We publiceren de komende 2 weken hun gedachten over verschillende onderwerpen rond voedsel. Het is uitdagend die te vergelijken met de gedachtenvorming over voedselbeleid zoals die thans in de Nederlandse Tweede Kamer plaatsvindt. Denken deze jonge mensen anders, verder of juist minder ver dan de beroepsbeleidsmakers van Nederland?
Vandaag een bijdrage van Roel Wester, Masters student medische biologie. Hij zou de angst voor Genetisch Gemodificeerde Organismen (GGO's) het liefst omzeilen door die met publiek in plaats van commercieel geld te ontwikkelen.
Een nieuwe groene revolutie belooft het volgens sommigen te worden. Planten die sneller groeien, minder vatbaar zijn voor ziektes en meer voedingsstoffen bevatten dan hun ongemodificeerde tegenhangers. Het eerste gecommercialiseerde genetisch gemodificeerde organisme (GGO) was de Flavr savr-tomaat, die langer goed blijft na het plukken door een vertraagd rijpingsproces. Verder is er rijst die beter bestand is tegen overstromingen, wat in sommige gebieden een opbrengstverhoging van meer dan 25% kan betekenen. In Oeganda werkt men aan een bakbanaan die beter bestand is tegen bodemuitputting en klimaatverandering. Elders in de wereld worden deze GGO’s gegeten, maar wij in Europa zijn sceptisch. Hoe komt dat?
GMO-labeling
Vergeleken met de VS zijn we in Europa bijzonder streng als het op GGO’s aankomt. Wij behandelen elke GGO als ‘nieuw voedsel’, wat erop neer komt dat een bedrijf dat het wil introduceren eerst duidelijk moet bewijzen dat er geen negatieve gezondheidsrisico’s aan vast kleven, in Amerika hoeft dit niet voor elke modificatie opnieuw. Een lange tijd hoefden GGO’s in Amerika niet gelabeld te worden. Ondanks dat daar sinds 2016 verandering in is gekomen, hoeven voedingswaren die aan het eind van de productieketen nauwelijks meer genetisch materiaal van de plant (DNA) bevatten dat label niet te dragen. In de EU is labelen al veel langer verplicht en is de wetgeving wederom strenger. Ook moet in Europa elke transactie waar GGO’s mee gemoeid zijn worden bijgehouden en moeten deze gegevens maar liefst 5 jaar lang worden bewaard.
Over hoe deze verschillen zijn ontstaan zijn verschillende theorieën geopperd. Zo zouden Europeanen een culturele aversie hebben voor het eten van gemodificeerd voedsel, terwijl Amerikanen al jaren gewend zijn aan bewerkt eten en fast food. Ook zouden Amerikanen minder bang zijn voor contaminatie of ontwrichting van het ecosysteem door GGO’s omdat ze boerderijen meer zouden zien als onderdeel van het industriële systeem in plaats van als authentiek onderdeel van het rustieke platteland. Leuke verklaringen stuk voor stuk, maar of het de doorslaggevende redenen zijn, betwijfel ik. Het is niet alsof wij Europeanen geen fast food eten en onze landbouw is ook bijzonder intensief en geïndustrialiseerd.
Veiligheid product versus veiligheid proces
Ik denk dat de verschillen eerder ontstaan zijn door verschil in de manier waarop regelgeving tot stand is gekomen, en dan voornamelijk het verschil in de mensen die verantwoordelijk waren voor die regelgeving. In Amerika kwam een groot deel van de regulerende taak terecht bij het ministerie van landbouw, dat een lijn aanhield die de focus legde op de veiligheid van eindproduct van modificatie en niet al te kritisch was over hoe zo’n product dan verkregen werd. In Europa kwam de verantwoordelijkheid voornamelijk onder het departement van milieu, consumentenbescherming en nucleaire veiligheid, die focus legde op het maken van GGO’s in plaats van op het eindproduct. Het gevolg was een strengere wetgeving, gemaakt door extreem voorzichtige wetgevers die nog kampten met wantrouwen van de burger vanwege recente missers, in het bijzonder met betrekking tot uitbraken van mond-en-klauwzeer rond 1990. Soit, we zitten dus met een strenger systeem, maar in hoeverre is dat nou terecht?
Waar ik liever zou zien dat we met publiek geld onderzoek doen naar het modificeren van onze gewassen, om deze vervolgens ook publiek eigendom te maken, denk ik dat dat te veel indruist tegen het geloof van het neoliberale Europa in de markt. Dit onderwerp is echter veel te gevoelig om aan marktwerking over te latenOnvoorziene gevolgen
Directe gevolgen voor menselijke gezondheid door het eten van GGO’s worden nauwelijks gerapporteerd, maar dat is niet het enige waar men bang voor is. Planten of dieren waar we zelf aan gesleuteld hebben kunnen misschien een hele andere rol gaan spelen als ze afdwalen van hun akkers en in een natuurlijk ecosysteem terecht komen. Aangezien dit vaak effecten zijn die erg moeilijk te voorspellen zijn, is de kans groot dat het al te laat is als we het effect eenmaal zien. Een beangstigend scenario, geef ik toe, maar niet op elke GGO van toepassing. Een plant die natuurlijke insecticiden aanmaakt kan misschien onverstoord een heel ecosysteem overwoekeren, maar een plant die wat meer vitamine A maakt, zoals de zogenaamde ‘gouden rijst’, om ondervoeding in Zuidoost Aziatische landen tegen te gaan kan dat niet.
Het tekort aan vitamine A zorgde voor ernstige ondervoeding, waardoor kinderen blind konden worden. Deze vorm van rijst heeft dit probleem vrijwel geheel opgelost. Dit voorbeeld licht de diversiteit van het probleem uit, maar ook die van de oplossing. Er leiden in dit geval meerdere wegen naar Rome, een slimme manier van modificeren kan oplossingen bieden zonder te grote risico’s. De gouden rijst, een project gesteund door de Bill and Melinda Gates Foundation, heeft een van de grondleggers van de anti-GGO-beweging in het Verenigd Koninkrijk overtuigd van de ongelooflijke potentie die in deze techniek schuilt.
Niet allemaal even angstaanjagend dus, maar de gouden rijst is wel het makkelijkste voorbeeld. Deze rijst heeft alles mee: het brengt weinig risico voor het milieu, heeft een directe, grote, positieve impact op de volksgezondheid en was een project zonder winstoogmerk. In de huidige realiteit worden GGO’s veelal door grote bedrijven gemaakt en vervolgens gepatenteerd. Als het dan om een GGO gaat die zo essentieel is als de gouden rijst kan er ineens een enorm deel van de voedselproductie in handen van een commercieel bedrijf komen te liggen. Deze situatie lijkt zich nu in de VS voor te doen.
Te gevoelig voor marktwerking
Waar ik liever zou zien dat we met publiek geld onderzoek doen naar het modificeren van onze gewassen, om deze vervolgens ook publiek eigendom te maken, denk ik dat dat te veel indruist tegen het geloof van het neoliberale Europa in de markt. Dit onderwerp is echter veel te gevoelig om aan marktwerking over te laten. Consumentenvertrouwen in de voedselindustrie is op het moment al dramatisch, doe daar nog een schepje wantrouwen tegen multinationals bovenop en iedereen gaat z’n eigen moestuin aanleggen. Een ingrijpende verandering in ons voedselsysteem moet bij uitstek een breed maatschappelijk draagvlak hebben, omdat iedereen er drie keer per dag mee geconfronteerd wordt.
Dat betekent dus dat het geleidelijk moet gaan als we de potentie van GGO’s willen benutten. Dat we scherp moeten blijven opletten op eventuele onveiligheden en dat we adequaat in moeten grijpen als die geconstateerd worden. Het betekent ook dat we angsten van burgers serieus moeten nemen en uit moeten kijken voor modificaties waar zij huiverig voor zijn. Zo zullen GGO’s voor medicinale doeleinden makkelijker geaccepteerd worden dan GGO’s die zelf insecticiden produceren. Het zal wat kosten, maar we kunnen dit, met onze strenge regels en onze oplettende bevolking, wel degelijk een succes maken. Door te leren van de fouten en successen aan de andere kant van de oceaan kunnen we op een verantwoordelijke manier onze wereld blijven verbeteren.
Alle bijdragen van de studenten in deze serie zijn te vinden onder de tag 'radboud honourslab'.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
"Planten of dieren waar we zelf aan gesleuteld hebben kunnen misschien een hele andere rol gaan spelen als ze afdwalen van hun akkers en in een natuurlijk ecosysteem terecht komen. Aangezien dit vaak effecten zijn die erg moeilijk te voorspellen zijn, is de kans groot dat het al te laat is als we het effect eenmaal zien. Een beangstigend scenario, geef ik toe, maar niet op elke GGO van toepassing. Een plant die natuurlijke insecticiden aanmaakt kan misschien onverstoord een heel ecosysteem overwoekeren, maar een plant die wat meer vitamine A maakt, zoals de zogenaamde ‘gouden rijst’, om ondervoeding in Zuidoost Aziatische landen tegen te gaan kan dat niet."
Het lijkt inderdaad onschadelijk om alleen een kleine aanpassing te doen met wat meer vitamines. Wil dat echter zeggen dat zo'n kleine aanpassing niet alsnog onvoorziene gevolgen kan hebben? In hoeverre kun je dat met redelijkheid zeggen? Helemaal als je allerlei gewassen aan gaat passen aan je wensen, want als het succes heeft laat je het niet alleen bij rijst, toch? Want ze hebben vast niet alleen tekort aan die ene vitamine A. En er mag ook wel wat meer groeien want de oogsten zijn nu wat magertjes, dus daar wil je ook aan sleutelen. Voor je 't weet wordt er aan alles gesleuteld 'omdat het kan', en brengen we een enorme verandering aan in de natuur, waarvan we nog steeds geen idee hebben wat het (cumulatieve) effect zal zijn.
De ontwikkeling en verstrekking in het publieke domein houden lijkt me wel slimmer dan het door bedrijven te laten uitwerken met als doel winst, die trappen niet graag snel op de rem als het toch niet zo handig lijkt te zijn, want ja, winst, aandeelhouders etc.
Plus, zo'n GGO als Golden Rice pakt niet het onderliggende probleem aan: armoede, gebrek aan mogelijkheden om voldoende voedsel te verbouwen. Waarom zijn ze arm en kunnen ze niet genoeg eigen eten verbouwen? Wat maakt dat ze een high-tech, quick-fix oplossing nodig hebben in de vorm van GGO? Wat mij betreft is de slimste route de onderliggende problemen aanpakken, in plaats van te patchen met technologische oplossingen die weer hun eigen problemen creëren.
#1 Otto. Als boeren zo'n GGO als golden rice telen, dan verruimt dat toch hun mogelijkheden? Als boeren straks in Afrika een GGO-cassave hebben, die veel meer opbrengt dan nu het geval is, dan kunnen ze daar toch beter van leven? Als er GGO-gewassen zijn, die zuiniger met water en nutrienten zijn, en meer opbrengen met minder werk (ziektenresistent en herbicidenresistent bijv), is dat toch goed?
#1, vergeet even het concrete voorbeeld. Het interessante van de gedachte van Roel Wester is het losmaken van commercie van GGO's die gewenst zijn, maar gewantrouwd worden door de belangen die ze met zich meebrengen.
Het komt weer uit op het patenteren van genen. Het zou heel leuk zijn als er, zoals met CRISPR-cas mogelijk is, een heel aantal kleine bedrijfjes en/of NGOs en/of publieke instituten met gentechnologie gaan werken aan oplossingen in het algemeen belang (itt commercieel belang), maar zolang als het patenteren van genen mogelijk is, zullen ook zij dat uit lijfsbehoud moeten doen. En zo gauw er dan iets concreets ligt wat waarde heeft en gekocht kan worden, dan zullen de grote jongens daar toch vroeg of laat weer hun klauwen op weten te krijgen. Dus eerst weg met het patenteren van genen, anders wordt het niks.
Harry, weet je zeker dat CRISPR/cas9 in het geval van succesvolle toepassingen vrij is? Ik begreep onlangs van Michel Haring dat dat niet zo is. Als labtech is het 'free'; voor toepassingen die in het economisch verkeer worden afgerekend, moet je dokken.
Best een handig verdienmodel.
Of klopt dat niet?