1 min
Eén op iedere zeven euro's die Nederlandse consumenten uitgeven in de supermarkt werd in 2017 besteed aan levensmiddelen met een keurmerk, meldde onderzoeksbureau IRI in juni van dit jaar. Keurmerken als Max Havelaar, Beter Leven en MSC realiseerden toen samen een groei van €830 miljoen (+30%) en waren goed voor in totaal €3,6 miljard in 2017. In 2016 lag de groei op 27% ten opzichte van 2015.
Uit de jongste Monitor Keurmerken Retail van IRI (eerste half jaar 2018) blijkt dat het aandeel in de keurmerken-omzet van meerdere productcategorieën inmiddels rond de één en zelfs twee op iedere drie euro's ligt. De grootste groei werd in de eerste zes maanden van 2018 gerealiseerd door het beter Leven Keurmerk van de Dierenbescherming. De categorieën vis, vlees en koffie/thee gaan op kop; daarin hebben respectievelijk 67%, 30% en 35% van de boodschappen die we afrekenen een keurmerk.
Omdat de keurmerken private organisaties zijn, rekent de consument apart af voor de kosten van normering, certificering en controle tussen concurrerende organisaties. De overheid wil geen verantwoordelijkheid bij de normering van duurzaamheid en laat die verantwoordelijkheid over aan de markt.
Onlangs sloeg de stichting Milieukeurmerk (SMK) een flinke slag door zijn Planetproof-label te kunnen plakken op zuivel van FrieslandCampina. De Dierenbescherming en de Stichting Natuur en Milieu waren al bezig met de ontwikkeling van een nieuw label voor zuivel dat dierenwelzijn en milieu samenbrengt, maar vielen vooralsnog buiten de boot bij de veruit grootste zuivelaar van Nederland. De eisen van SMK liggen wat lager dan de eisen die de beide concurrerende organisaties in ontwikkeling hebben.
Uit de jongste Monitor Keurmerken Retail van IRI (eerste half jaar 2018) blijkt dat het aandeel in de keurmerken-omzet van meerdere productcategorieën inmiddels rond de één en zelfs twee op iedere drie euro's ligt. De grootste groei werd in de eerste zes maanden van 2018 gerealiseerd door het beter Leven Keurmerk van de Dierenbescherming. De categorieën vis, vlees en koffie/thee gaan op kop; daarin hebben respectievelijk 67%, 30% en 35% van de boodschappen die we afrekenen een keurmerk.
Omdat de keurmerken private organisaties zijn, rekent de consument apart af voor de kosten van normering, certificering en controle tussen concurrerende organisaties. De overheid wil geen verantwoordelijkheid bij de normering van duurzaamheid en laat die verantwoordelijkheid over aan de markt.
Onlangs sloeg de stichting Milieukeurmerk (SMK) een flinke slag door zijn Planetproof-label te kunnen plakken op zuivel van FrieslandCampina. De Dierenbescherming en de Stichting Natuur en Milieu waren al bezig met de ontwikkeling van een nieuw label voor zuivel dat dierenwelzijn en milieu samenbrengt, maar vielen vooralsnog buiten de boot bij de veruit grootste zuivelaar van Nederland. De eisen van SMK liggen wat lager dan de eisen die de beide concurrerende organisaties in ontwikkeling hebben.
Met het feit dat FrieslandCampina Planetproof label op zijn melk plakt zijn de melkveehouders veel mee opgeschoten? Al die keurmerken wat voelen we ons daar veilig bij en wat maken zij zich belangrijk. Mensen willen zekerheid hebben maar dit is schijn zekerheid. Dit gaat de oplossing voor welk probleem niet bieden. Het probleem ligt op een heel ander terrein.
#1, Arnold, op welk terrein dan?
Frank Eric van der Meer
Het zit al in de titel verborgen: "Keurmerken doen goede zaken in de supermarkt"