Het begrip positive health van Machteld Huber blijkt effectief om burgers te motiveren te werken aan hun eigen gezondheid. Ligt hier de oplossing om de tsunami van maagverkleiningsoperaties, die chirurg Maurits de Brauw op zich af ziet komen, te dempen? Aan de overheid heeft hij in elk geval niks. Een verslag van de vierde debatavond van 'It's the Food, my Friend'.
Het draaide in de Rode Hoed gisteren om positive health, een term van hoofdspreker Machteld Huber, voedingsonderzoeker bij het Louis Bolk Instituut en oprichter van het Instituut voor Positive Health (sinds 2015). Ze ontwikkelde het begrip als alternatief voor de oude gezondheidsdefinitie van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO. 'Positive Health' draait om veerkracht. Deze invulling blijkt goed aan te sluiten op de beleving van burgers, maar wordt inmiddels ook door medisch specialisten, de provincie Limburg, internationale collega's alsmede de aanwezigen van het debat omhelsd. Het begrip blijkt effectief om burgers in beweging te krijgen en hun eigen gezondheid aan te pakken.
Kippenonderzoek
Machteld Huber was oorspronkelijk huisarts en werkte daarna 29 jaar als voedingsonderzoeker bij het Louis Bolk Instituut. Ze ontwierp haar alternatieve definitie van gezondheid als vervolg op haar promotieonderzoek naar de gezondheid van kippen onder verschillende voedingsregimes. Uit het onderzoek bleek dat kippen die biologisch voedsel kregen, een sterkere immuunrespons hadden wanneer ze aan ziekmakers werden blootgesteld. Haar onderzoek werd in 2010 gepubliceerd in het vooraanstaande British Journal of Nutrition. Ze kon echter niet wetenschappelijk concluderen dat deze kippen gezonder waren, omdat herstelvermogen niet onder de definitie van gezondheid valt.
De definitie van de WHO uit 1948 luidt namelijk: “Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welzijn en niet slechts de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijk gebreken.” Volgens deze definitie is elke afwijking van volmaakt welzijn een vorm van ziekte, aldus Huber. "Zo heeft de definitie geleid tot verregaande medicalisering van het bestaan."
Veerkracht centraal
Dat veerkracht geen rol speelt in de definitie, vond Huber echter een groter probleem. Daarom lanceerde ze in een vervolgpublicatie op het kippenonderzoek een nieuwe opvatting over gezondheid. "Gezondheid is het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven." Het artikel haalde de omslag van het British Medical Journal. De nieuwe definitie is volgens Huber net zo breed als die van de WHO, maar dynamisch in plaats van statisch.
Na de illustere publicatie mocht Huber met steun van het Ministerie van Volksgezondheid onderzoeken of er in Nederland draagvlak was voor de nieuwe definitie en mogelijkheden tot operationalisering. Hieruit bleek dat de insteek goed aansloot bij de gezondheidsbeleving van burgers en vooral een handelingsperspectief bood. 'In de definitie staat de mens centraal en niet de ziekte', vonden velen.
De gezondheidscriteria werden uiteindelijk in zes categorieën verdeeld:
1. Lichaamsfuncties (hoe het lichamelijk gaat)
2. Mentaal welbevinden (hoe het mentaal gaat)
3. Zingeving (of men het leven zinvol vindt)
4. Kwaliteit van leven (of men het leven prettig vindt)
5. Sociaal-maatschappelijke participatie (of men meedoet in de maatschappij)
6. Dagelijks functioneren (of het dagelijks leven goed verloopt)
Beleidsmakers slaan plank mis
Bij verschillende doelgroepen bleken grote verschillen te heersen in de waardering van deze criteria. Burgers vinden alle categorieën even belangrijk. En iedereen vindt lichamelijke functies belangrijk. Maar bij zingeving en sociaal-maatschappelijke participatie waren de verschillen groot. Met name beleidsmakers vonden dit totaal niet van belang. En dat is problematisch. Beleidsmakers zeggen immers steevast de patiënt centraal te willen plaatsen, die dit wél belangrijk vindt.
Het werkt
Hubers heeft positive health praktisch uitgewerkt. Burgers geven zichzelf in gesprek een beoordeling op de zes gezondheidscategorieën, wat een spinnenwebdiagram oplevert. Vervolgens mogen ze zelf aangeven wat ze willen verbeteren. Als hier vervolgens adviezen bij worden gegeven, blijken burgers echt in beweging te komen, aldus Huber. "En dan gaat de gezondheid op alle assen meebewegen." Positive health is daarom een vruchtbaar begrip voor preventieve gezondheidszorg, iets waarvoor de gezondheidsdefinitie van de WHO geen houvast biedt.
Eerst Nederland, dan de wereld
Inmiddels wordt het model van Huber steeds breder omarmd, onder meer door de Federatie van Medisch Specialisten, die stelt in 2025 volgens dit gezondheidsmodel te willen werken. Limburg wil nu de eerste Positief Gezonde provincie worden. Zorgverleners worden er nu op geschoold. Ook in het buitenland is belangstelling, maar Huber verwacht niet dat de definitie van de WHO op afzienbare termijn aangepast zal worden. Ze wil zich nu eerst richten op Nederland. "Daarna komt de rest van de wereld wel."
Voedingscentrum: duurzaam is gezond
Na Machteld Huber spraken Corné van Dooren van het Voedingscentrum, chirurg Maurits de Brauw, epidemioloog Coosje Dijkstra en Jorrit Kiewik, directeur van YFM (Youth Food Movement). Elk van hen verklaarde zijn steun voor de implementatie van het begrip Positive health. Corné van Dooren maakte duidelijk dat gezondheid en duurzaamheid in de Schijf van Vijf vaak samenvallen: een verschuiving van dierlijke naar plantaardige eiwitten is in beide opzichten goed.
Onbegrip voor houding overheid
Chirurg De Brauw, die een 'tsunami van maagverkleiningsoperaties' op zich af ziet komen, luidde de noodklok over obesitas. Hij bleek woedend op de overheid die niets doet om de ramp te bestrijden. "Inmiddels hebben 1,7 miljoen mensen in Nederland obesitas, en 1 miljoen mensen hebben suikerziekte. We zien het gebeuren en er is gewoon geen plan voor. Dit is een crisis die 1 op 5 mensen raakt. Het is mij een raadsel waarom de overheid roken wel aanpakt en obesitas niet."
Maatregelen die De Brauw als noodzakelijk beschouwt zijn een vettaks, suikertaks en dwingende afspraken met de industrie. En de jeugd moet beter worden begeleid. Want je kunt obesitas volgens De Brauw alleen voorkomen, niet genezen. "Als je eenmaal 30 kg te dik bent, word je nooit meer slank. Je lichaamshormonen houden dat tegen."
Niet teveel op individu gooien
Spreker Coosje Dijkstra, een epidemioloog die sociologisch onderzoek doet in Amsterdam, benadrukte dat de problematiek in lage sociaaleconomische klassen zodanig complex is, dat een focus op voeding zinloos is; je moet naar het hele levensterrein kijken. Programma's werken pas als kinderen hands-on ervaring krijgen en praktische belemmeringen in de levenssituatie worden opgelost. Ze waarschuwde ervoor dat de verantwoordelijkheid niet alleen bij het individu kan worden gelegd.
Voedingsonderwijs verplicht en overal
Ook Jorrit Kiwiek sprak zich uit voor verplicht voedingsonderwijs op de lagere school. De YFM voert hier actief campagne voor en heeft een alliantie gesloten met 50 organisaties. Demissionair staatssecretaris Van Dam heeft 6 miljoen beschikbaar gesteld, maar dat is nog veel te weinig. Zoiets moet op alle scholen verplicht worden ingevoerd. En het onderwijs moet niet theoretisch, maar ook praktisch zijn: tuinieren, koken en eten.
Focus op voeding te nauw
Er leek eensgezindheid op het podium te ontstaan over de benodigde maatregelen, maar een feestje werd het niet, toen Machteld Huber het slotwoord kreeg. "Heel mooi wat jullie zeggen, maar het werkt niet", zei ze. Ze wees erop dat de focus op voeding te nauw is. In de zogenoemde Blue Zones, plekken op de wereld met extreem gezonde mensen, zijn niet alleen voeding en beweging belangrijk, maar ook twee andere zaken: een zinvol levensdoel, en een betrokken sociaal netwerk. In voedingsonderwijs verdwijnen deze twee zaken snel uit beeld.
Integrale onderwijsaanpak nodig - breder dan voeding
Machteld Huber stelde voor om het onderwijsmodel van Henk Oosterling in Rotterdam als lichtend voorbeeld te nemen. In zijn project Rotterdam Vakmanstad laat hij schoolkinderen zelf groente verbouwen, koken, elkaar bedienen, maar hij geeft ze ook judo en filosofie. Dit totale pakket, dat feitelijk het complete spinnenweb van positive health bestrijkt, bereikt zelfs de lage sociaaleconomische groepen en resulteerde in de beste CITO-scores van Rotterdam, aldus Huber.
Naborrel: mensen moeten ook weten wat hun impact is
Na afloop stelt Jorrit Kiewik, directeur van YFM, dat het aspect duurzaamheid onderbelicht is gebleven: "Met ons huidige consumptiepatroon hebben we vier aardes nodig om de wereldbevolking te voeden. Mensen moeten weten wat de impact van voedselproductie is. Daarom is educatie vanaf de basis nodig. Het moet niet alleen over gezondheid gaan. We hoeven kinderen geen keuzes op te dringen, maar we moeten wel zorgen dat ze de kennis en inzichten hebben om een bewuste keuze te kunnen maken."
Brein en immuunsysteem
Bezoeker Eva Speijer (18) is tijdens de naborrel enthousiast over de avond. Ze heeft een tussenjaar en werkt als kok bij een cateringbedrijf. "Ik vond het verhaal over het onderzoek naar de weerstand van kippen erg interessant. In eten zit nog zoveel wat invloed heeft op je brein en je immuunsysteem en waarvan we nog niets weten. Volgend jaar ga ik psychobiologie studeren op de UVA om hier meer over te leren."
Afstand tussen praktijk en ideaal
Elly Buurma, onderzoeksdiëtist bij RIVM: "Ik houd mij bezig met de Voedselconsumptiepeiling, waarin we onderzoeken wat, waar en wanneer Nederlanders eten. Dat komt niet echt overeen met de Richtlijnen Goede Voeding die zijn gebaseerd op het voorkomen van chronische ziekten. De Schijf van Vijf is een praktische vertaling van de Richtlijnen die zoveel mogelijk aansluit bij wat Nederlanders in de praktijk doen. Maar de afstand tussen het ideaal en de praktijk blijft groot. Daarom ben ik enthousiast over het verhaal van Machteld Huber en haar brede perspectief op gezondheid en voeding."
Burn-outbehandeling
Bezoekster Jacqueline Smit ziet praktische toepassingen bij de behandeling van burn-outs: "Ik ben coach en begeleid vaak mensen met een burn-out. Veerkracht is daarbij een centraal begrip. Het spinnenweb van Machteld Huber sluit hier goed op aan."
De 5e en laatste aflevering van deze jaargang van It's the Food, my Friend vindt plaats op zaterdag 13 mei, van (N.B.) 11.00 - 15.30 uur. Met o.a. Marc Calon, voorzitter van LTO Nederland. Thema: 'Nederland gidsland in de transitie van voedselsystemen?'
Dit artikel afdrukken
Kippenonderzoek
Machteld Huber was oorspronkelijk huisarts en werkte daarna 29 jaar als voedingsonderzoeker bij het Louis Bolk Instituut. Ze ontwierp haar alternatieve definitie van gezondheid als vervolg op haar promotieonderzoek naar de gezondheid van kippen onder verschillende voedingsregimes. Uit het onderzoek bleek dat kippen die biologisch voedsel kregen, een sterkere immuunrespons hadden wanneer ze aan ziekmakers werden blootgesteld. Haar onderzoek werd in 2010 gepubliceerd in het vooraanstaande British Journal of Nutrition. Ze kon echter niet wetenschappelijk concluderen dat deze kippen gezonder waren, omdat herstelvermogen niet onder de definitie van gezondheid valt.
Zo heeft de definitie geleid tot verregaande medicalisering van het bestaanMedicalisering van het bestaan
De definitie van de WHO uit 1948 luidt namelijk: “Gezondheid is een toestand van volledig lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welzijn en niet slechts de afwezigheid van ziekte of andere lichamelijk gebreken.” Volgens deze definitie is elke afwijking van volmaakt welzijn een vorm van ziekte, aldus Huber. "Zo heeft de definitie geleid tot verregaande medicalisering van het bestaan."
Veerkracht centraal
Dat veerkracht geen rol speelt in de definitie, vond Huber echter een groter probleem. Daarom lanceerde ze in een vervolgpublicatie op het kippenonderzoek een nieuwe opvatting over gezondheid. "Gezondheid is het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven." Het artikel haalde de omslag van het British Medical Journal. De nieuwe definitie is volgens Huber net zo breed als die van de WHO, maar dynamisch in plaats van statisch.
Na de illustere publicatie mocht Huber met steun van het Ministerie van Volksgezondheid onderzoeken of er in Nederland draagvlak was voor de nieuwe definitie en mogelijkheden tot operationalisering. Hieruit bleek dat de insteek goed aansloot bij de gezondheidsbeleving van burgers en vooral een handelingsperspectief bood. 'In de definitie staat de mens centraal en niet de ziekte', vonden velen.
In de definitie van Huber is gezondheid "het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen van het leven"Gezondheid in zes dimensies
De gezondheidscriteria werden uiteindelijk in zes categorieën verdeeld:
1. Lichaamsfuncties (hoe het lichamelijk gaat)
2. Mentaal welbevinden (hoe het mentaal gaat)
3. Zingeving (of men het leven zinvol vindt)
4. Kwaliteit van leven (of men het leven prettig vindt)
5. Sociaal-maatschappelijke participatie (of men meedoet in de maatschappij)
6. Dagelijks functioneren (of het dagelijks leven goed verloopt)
Beleidsmakers slaan plank mis
Bij verschillende doelgroepen bleken grote verschillen te heersen in de waardering van deze criteria. Burgers vinden alle categorieën even belangrijk. En iedereen vindt lichamelijke functies belangrijk. Maar bij zingeving en sociaal-maatschappelijke participatie waren de verschillen groot. Met name beleidsmakers vonden dit totaal niet van belang. En dat is problematisch. Beleidsmakers zeggen immers steevast de patiënt centraal te willen plaatsen, die dit wél belangrijk vindt.
Het werkt
Hubers heeft positive health praktisch uitgewerkt. Burgers geven zichzelf in gesprek een beoordeling op de zes gezondheidscategorieën, wat een spinnenwebdiagram oplevert. Vervolgens mogen ze zelf aangeven wat ze willen verbeteren. Als hier vervolgens adviezen bij worden gegeven, blijken burgers echt in beweging te komen, aldus Huber. "En dan gaat de gezondheid op alle assen meebewegen." Positive health is daarom een vruchtbaar begrip voor preventieve gezondheidszorg, iets waarvoor de gezondheidsdefinitie van de WHO geen houvast biedt.
Eerst Nederland, dan de wereld
Inmiddels wordt het model van Huber steeds breder omarmd, onder meer door de Federatie van Medisch Specialisten, die stelt in 2025 volgens dit gezondheidsmodel te willen werken. Limburg wil nu de eerste Positief Gezonde provincie worden. Zorgverleners worden er nu op geschoold. Ook in het buitenland is belangstelling, maar Huber verwacht niet dat de definitie van de WHO op afzienbare termijn aangepast zal worden. Ze wil zich nu eerst richten op Nederland. "Daarna komt de rest van de wereld wel."
Voedingscentrum: duurzaam is gezond
Na Machteld Huber spraken Corné van Dooren van het Voedingscentrum, chirurg Maurits de Brauw, epidemioloog Coosje Dijkstra en Jorrit Kiewik, directeur van YFM (Youth Food Movement). Elk van hen verklaarde zijn steun voor de implementatie van het begrip Positive health. Corné van Dooren maakte duidelijk dat gezondheid en duurzaamheid in de Schijf van Vijf vaak samenvallen: een verschuiving van dierlijke naar plantaardige eiwitten is in beide opzichten goed.
Onbegrip voor houding overheid
Chirurg De Brauw, die een 'tsunami van maagverkleiningsoperaties' op zich af ziet komen, luidde de noodklok over obesitas. Hij bleek woedend op de overheid die niets doet om de ramp te bestrijden. "Inmiddels hebben 1,7 miljoen mensen in Nederland obesitas, en 1 miljoen mensen hebben suikerziekte. We zien het gebeuren en er is gewoon geen plan voor. Dit is een crisis die 1 op 5 mensen raakt. Het is mij een raadsel waarom de overheid roken wel aanpakt en obesitas niet."
Als je eenmaal 30 kg te dik bent, word je nooit meer slank. Je lichaamshormonen houden dat tegenObesitas kun je alleen voorkomen, niet genezen
Maatregelen die De Brauw als noodzakelijk beschouwt zijn een vettaks, suikertaks en dwingende afspraken met de industrie. En de jeugd moet beter worden begeleid. Want je kunt obesitas volgens De Brauw alleen voorkomen, niet genezen. "Als je eenmaal 30 kg te dik bent, word je nooit meer slank. Je lichaamshormonen houden dat tegen."
Niet teveel op individu gooien
Spreker Coosje Dijkstra, een epidemioloog die sociologisch onderzoek doet in Amsterdam, benadrukte dat de problematiek in lage sociaaleconomische klassen zodanig complex is, dat een focus op voeding zinloos is; je moet naar het hele levensterrein kijken. Programma's werken pas als kinderen hands-on ervaring krijgen en praktische belemmeringen in de levenssituatie worden opgelost. Ze waarschuwde ervoor dat de verantwoordelijkheid niet alleen bij het individu kan worden gelegd.
Voedingsonderwijs verplicht en overal
Ook Jorrit Kiwiek sprak zich uit voor verplicht voedingsonderwijs op de lagere school. De YFM voert hier actief campagne voor en heeft een alliantie gesloten met 50 organisaties. Demissionair staatssecretaris Van Dam heeft 6 miljoen beschikbaar gesteld, maar dat is nog veel te weinig. Zoiets moet op alle scholen verplicht worden ingevoerd. En het onderwijs moet niet theoretisch, maar ook praktisch zijn: tuinieren, koken en eten.
Focus op voeding te nauw
Er leek eensgezindheid op het podium te ontstaan over de benodigde maatregelen, maar een feestje werd het niet, toen Machteld Huber het slotwoord kreeg. "Heel mooi wat jullie zeggen, maar het werkt niet", zei ze. Ze wees erop dat de focus op voeding te nauw is. In de zogenoemde Blue Zones, plekken op de wereld met extreem gezonde mensen, zijn niet alleen voeding en beweging belangrijk, maar ook twee andere zaken: een zinvol levensdoel, en een betrokken sociaal netwerk. In voedingsonderwijs verdwijnen deze twee zaken snel uit beeld.
Integrale onderwijsaanpak nodig - breder dan voeding
Machteld Huber stelde voor om het onderwijsmodel van Henk Oosterling in Rotterdam als lichtend voorbeeld te nemen. In zijn project Rotterdam Vakmanstad laat hij schoolkinderen zelf groente verbouwen, koken, elkaar bedienen, maar hij geeft ze ook judo en filosofie. Dit totale pakket, dat feitelijk het complete spinnenweb van positive health bestrijkt, bereikt zelfs de lage sociaaleconomische groepen en resulteerde in de beste CITO-scores van Rotterdam, aldus Huber.
Naborrel: mensen moeten ook weten wat hun impact is
Na afloop stelt Jorrit Kiewik, directeur van YFM, dat het aspect duurzaamheid onderbelicht is gebleven: "Met ons huidige consumptiepatroon hebben we vier aardes nodig om de wereldbevolking te voeden. Mensen moeten weten wat de impact van voedselproductie is. Daarom is educatie vanaf de basis nodig. Het moet niet alleen over gezondheid gaan. We hoeven kinderen geen keuzes op te dringen, maar we moeten wel zorgen dat ze de kennis en inzichten hebben om een bewuste keuze te kunnen maken."
Brein en immuunsysteem
Bezoeker Eva Speijer (18) is tijdens de naborrel enthousiast over de avond. Ze heeft een tussenjaar en werkt als kok bij een cateringbedrijf. "Ik vond het verhaal over het onderzoek naar de weerstand van kippen erg interessant. In eten zit nog zoveel wat invloed heeft op je brein en je immuunsysteem en waarvan we nog niets weten. Volgend jaar ga ik psychobiologie studeren op de UVA om hier meer over te leren."
Afstand tussen praktijk en ideaal
Elly Buurma, onderzoeksdiëtist bij RIVM: "Ik houd mij bezig met de Voedselconsumptiepeiling, waarin we onderzoeken wat, waar en wanneer Nederlanders eten. Dat komt niet echt overeen met de Richtlijnen Goede Voeding die zijn gebaseerd op het voorkomen van chronische ziekten. De Schijf van Vijf is een praktische vertaling van de Richtlijnen die zoveel mogelijk aansluit bij wat Nederlanders in de praktijk doen. Maar de afstand tussen het ideaal en de praktijk blijft groot. Daarom ben ik enthousiast over het verhaal van Machteld Huber en haar brede perspectief op gezondheid en voeding."
Burn-outbehandeling
Bezoekster Jacqueline Smit ziet praktische toepassingen bij de behandeling van burn-outs: "Ik ben coach en begeleid vaak mensen met een burn-out. Veerkracht is daarbij een centraal begrip. Het spinnenweb van Machteld Huber sluit hier goed op aan."
De 5e en laatste aflevering van deze jaargang van It's the Food, my Friend vindt plaats op zaterdag 13 mei, van (N.B.) 11.00 - 15.30 uur. Met o.a. Marc Calon, voorzitter van LTO Nederland. Thema: 'Nederland gidsland in de transitie van voedselsystemen?'
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
He jammer, dachten we toch dat voeding het allerbelangrijkste was :-)
Jan Peter, ik geloof dat ik je begrijp, maar veel lezers missen mogelijk de tongue in cheek humor.
Mag ik je dus vragen die grap uit te leggen? (ik weet het: moet je nooit doen, maar ja ....)
Het is goed om af en toe te beseffen dat er meer is dan 'food'. Milan Watve bijvoorbeeld heeft in zijn boek Doves, Diplomats, and Diabetes de relatie tussen stress en diabetes behoorlijk uitgewerkt. En in het huidige maatschappelijke klimaat (individualisme, prestatie en competitie) lijkt het broze sociale netwerk en de verhardende werkomstandigheden misschien wel van grotere invloed op onze 'health'.
En het is de kip en ei vraag: Leidt een betere geestelijke conditie tot een gezonder voedingspatroon of is het juist andersom.
Helder, dank!
Ik formuleer er maar meteen een scherpe gedachte bij die onmiddellijk in mijn hoofd schiet. Betekent dat betekent niet dat zelfs het begrip 'Positive Health' ook meteen in de prullenbak kan? Het gaat nl. niet om 'health' maar om 1 grote balans die samenleving heet. Dat is zo'n waarheid als een koe, dat het geen nieuws is en misschien wel niets betekent. Behalve dan natuurlijk dat op onderdeeltjes inzoomen de wereld niet kan redden, maar dat is ook nogal wiedus.
Uiteraard: dit zeg ik zo onbeschaamd om de discussie over het onderwerp verder te brengen omdat er juist dergelijke kritiek is op de 'nieuw'-claim van Huber. De link verwijst naar dit bronartikel van Jaap van der Stel.
Het zou de prullenbak in kunnen net zoals het begrip 'positive psychology'. Maar misschien moeten we dat nog maar even niet doen: het stimuleert het denken over goede gezondheid (preventieve werking) in plaats van het voortdurend als probleemgebied (curatief) neer te zetten.
Ik vind in dat kader Jaap van der Stel wat azijnerig.