Het traditionele Amerikaanse rundvlees komt van graangevoerde koeien uit feedlots, grote koeienboerderijen waar geen spriet te vinden is. De dieren worden vetgemest met voer in plaats van gras dat ze zelf met hun tong van het land trekken. De afgelopen paar jaar kwam grasgevoerd vlees in de mode. Dat zou duurzamer zijn en gezondere vetzuren bevatten. De markt verzestienvoudigde van $17 miljoen in 2012 naar $272 miljoen in 2016. Marktanalisten denken dat grass-fed rundvlees over 10 jaar zo'n 30% van de Amerikaanse rundvleesmarkt zal uitmaken; de totale grootte van die markt ligt rond de $100 miljard. Daarvoor is heel wat gras nodig.

Daar begint het probleem.

Zo’n 50 duizend koeienvlaaien zijn de laatste jaren verscheept naar de Texas A&M University. De mest kwam vanuit alle hoeken van de Amerikaanse Mid-west en was soms meer dan 20 jaar oud. Aan de universiteit bestuderen onderzoeker Joe Craine en zijn assistenten de mest, om de kwaliteit te bepalen van het gras dat de koeien die jaren hadden gegeten. Zij zien dat de voedingswaarde, vooral het eiwitgehalte, sinds de jaren ’90 flink omlaag is gegaan. “Als we dezelfde kwaliteit hadden als 25 jaar geleden,” zegt Craine tegen NPR, “dan zouden onze dieren flink meer gewicht krijgen.”

Volgens Craine zakt de voedingswaarde omdat Amerikaanse boeren hun koeien van de prairie halen en onderbrengen in ‘feedlots’: verzamelplekken waar de dieren intensief worden gehouden, vaak met duizenden tegelijk. Daar krijgen ze prairiegras, maar hun mest gaat niet terug naar de graslanden. Zo verschraalt de grond.

Toch denkt de onderzoeker stiekem ook dat het hogere gehalte kooldioxide in de atmosfeer een rol speelt. Hoe meer kooldioxide, hoe groter de plant wordt maar hoe lager zijn gehalte eiwitten. “Het is een kwestie van tijd of prairiegras heeft geen voedingswaarde meer,” zegt Craine.

Het gebrek aan stikstof nekt de kwaliteit van het gras. Om rundvleesproductie mogelijk te houden moeten producenten grote hoeveelheden stikstof over de prairies verspreiden. Dat zullen forse hoeveelheden moeten zijn, gezien de stijgende vraag naar grass-fed meat. Je kunt het ook anders zeggen: koeien zijn bedoeld om gras te eten, maar als het gras minder van kwaliteit wordt of zelfs op is, dan is het ook op en kan de markt niet meer groeien. Op=op.
Dit artikel afdrukken