Met andere woorden: er lopen niet meer koeien in de wei, maar het aantal bedrijven dat zijn koeien laat grazen neemt wel toe. En opvallend genoeg zit de groei vooral bij de grotere bedrijven. Dat is opvallend, omdat voor grotere bedrijven weidegang juist "lastiger is in te passen in de bedrijfsvoering", schrijft het CBS. Toch lopen van 64% van de grotere melkveebedrijven, met meer dan 100 koeien, de dieren (deels) in de wei. In 2015 was dat nog 61%. In 2006 liepen 8 op de 10 Nederlandse koeien buiten.

Dat meer boeren hun koeien de wei in sturen is te danken aan "de acties die partijen in de zuivelketen ondernemen om weidegang te stimuleren," schrijft zuivelorganisatie NZO. "Zo hebben zuivelondernemingen hun weidepremie voor melkveehouders verhoogd. Ook zij brengen meer producten van weidemelk op de markt. Daarnaast worden melkveehouders die hun vee het hele jaar opstallen actief benaderd om te weiden. Daarnaast laten steeds meer erfbetreders zich scholen om hun kennis over weidegang te vergroten..

Voor De Volkskrant is het nieuws aanleiding om te vragen wat de koe nou eigenlijk zelf wil.

De koe past zich aan aan wat wij het beste vinden en heeft weinig te willen
Dat blijkt er maar net van af te hangen wie je het vraagt. Voor de boer is het efficiënter en beter beheersbaar als hij zijn koeien binnen houdt. Voor de koe is een stal comfortabel en veilig, maar kan zij buiten "makkelijker liggen, opstaan en grazen", zegt landbouwkundig onderzoeker Bert Philipsen van de WUR. Waar "properheid, rust en regelmaat" de koe goed doen en haar een constante stofwisseling opleveren, is de wei beter voor de gezondheid van uiers en klauwen. Maar in de wei zijn regelmaat in voer, melken én weersomstandigheden weer moeilijker te realiseren.

Om het beste van 2 werelden te combineren, hebben veel boeren de afgelopen jaren geïnvesteerd in grote, moderne stallen, "met meer loopruimte, zachte ligplaatsen en open zijwanden, die luchtverversing mogelijk maken," aldus rundveedierenarts Bouwen Scheijgrond. Hij kent dan ook genoeg bedrijven "waar de koeien beter af zijn in de stal, omdat het daar zo goed geregeld is." Ook voor de wei zijn er 'randvoorwaarden', die moet "groot genoeg zijn, er moet gras groeien en er moet schoon drinkwater zijn."

Het blijft een financiële - en emotionele - afweging. Weidemelk levert een premie op, binnen levende koeien leveren de meeste melk. De consument ziet de koe graag in de wei en buiten lopende koeien hebben minder voer nodig. Op de grond waar buiten lopende koeien op grazen, kun je geen gewassen verbouwen, maar binnen levende koeien stoten meer ammoniak uit dan in de wei. De koe past zich aan aan wat wij het beste vinden en heeft weinig te willen.
Dit artikel afdrukken