfaatruimte is voor de melkveehouders.
In een brief aan de Tweede Kamer geeft minister Carola Schouten nader inzicht in de cijfers: tot begin deze maand zijn er 8.076 bezwaren tegen de beschikte fosfaatrechten ingediend. Daarvan zijn er 4.740 behandeld en 2.198 (deels) gegrond verklaard. Die boeren hebben 238.000 kilo extra fosfaatrechten toegekend gekregen. Er zijn 2.804 aanmeldingen als knelgeval binnengekomen, waarvan er nog 844 beoordeeld moeten worden. De 470 als knelgeval erkende bedrijven hebben 269.000 kilo fosfaat toegekend gekregen.
Het ministerie heeft via herbeschikkingen circa 460.000 kilo fosfaatrechten teruggehaald bij vleesveehouders en via de vrijstellingsregeling teruggekregen. Via afroming (10% bij de handel in fosfaatrechten komt in de fosfaatbank) is ongeveer 300.000 kilo fosfaat teruggekomen.
'Geen verschuiving, geen ruimte'
In de brief gaat minister Schouten expliciet in op de publicatie in V-focus van 17 november jl. en de brandbrief van de Vereniging van Agrarisch Recht Advocaten. Schouten ontkent dat ze het fosfaatplafond krapper maakt en weerlegt dat er ruimte zou zijn voor melkveehouders die te weinig rechten hebben om hun stallen te vullen, door de inmiddels vervallen fosfaatrechten in de vleesveehouderij. "Ook wanneer de rechten die ten onrechte aan vleesveehouders zijn toegekend niet worden meegerekend, is de verwachting op basis van de nu beschikbare gegevens dat het uiteindelijke aantal toegekende rechten het sectorplafond overschrijdt".
Ten aanzien van de afhandeling van langlopende procedures geeft de minister aan dat bezwaarmakers een 'individuele disproportionele last' kunnen aantonen. In die zaken wordt dan zo spoedig mogelijk, op inhoudelijke gronden, een beslissing genomen en niet gewacht tot de uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven van begin 2019.
Tenslotte wijst de minister op de mogelijkheden die ondernemers - lees: boeren - hebben om "hun fosfaatproductie en hun hoeveelheid fosfaatrechten in het kalenderjaar 2018 op elkaar af te stemmen". Deze afstemming is van groot belang voor de hele sector. "Voor diegenen die dit nog niet hebben gedaan resteert nog enige tijd tot het einde van het kalenderjaar. Ik ga ervan uit dat ondernemers hierin hun verantwoordelijkheid nemen, uitgaande van de aan hen afgegeven beschikkingen."
In boerenblad Boerderij geeft Henk Antonissen, voorman van de actiegroep 'Innovatief uit de knel' (boeren die hun stallen hebben uitgebreid, maar niet mogen vullen met dieren), aan zich niet bij de uitspraken van de minister neer te leggen: "Er zijn ook echt fouten gemaakt door het ministerie. Op basis van de staatssteunbeschikking van de Europese Commissie had vleesvee op niet-melkveebedrijven nooit fosfaatrechten mogen krijgen. Als dat wordt teruggedraaid is er 2,8 miljoen kilo fosfaat beschikbaar. Dan komen we 2,3 miljoen onder het plafond en is er genoeg ruimte om de knelgevallen te helpen en om zelfs voor alle melkveehouders de generieke korting te verlagen.” Volgens Antonissen overweegt zijn 'investeringsknelgevallen'-groep de minister via een civielrechtelijke procedure persoonlijk aansprakelijk te stellen voor de schade.
Dit artikel afdrukken
In een brief aan de Tweede Kamer geeft minister Carola Schouten nader inzicht in de cijfers: tot begin deze maand zijn er 8.076 bezwaren tegen de beschikte fosfaatrechten ingediend. Daarvan zijn er 4.740 behandeld en 2.198 (deels) gegrond verklaard. Die boeren hebben 238.000 kilo extra fosfaatrechten toegekend gekregen. Er zijn 2.804 aanmeldingen als knelgeval binnengekomen, waarvan er nog 844 beoordeeld moeten worden. De 470 als knelgeval erkende bedrijven hebben 269.000 kilo fosfaat toegekend gekregen.
Het ministerie heeft via herbeschikkingen circa 460.000 kilo fosfaatrechten teruggehaald bij vleesveehouders en via de vrijstellingsregeling teruggekregen. Via afroming (10% bij de handel in fosfaatrechten komt in de fosfaatbank) is ongeveer 300.000 kilo fosfaat teruggekomen.
'Geen verschuiving, geen ruimte'
In de brief gaat minister Schouten expliciet in op de publicatie in V-focus van 17 november jl. en de brandbrief van de Vereniging van Agrarisch Recht Advocaten. Schouten ontkent dat ze het fosfaatplafond krapper maakt en weerlegt dat er ruimte zou zijn voor melkveehouders die te weinig rechten hebben om hun stallen te vullen, door de inmiddels vervallen fosfaatrechten in de vleesveehouderij. "Ook wanneer de rechten die ten onrechte aan vleesveehouders zijn toegekend niet worden meegerekend, is de verwachting op basis van de nu beschikbare gegevens dat het uiteindelijke aantal toegekende rechten het sectorplafond overschrijdt".
Ten aanzien van de afhandeling van langlopende procedures geeft de minister aan dat bezwaarmakers een 'individuele disproportionele last' kunnen aantonen. In die zaken wordt dan zo spoedig mogelijk, op inhoudelijke gronden, een beslissing genomen en niet gewacht tot de uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven van begin 2019.
Tenslotte wijst de minister op de mogelijkheden die ondernemers - lees: boeren - hebben om "hun fosfaatproductie en hun hoeveelheid fosfaatrechten in het kalenderjaar 2018 op elkaar af te stemmen". Deze afstemming is van groot belang voor de hele sector. "Voor diegenen die dit nog niet hebben gedaan resteert nog enige tijd tot het einde van het kalenderjaar. Ik ga ervan uit dat ondernemers hierin hun verantwoordelijkheid nemen, uitgaande van de aan hen afgegeven beschikkingen."
In boerenblad Boerderij geeft Henk Antonissen, voorman van de actiegroep 'Innovatief uit de knel' (boeren die hun stallen hebben uitgebreid, maar niet mogen vullen met dieren), aan zich niet bij de uitspraken van de minister neer te leggen: "Er zijn ook echt fouten gemaakt door het ministerie. Op basis van de staatssteunbeschikking van de Europese Commissie had vleesvee op niet-melkveebedrijven nooit fosfaatrechten mogen krijgen. Als dat wordt teruggedraaid is er 2,8 miljoen kilo fosfaat beschikbaar. Dan komen we 2,3 miljoen onder het plafond en is er genoeg ruimte om de knelgevallen te helpen en om zelfs voor alle melkveehouders de generieke korting te verlagen.” Volgens Antonissen overweegt zijn 'investeringsknelgevallen'-groep de minister via een civielrechtelijke procedure persoonlijk aansprakelijk te stellen voor de schade.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
'Landbouwjournalist krijgt gedeeltelijk gelijk van de minister' lees ik op Foodlog (niet in de tekst hierboven, maar op de 'inhoudpagina'). In de heldere brief van de minister kan ik van dat gelijk niets vinden. Integendeel, ze onderbouwt het ongelijk van de journalist op alle punten. Dat er meer fosfaatrechten waren uitgegeven dan met de EC afgesproken heeft de minister zelf al veel eerder gemeld. Ze maakt m.i. ook aannemelijk dat dit ook zonder de toekenning van rechten aan vleesveebedrijven het geval zou zijn geweest.
De enige oplossing voor knelgevallen is volgens haar een grotere generieke korting. Maar al vanaf de eerste dag heeft LTO aangegeven dat de korting niet boven een absoluut percentage mocht komen, dus niet het logische resultaat mocht zijn van redelijk herstel van schade, vooral aangericht door LTO zelf. Die bleef immers beweren dat er nog jaren ruimte was voor uitbreiding. Dat was, las ik eerder elders op Foodlog, om paniek te voorkomen. Foutieve voorlichting van het individuele lid dus, in het belang van het collectief. Henk Antonissen doet er m.i. beter aan LTO voor de schade van de daardoor getroffen bedrijven aansprakelijk te stellen. De toenmalige staatssecretaris is steeds volstrekt duidelijk geweest. Ongeveer letterlijk heb ik gehoord: 'Jongens, dat jullie het zelf willen regelen vind ik OK, maar als de sector boven het fosfaatplafond komt neem ik direct keiharde maatregelen, om dat ongedaan te maken. Jullie zijn gewaarschuwd!'. Sectorbestuurders beloofden iets wat ze niet waar konden maken en verwijzen naar de overheid als het gaat om het herstel van de daaruit ontstane schade. Uiteraard met harde eisen aan die overheid.
Frans, waarom doet zo'n ministerie dat: te veel rechten uitgeven en dan net doen alsof dat gewoon is als keiharde maatregel?
Dick #2. Dat zou je de minister beter kunnen vragen. Mogelijk is het een gevolg van de keiharde eis van de sector 'niet meer generiek korten dan 7 %' (meen ik me te herinneren), terwijl je daar toch al boven zit (met 8,2% meen ik). Bovendien zit er nu een CU-minister die veel meer boeren als kiezers heeft dan de PvdA-staatssecretarissen. En het is een mens die ook gelooft in het tijdelijke van teveel: fosfaatrechten worden afgeroomd bij verkoop (klopt) en vleesveeboeren gaan die rechten vrijwillig teruggeven (klopt m.i. bij de meesten niet).
Dick Veerman,
Dat er inmiddels meer fosfaatrechten zijn uitgegeven dan het melkveefosfaatplafond groot is is logisch, immers bezwaren gaan over een afwijking ten gunste van de bezwaarmaker. Rechten worden gegeven op basis de fosfaatproductie en die wijkt af van de hoeveelheid afgeleverde melk (waar men in eerste instantie vanuit ging). Boeren krikte in bezwaarprocedures hun fosfaatproductie (melkproductie) op door te stellen dat zij veel antibiotica- en afwijkende- melk hebben weggegooid in de mestput en de kalfjes kregen heel veel goede koemelk, daardoor hadden de boeren een hogere fosfaatproductie (en kwamen dus in aanmerking voor extra fosfaatrechten) dan de hoeveelheid fosfaat die zij aanvankelijk toegewezen kregen op basis van afgeleverde melk.
Daar komt ook het hoge % gegronde bezwaren vandaan.
M.b.t. degene die door Henk in de knel zijn gekomen waarom zouden die eerder voor gratis rechten in aanmerking komen dan anderen die rechten hebben moeten inleveren (generieke korting), of die geinvesteerd hebben in grond of in omschakeling naar biologisch o.i.d.
Marco, in de berekende hoeveelheid melk om de fosfaatproductie per koe uit te rekenen, moet ik die dumpmelk en kalvermelk toch ook meenemen? Wat is dan het probleem met dat bezwaar op te lage toewijzing? Ons bex voordeel of extra efficiëntie via de kringloopwijzer, net zoals je wilt, mogen we ook niet meenemen. dan was de 8.3 % korting ook wel mee dicht te passen. Het moet tegenwoordig wel allemaal van een kant komen hé?