Dat zegt de Utrechtse - met Haags en Amerikaans geld gefinancierde - Access to Nutrition Foundation op haar website. Het moet daarom anders. Om daar bewustzijn voor te kweken publiceert de stichting dit jaar voor de derde maal zijn systematische analyse van het verantwoordelijk gedrag van de grote, wereldwijd opererende levensmiddelenindustrie. Versie drie heeft een bijtend gezondheidsstaartje dat de winnaars vermoedelijk nu alvast zenuwachtig maakt voor de vierde versie.

Bij Unilever is maar 10% van de producten gezond te noemen. Unilever vindt zelf dat 35% van hun producten gezond mag heten. In het algemeen mag minder dan een derde van de 23.013 producten van grote levensmiddelenfabrikanten die Access to Nutrition onderzocht gezond heten. De lage score op gezondheid van de grote levensmiddelenbedrijven is zorgwekkend. Dat zegt Inge Kauer, directeur van de Foundation in het FD.

Niettemin vindt haar organisatie dat Nestlé (1), Unilever (2) en Danone (3) net voor FrieslandCampina (4) eindigen als toppers in de overall score van de Global Access to Nutrition Index (ATNI) 2018 die haar organisatie vandaag publiceerde. De bedrijven scoren nu nog hoog omdat de Index het onderdeel dat de gezondheid van producten meet dit jaar nog niet laat meetellen voor de algemene ranglijst. Nu is hun hoge score nog gebaseerd op inspanningen om zwaarlijvigheid en ondervoeding terug te dringen. De Access to Nutrition Foundation vindt dat de grote meerderheid van de grote levensmiddelenmerken veel te weinig doen om gezonde producten voor mensen met kleine beurs te verzinnen.



De 2018 Access to Nutrition Index (ATNI) is een Nederlands initiatief van de in Utrecht gevestigde Access to Nutrition Foundation (ATNF). De stichting wordt mogelijk gemaakt door financiering van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken en donaties van de Bill and Melinda Gates Foundation en de Robert Wood Johnson Foundation. Eerdere indices verschenen in 2013 en 2016.
Dit artikel afdrukken