Het bekendste voorbeeld van een uitwisseling van planten en dieren tussen continenten is wel wat wetenschappers de 'Columbiaanse uitwisseling' noemen. Na de ontdekking van Amerika kwam een stroom van planten, dieren, onkruid en ziekten op gang die aan beide zijden van de oceaan de menselijke demografie, natuurlandschappen en economische systemen op hun kop zette. Een vergelijkbaar, maar veel minder bekend verschijnsel is de 'moesson uitwisseling': de oversteek van planten en dieren zoals de banaan en de kip vanuit Azië naar Afrika.

Tot nu toe waren er twee theorieën in omloop. Volgens de eerste waren kippen al zo'n 3.000 jaar vóór het begin van onze jaartelling in Oost-Afrika aanwezig, vanuit Azië via Arabië. Volgens de tweede kwamen de kippen - en ratten, zeboe-runderen, bananen en rijst - pas omstreeks de zesde eeuw van onze jaartelling op de Oost-Afrikaanse eilanden en de Swahili-kust aan (van zuid-Somalië tot noord-Mozambique en inclusief de Comoren en Madagaskar). Historische en archeologische bronnen ondersteunen het bestaan van handels- en culturele stromen tussen de Swahili-kust met de overige kusten van de Indische Oceaan.

Om dit raadsel op te lossen, analyseerden wetenschappers van het Duitse Max Planck Institute for the Science of Human History honderden fauna-vondsten uit 22 Oost-Afrikaanse archeologische vindplaatsen langs de hele Swahili-kust. Ze bestudeerden 444 botjes waarvan gedacht werd dat ze van de zwarte rat (Rattus rattus) afkomstig waren en 52 botjes waarvan verondersteld werd dat het kippen (Gallus gallus) waren. De onderzoekers haalden letterlijk alles uit de kast (DNA-analyse, BLAST-based bioinformatics, Zooarchaeology by Mass Spectrometry (ZooMS) bindweefsel fingerprinting en radiocarbon-datering) om uit het weinige organische materiaal uit de archeologische vindplaatsen betrouwbare en eenduidige resultaten te halen. Dat was nodig, omdat archeologisch materiaal - vooral van organische aard - in het warme en vochtige tropische klimaat niet goed bewaard blijft.

Op grond van alle nieuwe onderzoeksdata besloten de onderzoekers de knoop door te hakken. Ze gaan er voortaan vanuit dat de eerste kippen het Afrikaanse continent bereikten rond de 7e en 8e eeuw via maritieme routes uit Azië; in eerste instantie op de eilanden voor de Swahilikust. Vanuit de havens veroverden ze pas later, na het eerste millennium, het vasteland.

Voor de zwarte rat vond het team een vergelijkbare timing en verspreiding. Alleen is de rat waarschijnlijk als verstekeling meegekomen, en niet als mogelijke handelswaar.
Dit artikel afdrukken