De Duitse minister van Landbouw, Julia Klöckner, maakte woensdag bekend dat boeren die minimaal 30% van hun oogst verloren hebben een beroep kunnen doen op een overheidsfonds van €340 miljoen. Over eventuele toestemming daarvoor vanuit Brussel vermeldt het persbericht niets. Ook in Vlaanderen, Zweden, Polen, de Baltische Staten en Frankrijk heeft de overheid verschillende varianten van steun toegezegd, schrijft Boerderij.

Door de berichten uit het buitenland dringen de Nederlandse boeren bij minister Carola Schouten van Landbouw nog harder aan op extra crisismaatregelen. Tot nu toe stond het ministerie van LNV al gevolgschade-beperkende maatregelen als langer mest uitrijden en een overbruggingskrediet toe. Directe financiële steun lijkt er voor de Nederlandse boeren niet in te zitten. Nederland wil absoluut het risico vermijden van staatssteun beticht te worden, met de problematiek van de mest- en melkdossiers vers in het geheugen. CDA-Kamerlid Jaco Geurts rekent dan ook niet op directe steun. "Maar er moet in Europa wel een gelijk speelveld blijven. Het kan niet zo zijn dat er grote verschillen ontstaan tussen landen in de wijze waarop zij boeren financieel ondersteunen. Dat tast de concurrentiepositie van boeren aan."

Volgens LTO-voorzitter Marc Calon loopt de schade voor Nederlandse boeren inmiddels in de honderden miljoenen. "Deze extreme droogte kun je niet meer scharen onder het ondernemersrisico van boeren." LTO pleit voor extra maatregelen als mest uitrijden over grasland en het afschaffen van de assurantiebelasting op de brede weersverzekering. Dat boeren zich kunnen verzekeren tegen droogte is een van de argumenten van de overheid tegen een financiële tegemoetkoming. Dat maar 2.000 boeren (van de 55.000 Nederlandse boeren en tuinders) zich verzekerd hebben, legt minder gewicht in de schaal.
Dit artikel afdrukken