Stichting Demeter, het internationale biodynamische keurmerk, dient namens de aangesloten melkveehouders alsnog een groepsontheffingsverzoek in bij minister Carola Schouten. De nieuwe fosfaatregeling "berokkent onze Demeter-melkveehouders concurrentieel een ernstig nadeel ten opzichte van de regulier en regulier-biologisch werkende melkveehouders omdat zij structureel met een mesttekort worden geconfronteerd", schrijft Demeter in een brief met een juridisch scherp gemotiveerd verzoek. Het late verzoek valt op; de discussie over de uitzonderingsregelingen leek inmiddels van zowel boeren- als ministeriële kant gesloten.
"Zelden zijn 'bekeuringen’ zo fout geadresseerd", schrijft Demeter. "Er bestaat geen enkele vergelijkbare groep die zover binnen de mestregels werkt en die actief bijdraagt aan een landschap met koeien in de wei, grondgebonden veehouderij en behoud van biodiversiteit".
Toch moeten ook de biodynamische (BD) melkveehouders in Nederland zich houden aan de fosfaat- en mestregelingen. Dat zijn in Nederland 47 bedrijven, met in totaal 2.980 volwassen melkkoeien op 3.462 eigen ha grond. Een aantal van deze melkveehouders blijkt in de problemen te komen, reden voor Demeter om de minister om een algemene ontheffing te vragen. "Deze biodynamisch werkende boeren zijn in vele opzichten het voorbeeld voor de toekomst."
Alle koeien gelijk, maar Demeterkoeien niet
Hoe het probleem ontstaan is, legt Demeter uit in een bijlage bij de brief:
"Biodynamische melkveehouders boeren vanuit een visie waarin respect is voor dier, plant, grond en mens. Ze houden zich hierbij aan de strenge normen van het Demeter keurmerk. Een van de belangrijke regels is dat er niet meer dan 112 kgN/ha (N=stikstof) aan de bodem mag worden toegevoegd via de mest. Deze regel is gebaseerd op een maximale hoeveelheid dieren die je per hectare mag houden en de hoeveelheid mest die die dieren jaarlijks produceren. Kort gezegd komt het er op neer dat je iets minder dan een hectare grond per koe moet hebben als je aan de Demeter-norm wilt voldoen. Fosfaat is gelinkt aan de stikstof hoeveelheid die wordt uitgestoten en komt uit op zo'n 40-50kg fosfaat/ha volgens de Demeter-norm."
De overheid hanteert de Nitraatrichtlijn, die voor de "aanvoer van stikstof via dierlijke mest" een norm hanteert van maximaal 170 kilogram per hectare (en daar komen dan nog extra's bij voor Nederlandse derogatie en verschillende bodemtypes), en voor fosfaat op grasland 80 tot 100 kg per hectare. Die norm wordt voor alle melkkoeien in Nederland gehanteerd omdat ze - volgens het ministerie van landbouw - allemaal gelijk zijn.
"Om het probleem van de fosfaatuitstoot aan te pakken zijn vervolgens aan alle melkveehouders fosfaatrechten toegekend. Op zich heel eerlijk, behalve dat de rechten zijn toegekend op basis van groot vee eenheden (GVE), dus zeg maar aantallen koeien, zonder rekening te houden met de hoeveelheid grond die een melkveehouder bezat. Een melkveehouder met 30 koeien en 3ha grond kreeg dus evenveel rechten als een melkveehouder met 30 koeien en 30ha grond. Als je dan de vergelijking maakt tussen de fosfaat aanvoer per hectare van een biologisch-dynamische melkveehouder met wat volgens de Nederlandse overheid mag (50kg/ha vs. 80kg/ha) dan is dat een zeer onterechte toewijzing en zou het logischer zijn rekening te houden met de hoeveelheid grond die een boer in gebruik heeft. Temeer daar de overheid ook inzet op een meer grondgebonden melkveehouderij. Iets waar biologisch-dynamische boeren al heel lang voor staan."
Eventueel uitzondering als 'cultuurgoed'
BD-boeren lopen - kort gezegd - tegen een structureel mesttekort aan en door BD-boeren over dezelfde regulatoire kam te scheren als hun regulier(-biologische) collega's, "vervalst de regelgeving de eerlijke concurrentieverhoudingen op de markt". Volgens Europese mededingingsregels is dat uit de boze, stelt Demeter.
Niet geschoten altijd mis, moet Demeter hebben gedacht, en geeft de minister alvast een overweging mee mocht de groepsvrijstelling niet mogelijk zijn. De minister kan ook besluiten via een ministeriële regeling de op de antroposofische leer van Rudolf Steiner gebaseerde BD-melkveehouderij aan te wijzen als een cultuurgoed dat - ook in economische zin - bescherming verdient.
Dit artikel afdrukken
Toch moeten ook de biodynamische (BD) melkveehouders in Nederland zich houden aan de fosfaat- en mestregelingen. Dat zijn in Nederland 47 bedrijven, met in totaal 2.980 volwassen melkkoeien op 3.462 eigen ha grond. Een aantal van deze melkveehouders blijkt in de problemen te komen, reden voor Demeter om de minister om een algemene ontheffing te vragen. "Deze biodynamisch werkende boeren zijn in vele opzichten het voorbeeld voor de toekomst."
Alle koeien gelijk, maar Demeterkoeien niet
Hoe het probleem ontstaan is, legt Demeter uit in een bijlage bij de brief:
"Biodynamische melkveehouders boeren vanuit een visie waarin respect is voor dier, plant, grond en mens. Ze houden zich hierbij aan de strenge normen van het Demeter keurmerk. Een van de belangrijke regels is dat er niet meer dan 112 kgN/ha (N=stikstof) aan de bodem mag worden toegevoegd via de mest. Deze regel is gebaseerd op een maximale hoeveelheid dieren die je per hectare mag houden en de hoeveelheid mest die die dieren jaarlijks produceren. Kort gezegd komt het er op neer dat je iets minder dan een hectare grond per koe moet hebben als je aan de Demeter-norm wilt voldoen. Fosfaat is gelinkt aan de stikstof hoeveelheid die wordt uitgestoten en komt uit op zo'n 40-50kg fosfaat/ha volgens de Demeter-norm."
De overheid hanteert de Nitraatrichtlijn, die voor de "aanvoer van stikstof via dierlijke mest" een norm hanteert van maximaal 170 kilogram per hectare (en daar komen dan nog extra's bij voor Nederlandse derogatie en verschillende bodemtypes), en voor fosfaat op grasland 80 tot 100 kg per hectare. Die norm wordt voor alle melkkoeien in Nederland gehanteerd omdat ze - volgens het ministerie van landbouw - allemaal gelijk zijn.
"Om het probleem van de fosfaatuitstoot aan te pakken zijn vervolgens aan alle melkveehouders fosfaatrechten toegekend. Op zich heel eerlijk, behalve dat de rechten zijn toegekend op basis van groot vee eenheden (GVE), dus zeg maar aantallen koeien, zonder rekening te houden met de hoeveelheid grond die een melkveehouder bezat. Een melkveehouder met 30 koeien en 3ha grond kreeg dus evenveel rechten als een melkveehouder met 30 koeien en 30ha grond. Als je dan de vergelijking maakt tussen de fosfaat aanvoer per hectare van een biologisch-dynamische melkveehouder met wat volgens de Nederlandse overheid mag (50kg/ha vs. 80kg/ha) dan is dat een zeer onterechte toewijzing en zou het logischer zijn rekening te houden met de hoeveelheid grond die een boer in gebruik heeft. Temeer daar de overheid ook inzet op een meer grondgebonden melkveehouderij. Iets waar biologisch-dynamische boeren al heel lang voor staan."
Eventueel uitzondering als 'cultuurgoed'
BD-boeren lopen - kort gezegd - tegen een structureel mesttekort aan en door BD-boeren over dezelfde regulatoire kam te scheren als hun regulier(-biologische) collega's, "vervalst de regelgeving de eerlijke concurrentieverhoudingen op de markt". Volgens Europese mededingingsregels is dat uit de boze, stelt Demeter.
Niet geschoten altijd mis, moet Demeter hebben gedacht, en geeft de minister alvast een overweging mee mocht de groepsvrijstelling niet mogelijk zijn. De minister kan ook besluiten via een ministeriële regeling de op de antroposofische leer van Rudolf Steiner gebaseerde BD-melkveehouderij aan te wijzen als een cultuurgoed dat - ook in economische zin - bescherming verdient.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Jos, bedoel je in je laatste zin van #17 overschat of onderschat?
Dick Veerman,
Of economische redenen goede argumenten zijn voor een vrijstelling/ontheffing dat lijkt mij sterk, zoveel melk kun je overigens nu ook weer niet produceren met 112 kg N/ha. De prijs per li. zal beter zijn ook gezien het kleine aanbod. Ken jij Bd-boeren die in staat zijn (met een lening) om bijv. grond aan te kopen voor uitbreiding?
Mochten economische redenen van belang zijn dan zullen juist degene met grote halfvolle stallen menen voor een vrijstelling in aanmerking te komen.
Het argument is bij Bd geen bijdrage aan het mestoverschot en daardoor niet verantwoordelijk voor overschrijding van het fosfaatplafond.
Interessant is wel hoe gaan rechten afkomstig van afroming van fosfaatrechtentransacties in de toekomst vergeven worden? degene met de grootste hypotheek eerst?, Bd eerst, biologisch of grondgebonden?
Jos Verstraten,
Jongvee van vleesvee is feitelijk een andere situatie, de dieren horen niet onder het melkveefosfaatplafond hoewel zij code 101 en 102 hebben. Daarom mogen zij met ontheffing/vrijstelling gehouden worden (na inleveren van de reeds verkregen rechten, tenminste zo lijkt de regeling te gaan worden).
#15 Wouter, dat snap ik. Dat zei Jos ook al. Maar het is wel de goede reden. Maf hè?
Wouter v.d. Weijden jij zegt groei was niet nodig.
De motivatie en de lijn van mijn voorganger bij ZLTO was basaal heel simpel: de meeste ligboxenstallen in het zuiden dateren van jaren 70/ begin 80. In de vergrijzende sector moet elke melkveehouder die dat nog wil de gelegenheid krijgen een nieuwe te bouwen met 2 robotjes erin om kwaliteit van huisvesting vd koe, kwaliteit van leven van de ondernemer en zijn gezin én volumegroei om de afbouw van de europese melkprijsbescherming te compenseren. Zodat er perspectief blijft voor een volgende generatie. Daarbij is er ruimte voldoende binnen het fosfaatplafond als veehouders hier op sturen/gestuurd worden.
Voorwaardelijk grond verwerven past niet omdat er te weinig van is, dus te duur, het vliegwiel gaat dan andersom draaien en boeren investeren zich kapot. Sectoraal gezien kromp de melkveehouderij tot de afschaffing van de quotering op zand harder dan elders dus regionaal bij dit plaatje ook geen toenemende milieuproblematiek ( lees mestplaatsingsruimte) te verwachten. Daarbij natuurlijk het bekende riedeltje van stijging van welvaart en behoefte aan dierlijke producten etc.
Een voor de hand liggende visie op de toekomst van de melkveehouderij pakweg 5 tot 10 jaar geleden toen alles nog pais en vree leek in onze maatschappelijk zeer gewaardeerde sector en de 3 noordelijk provincie besturen in hun enthousiasme van de bouwactiviteiten in de zuivelindustrie uitstraalden dat de sector wel 30% kon groeien. Dáár moest het gebeuren ( en daar ging het ook gebeuren)
Bovenstaande had gekund, als er voldoende sturing vanuit de sector op fosfaat was geweest. Hoe de wereld er dan vandaag uit had gezien en of men daar dan tevreden mee was zal een vraag blijven. De realiteit is dat de ambitie van de veehouders schromelijk is overschat met alle bekende gevolgen.
Marco Maas waarom denk je dat ik er bij schrijf: het is juridisch onmogelijk? Dan blijft alleen over de discretionaire bevoegdheid van een bewindspersoon om af te wijken van. om bijzondere redenen ( waarvan het vervolgens de vraag is of je die voldoende gemotiveerd afgebakend kunt onderbouwen)
Als je ten principale geen rechten voorwaardelijk aan groei wilt kun je ze ook niet krijgen voor datgene wat je hebt. ( zie situatie jongvee van vleesvee) En juridisch is elke melkgevende koe gelijkwaardig.