Twee halen, één betalen. Dan betaal je dus tweeënnegentig en een halve cent per kilo. Voordelig smullen met de feestdagen.

Maar er knaagt wat. Pijnlijk om te weten tijdens de vrede op aarde en in de mensen in de grote stad een welbehagen. De akkerbouwer, de teler van de excellente aardappelen van de klei van Tholen, die ze leverde voor de Albert Heijnstunt, kreeg er voor: 10 cent per kilo. Wij betalen er ruim negen keer zoveel voor en volgende week weer achttien keer de prijs die de boer er voor krijgt. De aardappelprijzen op groothandelsmarkten zijn laag. Boeren verdienen er niets aan, als ze er al niet op verliezen.

Wat zou ik zielsgraag weten hoe de prijs tot stand komt die burgers in supermarkten moeten betalen. Het gaat me niks aan, zal de kruidenier zeggen. Toch wel, chef. Het is mijn geld. Ik begrijp dat uw aandeelhouders er wat van moeten hebben omdat ze anders aan de bedelstaf raken, maar van die 1,85 deze week voor twee kilo, zou ik graag zien dat er minstens twee kwartjes naar de boer gingen.

Het laat me koud als uw aandeelhouders er aan onderdoor gaan. Maar boeren moeten overleven. In mijn belang.
Dit artikel afdrukken