"Het is zo jammer dat het zo lang duurt voor een onderzoek verwerkt is tot een wetenschappelijke publicatie", zegt Leo Wijnbelt. "Het is nu een gedateerd stuk dat ver af staat van de werkelijke situatie." Het onderzoek vond plaats in 2011-2012 en leidde tot de conclusie dat voedselbankklanten minder groente en fruit, vis en vezels aten in vergelijking met de gemiddelde Nederlander, maar ook in vergelijking met Nederlanders met een lage sociaal-economische status.

De situatie van toen is niet meer te vergelijken met hoe het nu gaat bij de Voedselbanken
Wijnbelt: "De situatie van toen is niet meer te vergelijken met hoe het nu gaat bij de Voedselbanken. Sinds een paar jaar zijn alle Voedselbanken in Nederland gecertificeerd voor voedselveiligheid. We hebben met talloze producenten contracten gesloten. We krijgen niet alleen meer voedsel binnen, we streven daarbij expliciet naar gezond voedsel. We hebben miljoenen eenheden fruit gekregen als gevolg van de Ruslandboycot. We hebben vrijwilligers die (moes)tuinen opgezet hebben." Dat alles heeft er toe geleid dat de Voedselbanken niet alleen veel meer voedsel binnenkrijgen en kunnen distribueren, maar ook veel meer 'gezond voedsel'.

Dat wil niet zeggen dat we met z'n allen op onze lauweren kunnen gaan rusten. Nog altijd zijn er (te) veel mensen die in aanmerking komen voor hulp door de Voedselbanken. Wijnbelt: "Het beeld is ten opzichte van 5-6 jaar geleden totaal verschoven. Wat in het onderzoek beschreven staat, komt echt niet meer overeen met de werkelijkheid. Maar de oproep blijft nog altijd van kracht: hoe kunnen we met z'n allen er voor zorgen dat de Voedselbanken meer voedsel krijgen en grotere pakketten kunnen samenstellen? De nood is nog altijd hoog".

Onderbelicht blijft dat het onderzoek zich richt op de totale voedselinname van voedselbankklanten, niet op de inhoud van de voedselpakketten
We vroegen onderzoeker Judith Neter hoe zij het vindt met een 'gedateerd' onderzoek in het nieuws te komen met koppen als Voedselbankklanten eten te veel vlees, zuivel, chips en koekjes. "Het is frustrerend hoe langzaam de raderen van de wetenschappelijke publicaties draaien", verzucht ze. "Het duurt en het duurt maar voor je eindelijk je artikel gepubliceerd krijgt". Dat de inhoud van de pakketten de afgelopen jaren sterk verbeterd is, beaamt ze volmondig. Ze kent genoeg voorbeelden waar lokale voedselbanken hun stinkende best doen om gezonde pakketten met genoeg groenten bij elkaar te sprokkelen. "Maar dat betekent niet dat voedselbankklanten beter zijn gaan eten," zegt ze.

Want wat onderbelicht blijft, is dat het onderzoek zich richt op de totale voedselinname van voedselbankklanten, niet op de inhoud van de voedselpakketten. "Ook de verbeterde pakketten zijn maar bedoeld voor 2 à 3 dagen. Kopen mensen wel of niet bij? Hoe zit het met hun voedselinname als ze er de hele week mee doen?" verduidelijkt Neter. Dat de voedselinname van voedselbankklanten achterblijft, tekent de afhankelijkheid van deze groep mensen. En daar zijn Neter en Wijnbelt het helemaal over eens: de nood is - nog altijd en ondanks de bereikte verbeteringen - echt hoog.
Dit artikel afdrukken