Eenvoudige labels op verpakkingen waarmee je in één oogopslag ziet hoe gezond een product is. Dat wil de Belgische minister van Volksgezondheid Maggie De Block, naar Frans en Brits voorbeeld. Ook apps, waarmee je producten kunt ‘scannen op gezondheid’, zouden consumenten kunnen helpen om gezonde voedingskeuzes te maken. In de Standaard zegt De Block: “We onderzoeken of er een draagvlak voor bestaat in ons land en of de invoering van zo’n systeem haalbaar is”. Brancheorganisatie van de voedingsmiddelenindustrie Fevia vindt de apps wel een goed idee, maar is niet enthousiast over de kleurcodes. “Dat is weinig objectief”, zegt woordvoerder Nicholas Courant. “Olijfolie kan bijvoorbeeld een rode kleur krijgen omdat het zoveel vetten bevat, terwijl het toch een gezonder alternatief is. Het is dus genuanceerder dan een groene of rode stempel.”
De Standaard - Is ketchup gezond? Gezondheidslabel verklapt het
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Heren, geen ruzie maken. Bedrijven hebben regels nodig. Die worden gemaakt door autoriteiten. Nieuwe inzichten en een grotere mate van vrijpostigheid in het oordelen over de verstandigheid van autoriteiten maken dat het kader voor wat 'goed', 'duidelijk' en 'gezond' mag heten niet duidelijker, maar waziger wordt als je het universeel geldig wilt laten zijn.
De wetgever werkt daar aan mee op vele fronten. Vele oordelen over 'goed' en 'beter' die warenwettelijk zouden moeten zijn, zijn in Nederland inmiddels aan private organisaties uitbesteed. Dat maakt de bende nog groter, want iedereen vindt er natuurlijk iets van.
We worden het niet eens Dennis. Niet erg. Wat je kritiek betreft, ik zou me tot de Gezondheidsraad wenden.
Jos,
Van de door jou genoemde wiki: "Foods with 'green' indicators are healthier and to be preferred over those with 'red' ones." I rest my case.
Je bent nog niet ingegaan op mijn vraag waar de ADH van suiker, vet of zout op gebasseerd is. Laat ik zelf een deel van het antwoord geven.
De norm voor verzadigd vet (minder dan 10en% per dag) stamt uit 2001 en wordt nog altijd als tijdelijke voedinsgnorm gehanteerd. Heb je wel eens gezocht waar die 10% vandaan komt? Ik wel, hij komt uit de lucht vallen. Het is gebaseerd op de (inmiddels steeds minder ondersteunde) gedachte dat verzadigd vet een risicofactor voor hart- en vaatziekten is. Volledig op een gezondheidsaspect dus. Maar de rationale om vervolgens de bovengrens op 10en% te zetten, is uiterst mager tot afwezig. In de Nederlandse norm is de redenering ongeveer als volgt: de gemiddelde inname is nu (in 2001) 13en%, minder is beter, dus laten we iets haalbaars kiezen en gaan voor 10en%.
O ja, en heb je de Richtlijnen Goede Voeding 2015 gelezen? Daar is deze norm van 10en% voor verzadigd vet (i.t.t. de RGV2006) expliciet niet meer te vinden, en daar geven ze ook een reden voor: de evidence ondersteunt het niet.
En dan ben je er nog niet. Want hoe vertaal je zo'n (wankele) dagelijkse norm van 10en% nou in iets per 100g dat je op elk product kan zetten? Dat doet de Gezondheidsraad helemaal niet. Deze stap is cruciaal voor kleurcodes, maar wel één die nog verder af staat van enige vorm van evidence dat het leidt tot en betere gezondheid. En voor deze stap kan niet worden gewezen naar de autoriteit van de Gezondheidsraad.
Ik begrijp dat producenten graag houvast willen hebben en daarom normen e.d. graag omarmen. Ik begrijp ook dat fabrikanten de getallen in de normen en de totstandkoming daarvan graag bij de verantwoordelijke instantie zoals de Gezondheidsraad laten. Maar tegelijk willen die instanties de verantwoordelijkheid voor het gezondheidseffect van producten graag bij de producenten (en deels bij de consumenten) laten. Het resultaat is een beetje heen en weer wijzen, en het in stand houden van een systeem dat de schijn ophoudt tot een gezonder aanbod te leiden, maar dat geen werkelijke verbetering teweegbrengt omdat de onderliggende ideeën niet kloppen (zie het veranderde inzicht m.b.t. de 10en% VV in de RGV2015 t.o.v. de norm uit 2001). Misschien wordt het tijd om in te zien dat het allemaal niet zo recht-toe-recht-aan is, dat e.a. niet uit te drukken valt in harde bovengrenzen, en dat we met deze onzekerheid zullen moeten leven. Als producenten werkelijk een gezonder aanbod willen creëren, zullen ze zelf meer moeten begrijpen van de effecten die hun product bij verschillende mensen teweegbrengen.
Natuurlijk heeft ook het traffic light system tot doel om mensen betere keuzes te laten maken, en die keuzes worden geacht gezonder te zijn. Maar de communicatie is heel anders. Groen is de beste keuze, bij amber moet je op gaan letten en in een overwegend rode categorie kun je beter niet teveel innemen (limit is het Engelse woord) . Er wordt niet geoordeeld dat je iets niet moet nemen. Vinkje pretendeerde dat een vinkje product gezonder was dan een niet vinkje product.
En tja, hoe kun je nu op basis van de uitspraak van een aan dat instituut verbonden wetenschappelijk medewerker volhouden wat je in #10 beweert Dennis? Dit staat op hun website en hun slogan was nota bene `de gezondere keuze`. Kijk ook even op de wiki over het traffic light system of je daar het woord gezond ook kunt vinden. Indirect is er natuurlijk wel degelijk een connectie, maar het Engelse systeem heeft in elk geval niet de pretentie dat ze weten hoe het zit. Rood staat niet boven groen, rood staat voor veel, en daar wordt je dus geacht voor op te passen zodat het niet teveel wordt.
En wie bepaalt wat teveel is? Ik niet in elk geval. Jij ook niet. We hebben samen bepaald dat dat wordt vastgesteld door de Gezondheidsraad in dit land. Dat vindt jij nergens op slaan en dat is je goed recht, maar ik denk niet dat de voedingssector zich kan baseren op de mening van elke individuele burger. Er is een maatstaf nodig, en dat is de Gezondheidsraad. Of hun mening juist is? Weet ik niet, maar ik vind hem wel relevant.
Als je de vaststellingen van de Gezondheidsraad in twijfel trekt kun je alles in twijfel trekken Dennis. Als je iets wilt doen aan vet, suiker en zout zul je normen moeten stellen, anders kom je in eindeloze discussies. Die discussies zijn prima, maar voor een aanduiding op een verpakking kun je er niks mee.
Tot slot, in deze materie heeft niets niets met gezondheid te maken. In het leven heeft heel weinig niets met gezondheid te maken. Het gaat om de wijze waarop gecommuniceerd wordt. Ik vind de communicatie rond vinkje wezenlijk anders dan die rond ADH of Traffic Light System. Jij vindt dat klaarblijkelijk niet. Dat is niet meer dan een verschil van mening.
Jos,
Ik had na het Vinkje debat een gesprek met een van de wetenschappelijk medewerkers en hij benadrukte dat het Vinkje geen gezondheidsclaim was maar een voedingswaarde claim, precies wat jij beschrijft van de kleurcodes. Alles met vinkje had in feite een groen licht.
Ik vind het wat ridicuul om te stellen dat een stoplicht geen uitspraak doet over goed of fout, waarom dan een rood licht gebruiken? Staat rood niet 'boven' groen?
Hoe wil je nou volhouden dat de ADH niets met gezondheid te maken heeft. Als het aangeeft "hoeveel gezonde mensen van een bepaalde voedingsstof nodig hebben", hoe zie je dan de definitie van "nodig hebben"? Nodig waarvoor? Nodig om gebreksziekten te voorkomen bijvoorbeeld. Heeft dat "niets" met gezondheid te maken?
Voor micronutriënten is een ADH die gebreksziekten voorkomt nog wel begrijpelijk (hoewel dat niet betekent dat het de ideale inname is). Maar vertel eens, waar is de ADH van zout, suiker, en verzadigd vet op gebaseerd? En wanneer springt het stoplicht op rood, bij teveel of te weinig?