image

Consumptiesociologen, ik had er nog nooit van gehoord. Lucette wist me te vertellen dat sociologen heel flexibel zijn, dus waarom niet.
In ieder geval zijn de acht-g's van Dagevos de moeite waard om nader te bekijken.

Gevarieerd, gewoonte, gemak, gezond, genot, goedkoop, groepsverbondenheid en geweten. Dat zijn volgens Hans Dagevos, consumptiesocioloog, bij het LEI - Wageningen UR de acht trends die algemeen gesignaleerd en door alle professionals in de voedingswereld naar de eigen praktijk te vertalen zijn. Gevarieerd
De hedendaagse voedingsmarkt wordt gekenmerkt door een enorme variatie in het aanbod. Die variatie is op alle vlakken te vinden: de wereldkeuken tegenover streekproducten, biologisch naast gangbaar, industrieël tegenover ambachtelijk en van super to traiteur.

Gewoonte
De consument is een gewoontedier dat zonder veel na te denken boodschappen doet en zijn potje kookt. Het vertrouwde en bekende heeft de voorkeur boven 'verandering van spijs doet eten'. Gewoonte hangt nauw samen met stabiliteit en traditie. Denk aan de bruine boterhammen met kaas en om zes uur aan tafel zitten. Ook kijkt menigeen elk jaar reikhalzend uit naar de Hollandse Nieuwe, en eet tot die tijd miljoenen kroketten.

Gemak
De tijd die veel mensen – vooral doordeweeks – besteden aan het bereiden en nuttigen van maaltijden neemt af. We halen onze boodschappen in één keer, en kopen bij voorkeur voorbewerkte producten. Daarnaast maken we massaal gebruik van allerlei mogelijkheden om snel en gemakkelijk aan eten te komen via restaurants, grand-café's, traiteurs, take away's, of tankstations.

Gezondheid
Hoewel de een bewuster en zuiniger met de eigen gezondheid omgaat dan de ander, zijn gezondheid en vitaliteit onmiskenbaar zaken die het consumentenpubliek bezighouden. De belangstelling voor gezondheidsbevorderende voedingsmiddelen, light- en dieetproducten maakt echter niet ongedaan dat slechts een fractie van de consumenten erin slaagt te voldoen aan de Richtlijnen goede voeding. Evenmin heeft het voorkomen dat tegenwoordig rond de helft van de volwassen Nederlanders te dik is, waarvan ruim 10% te kampen heeft met ernstig overgewicht.

Genot
Er lijkt een verband te zijn tussen het grote genieten en de toenemende zwaarlijvigheid. Het 'lekkere trek'-eten zoals verkrijgbaar op stations, langs snelwegen of in winkelcentra is vaak te vet, te zout en te zoet. Juist van deze productaspecten genieten mensen. Voor de gezondheid en de lijn zijn ze niet bevorderlijk, maar de verleiding is moeilijk te weerstaan. Genot is belangrijk.

Goedkoop
Nederlanders zijn gek opvoordeeltjes, maar de prijsfactor is niet allesbepalend. Slechts een minderheid van de supermarktklanten weet bij benadering wat basisproducten kosten – om over minder alledaagse etenswaren maar te zwijgen. Het prijsbewustzijn manifesteert zich meer op het niveau van supermarktketens dan op het productniveau. Daarnaast willen we van bepaalde producten juist alleen het allerbeste, en zijn bereid daar goed voor te betalen.

Groepsverbondenheid
Wie een bepaalde groep wil horen, past zich aan aan de consumptiegewoonten, routines en gebruiken van die groep. Via het kopen van fair trade of biologische producten geven we aan deel uit te maken van de groep die oog heeft voor medemens en milieu. We hechten waarde aan A-merken, want dat geeft ons de status die toebehoort aan de groep geprivilegieerden. Verschijnselen als het adopteren van een kip of appelboom of je aansluiten bij slow food- voedingsgemeenschappen wijzen ook op groepsverbondenheid.

Geweten
Verantwoord voedsel aanbieden en aanschaffen leidt vooralsnog een relatief marginaal bestaan, maar het wint terrein. Er is groei te verwachten in het maatschappelijk verantwoorde marktsegment. Deze verwachting is gebaseerd het hedendaagse verlangen naar eerlijkheid, ambachtelijkheid en authenticiteit, het aanwezige onbehagen over de industrialisering en internationalisering en de gevoelens van ongemak over het feit dat we vervreemd zijn geraakt van ons eten, en er achteloos en onverschillig mee omgaan, in plaats van met toewijding en respect.


bron: VoedingsMagazine, oktober 2007, met dank aan foodholland
Dit artikel afdrukken