Het gaat wat beter met de blauwvintonijn, melden verschillende media. Die uit de Middellandse Zee mag weer gegeten worden, voor de kust van Devon in Engeland is een exemplaar van twee meter gevangen en de snelle roofvis komt zelfs weer voor in de Noordzee.

Is de tonijn van Finless Foods, een Californische biotech start-up, dan mosterd na de maaltijd?

Finless Foods maakt echte kweekvis. Het bedrijfje begon halverwege vorig jaar met een klompje tonijncellen, net zoals kweekvleesmakers ooit met rundvleescellen begonnen. Nu maken oprichters en eigenaren Mike Selden en Brian Wyrwas bekend dat zij in 2019 hun ‘labvis’ tegen concurrerende prijzen op de markt willen brengen. Om die reden kozen ze voor de dure blauwvintonijn. Met de hoge marktprijzen daarvan, kunnen ze het snelst concurreren.
Ze zijn er alvast in geslaagd de productiekosten voor hun groeimedium te halveren; investeerders tonen zich geïnteresseerd omdat ze geloven in de interesse van 'bewuste' kopers in het hoogste marktsegment.

Het voordeel van hun graatloze visvlees is ethisch: er wordt geen dier gedood. Daarnaast kan de gecontroleerde kweek efficiënter gebeuren dan door visvangst op zee. Dat kost behalve een boot en stookolie, ook nog eens energie en dus voedsel voor een heel bewogen leven van de razendsnelle tonijn. Die energiebesteding vertaalt zich niet in visvlees. Ook zou het gezonder zijn: "Geen kwik, geen plastic, geen antibiotica of groeihormonen. En al naar gelang de klantwens kunnen we ons proces zo inrichten dat we een magere of juist een vette vis produceren", aldus Selden. Om associaties met zalmkweek te vermijden, noemt Finless Foods noemt zijn product geen kweekvis, maar ‘clean fish’.
Dit artikel afdrukken