"Onze landbouwgrond is zo dood als een pier. Weg met het gif." Dat kopt De Correspondent. Hoe ziet de landbouw na het gif eruit?
In een lang artikel veegt Jelmer Mommers alle nieuws dat onlangs de voorpagina's haalde bij elkaar tot een grote aanval op de aarde en de mensheid. De indruk die de lezer er aan overhoudt, kun je als volgt samenvatten*: neonics en glyfosaat zijn verantwoordelijk voor kanker en de dood van insecten, bacteriën en het bodemleven en dat werkt weer door in de hele flora en fauna.
De conclusie is daarom: weg met al dat gif. Wat niet in het stuk te vinden is, is hoe we ons de nieuwe landbouw die moet ontstaan, kunnen voorstellen. Die wordt wel bij naam genoemd, maar onduidelijk blijft welke werkelijkheid daar straks achter vandaan zal komen. Wat eten we straks? Zal er genoeg zijn? Wat kost het? Beantwoordt het aan de gezondheidseisen die we aan voeding stellen? Dat zijn zomaar een paar vragen die niet onbelangrijk zijn, maar eventjes ondergesneeuwd lijken te raken in het gesprek over gif, kanker en vernaggelde bodems.
Agro-ecologie is die naam. Daar zijn vele definities van. Wat het echt betekent blijkt zelfs Wikipedia in het Engels niet echt te weten. De meest gezaghebbende encyclopedie van de 21e eeuw zegt er dit over: Agroecology is the study of ecological processes applied to agricultural production systems. The prefix agro- refers to agriculture. Bringing ecological principles to bear in agroecosystems can suggest novel management approaches that would not otherwise be considered. The term is often used imprecisely and may refer to "a science, a movement, [or] a practice".[1] Agroecologists study a variety of agroecosystems, and the field of agroecology is not associated with any one particular method of farming, whether it be organic, integrated, or conventional; intensive or extensive, although it has much more in common with some of the before mentioned farming systems.
Hieronder nodig ik de verzamelde kennis van Foodlog om het eens concreter te maken: wat betekent een landbouw zonder gif? Laten we het eens proberen te benoemen voor landen in ons deel van de wereld: Nederland, België, Duitsland, Denemarken en Frankrijk.
Hoe ziet die landbouw zonder gif eruit in 2027? Of moet het sneller dan 10 jaar, nu de publieke opinie in staat van alarm is gebracht?
Update 6 november 9:35 uur:
* op verzoek van Jelmer Mommers verving ik de woorden "Kort samengevat:" door "De indruk die de lezer er aan overhoudt, kun je als volgt samenvatten:" Mochten lezers gedacht hebben dat hij en zijn co-auteur Tomas Vanheste met stelligheid schreven wat na de : volgt, dan bied ik mijn excuses aan.
Het bovenstaande stuk heeft geleid tot een heel waardevolle draad met bijdragen als parels. Mijn grote dank gaat uit naar allen die daaraan hebben bijgedragen. Leesadvies: begin bij de eerste reactie. Welke reacties concreet zijn of een diepere analyse geven van de context die bepalend is voor het gebruik van gif en de voortzetting daavan, ontdek je vanzelf door zorgvuldig te lezen en er even de tijd voor te nemen.
Dit artikel afdrukken
De conclusie is daarom: weg met al dat gif. Wat niet in het stuk te vinden is, is hoe we ons de nieuwe landbouw die moet ontstaan, kunnen voorstellen. Die wordt wel bij naam genoemd, maar onduidelijk blijft welke werkelijkheid daar straks achter vandaan zal komen. Wat eten we straks? Zal er genoeg zijn? Wat kost het? Beantwoordt het aan de gezondheidseisen die we aan voeding stellen? Dat zijn zomaar een paar vragen die niet onbelangrijk zijn, maar eventjes ondergesneeuwd lijken te raken in het gesprek over gif, kanker en vernaggelde bodems.
Wat eten we straks? Zal er genoeg zijn? Wat kost het?Beantwoordt het aan de gezondheidseisen die we aan voeding stellen? Dat zijn zomaar een paar vragen die niet onbelangrijk zijnAgro-ecologie
Agro-ecologie is die naam. Daar zijn vele definities van. Wat het echt betekent blijkt zelfs Wikipedia in het Engels niet echt te weten. De meest gezaghebbende encyclopedie van de 21e eeuw zegt er dit over: Agroecology is the study of ecological processes applied to agricultural production systems. The prefix agro- refers to agriculture. Bringing ecological principles to bear in agroecosystems can suggest novel management approaches that would not otherwise be considered. The term is often used imprecisely and may refer to "a science, a movement, [or] a practice".[1] Agroecologists study a variety of agroecosystems, and the field of agroecology is not associated with any one particular method of farming, whether it be organic, integrated, or conventional; intensive or extensive, although it has much more in common with some of the before mentioned farming systems.
Hieronder nodig ik de verzamelde kennis van Foodlog om het eens concreter te maken: wat betekent een landbouw zonder gif? Laten we het eens proberen te benoemen voor landen in ons deel van de wereld: Nederland, België, Duitsland, Denemarken en Frankrijk.
Hoe ziet die landbouw zonder gif eruit in 2027? Of moet het sneller dan 10 jaar, nu de publieke opinie in staat van alarm is gebracht?
Update 6 november 9:35 uur:
* op verzoek van Jelmer Mommers verving ik de woorden "Kort samengevat:" door "De indruk die de lezer er aan overhoudt, kun je als volgt samenvatten:" Mochten lezers gedacht hebben dat hij en zijn co-auteur Tomas Vanheste met stelligheid schreven wat na de : volgt, dan bied ik mijn excuses aan.
Het bovenstaande stuk heeft geleid tot een heel waardevolle draad met bijdragen als parels. Mijn grote dank gaat uit naar allen die daaraan hebben bijgedragen. Leesadvies: begin bij de eerste reactie. Welke reacties concreet zijn of een diepere analyse geven van de context die bepalend is voor het gebruik van gif en de voortzetting daavan, ontdek je vanzelf door zorgvuldig te lezen en er even de tijd voor te nemen.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Inderdaad een heel goede vraag hoe onze landbouw eruit zou moeten zien zonder bestrijdingsmiddelen tegen onkruid, insectenplagen en schimmels. het is net zoals de vraag hoe wij mensen gezond blijven zonder geneesmiddelen met bijwerkingen. En in beide gevallen hebben sommigen alle vertrouwen in de techniek en anderen in de natuur. In de landbouw betekent dat drones, veredeling, gentech, precisielandbouw, en gesloten teelten in de landbouw terwijl anderen zweren bij ecologische, natuur inclusieve, of biologische landbouw. Er is geen eenduidige oplossing maar in alle gevallen hangt er een prijskaartje aan, en ons economische wetten en consumptie systeem zijn weerbarstig. Dat er maatschappelijk keuzes gemaakt moeten worden om de natuur een beetje leuk te houden voor ons eigen bestwil, daar is iedereen het over eens.
Ideeën zat in de media (al dan niet zinnig), maar de consensus tussen belangengroepen is nog ver te zoeken.
Het enorme gebruik van medicijnen is voor een groot deel het gevolg van onze levensstijl, de medicijnen zijn dan ook vaak symptoombestrijding. Dezelfde kortzichtige visie als wanneer er niet op een duurzame wijze naar de landbouw gekeken gaat worden.
Interessant: Beter scoren door innovatie en opschaling kringlooplandbouw
Dick, ik verwacht eenzelfde factor in prijs als dat wij nu zien tussen gangbaar en biologisch. Een factor 3 dus ongeveer. Dus aandeel inkomen voedsel van 30% ipv de huidige 10%. Goede zaak voor de boer. Slechte zaak voor de rest van de economie. Maar alle reisleiders, autoverkopers, bouwvakkers, enz enz kunnen komen wieden en colorado kevers rapen.
Wel of geen kunstmest? is dat inbegrepen? zo ja. verdubbel die 30% nog maar eens.
En dan krijgen wij het net zo goed als de afrikanen, dus soms honger in Italie, soms in Spanje, misschien wel in de randstad.
Kunnen wij natuurlijk wel allemaal biociden gaan toepassen, maar heb daar ook zo mijn bedenkingen bij.
Of wij laten allemaal ons vlees staan, oh laat dat groene hart maar onderlopen, want daar gaat geen enkele akkerbouwer zitten tobben en bespaard methaan uitstoot win win.
Wij kunnen ongeveer 1/3 van de grond gebruikt voor veehouderij gebruiken voor akkerbouw. De rest is niet economisch in te zetten. Laat dat maar weer onderlopen of wildernis worden.
Jan Willem Erisman, directeur van het Louis Bolk Instituut, schreef daar eind januari vorig jaar in een opinieartikel al het volgende over:
"De biodiversiteit loopt terug in Nederland. Ondanks positieve berichten over meer broedvogels en dagvlinders in de natuur, bleken de populaties dieren en planten die van het boerenland afhankelijk zijn, zoals weidevogels, dagvlinders en vaatplanten, de afgelopen 25 jaar met maar liefst 40 procent gedaald te zijn.
Als reactie lanceerde het Ministerie van Economische Zaken de term ‘natuurinclusieve landbouw’ in de Rijksnatuurvisie: “een manier van voedselproductie die op economische wijze en tot wederzijds voordeel is verweven met natuur”. Een interessant voornemen, maar eigenlijk wordt in de praktijk het beleid van het agrarisch natuurbeheer vooral voortgezet terwijl dat tot op heden niet succesvol is gebleken. Hoge grondprijzen en concurrentie op de wereldmarkt dwingen boeren tot verdere kostprijsverlaging en hogere opbrengsten per hectare.
Natuurbehoud is dan dus steeds lastiger in te passen. Natuurinclusief boeren lijkt daarmee niet de kentering te zijn die we nodig hebben. Laten we het eens omdraaien, en uitgaan van ‘landbouwinclusieve natuur’: landbouw die onderdeel is van de natuur. In onze optiek kan die wél toekomst bieden aan zowel boeren als natuur.
Bij natuurinclusieve landbouw treffen boeren maatregelen die bijvoorbeeld weidevogels beschermen, en daarvoor kunnen zij een financiële vergoeding krijgen. Deze maatregelen hebben echter alleen effect tijdens de looptijd van de subsidie. Stopt de subsidie, dan stopt de boer met maatregelen. Ook de huidige intensivering van melkveebedrijven als gevolg van vrijgegeven melkrechten, staat haaks op effectief agrarisch natuurbeheer. Dit gaat dus wederom ten koste van weidevogels en andere fauna. Om de belangrijke natuur in boerenland daadwerkelijk weer een kans te geven, is een kentering nodig.
En die begint met een beleid gericht op landbouwinclusieve natuur. Hiermee gaan we terug naar de basis van het landbouwbedrijf. Natuur is dus geen onderdeel van de landbouw, maar landbouw is een onderdeel van de natuur en gebruikt de kracht ervan om voldoende voedsel te produceren.
Verder is de uitdaging het voedsel zodanig te produceren dat de natuur buiten het landbouwbedrijf er niet onder te lijden heeft. Dat gebeurt namelijk nu wel: door het gebruik van kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen, door verwijderen van landschapselementen, verlaging van het waterpeil, het gebruik van zware machines en allerlei andere ingrepen is de natuur op het boerenbedrijf als het ware gemarginaliseerd. Met desastreuze gevolgen voor de soorten die van dat open boerenland afhankelijk zijn. Het is daarnaast de vraag in hoeverre deze grote afhankelijkheid van externe hulpmiddelen boeren op de lange termijn perspectief biedt.
Het concept van landbouwinclusieve natuur biedt mogelijkheden voor een nieuw verdienmodel in de landbouw. Het gaat uit van de functionele biodiversiteit op het bedrijf en daarbij horende landschapselementen afgestemd op het agrarisch gebied. In deze nieuwe vorm wordt de afhankelijkheid van externe middelen (kunstmest, krachtvoer, bestrijdingsmiddelen, antibiotica, etc.), de out of pocket kosten vervangen door optimalisatie van interne middelen (= bedrijfskapitaal, biodiversiteit, kringlopen, bedrijfsvoering, etc.).
Hierdoor ontwikkelt zich een robuust bedrijfssysteem dat tegen een stootje kan en meer in staat is om zichzelf te reguleren. Het slim bevorderen en gebruiken." einde citaat
Weg met alle gif over heel de wereld. Dat zal heel veel oplossen denk ik. Er zullen hele volksstammen en vele dieren verdwijnen als gevolg van te weinig eten. Uiteindelijk blijft er nog een aantal over dat genoeg te eten heeft om zichzelf in leven te houden. Iedereen is dan boer. De chemische industrie is dan ook niet meer nodig want chemie gebruiken we niet meer. Het geeft ook geen uitstoot meer van broeikasgas. Het zou mooi zijn. Te mooi. Misschien wel te mooi om waar te zijn.