De Duitse slachter Tönnies levert voor de Nederlandse markt varkensvlees met een ster van het Beter Leven Keurmerk van de Dierenbescherming. Wegens overaanbod schroefde het bedrijf de productie met een derde terug.
Het aanbod Beter Leven-varkens met één ster overtreft de vraag, schrijft Boerderij.
Daarom slacht de Duitse vleesverwerker Tönnies Fleisch minder Beter Leven-varkens. De slachter koopt Nederlandse varkens in om die in Duitsland voor Nederlandse afnemers te verwerken. Het één-ster concept is een strict Nederlandse formule die geen meerwaarde heeft voor Duitse consumenten. De Duitse slachter wil slechts in de vraag van zijn Nederlandse afnemers kunnen voorzien.
'Even zetten'
Tönnies verzorgde circa 10% van de markt voor stervarken (wekelijks ongeveer 50.000 dieren), maar kromp zijn wekelijkse productie abrupt in tot circa 3.000 dieren (voorheen 4.500-3.000).
Volgens handelaren is er niets aan de hand en is sprake van een groeistuip. "De markt moet zich even zetten", klinkt het.
Wie van een afstandje kijkt, ziet echter dat Nederlandse boeren niet met grootschalige concepten weten om te gaan. Wie de marktgrootte kent, zorgt ervoor dat het productievolume de vraag niet overstijgt. Zo doet ieder merk dat. Boeren zien het merk niet, maar willen allemaal graag tegen lage kosten produceren. Dat blijven ze doen als ze in concepten stappen en ze vergeten hun productie als onderdeel van een merk te beheren.
De handel werkt daar aan mee. Dat is logisch, want die heeft geen functie meer zodra er een echt merk van stervarkens is gemaakt.
Boerderij noteert de tranen van een varkenshandelaar uit Wilp. Hij betreurt het dat varkenshouders die op 1-ster zijn overgegaan nu geld verliezen omdat de prijs daalt en ze leningen zijn aangegaan om de stallen aan te passen. Ik twijfel niet aan de echtheid van zijn tranen. Hij had echter ook kunnen zeggen: 'ik ben voortaan de merkbeheerder en alle productieplanning loopt voortaan via mij, dan kan dit niet meer gebeuren en maken we een merk met een aardig potentieel niet meteen weer kapot.'
Aanbod voldoende krap houden
Ook de handel snapt niets van merkenbeheer, zodat we alvast kunnen constateren dat het 1-ster varken als verdienmodel voor boeren mislukt is. Boeren blijven verkopen aan handelaren die blijven doen wat ze altijd al deden. Ze verkopen aan slachters en die geen merk beheren, maar slechts vraag en uitdijend aanbod reguleren. Dan krijg en houd je deze situatie. Wie het aanbod echter net voldoende krap houdt, beurt een goede prijs. Dat is de ontbrekende functie in de een-ster 'concept' dat om die reden geen concept is en inmiddels is verworden tot betere bulk.
Naïeve Commissie Nijpels
Wel jammer natuurlijk, want het had makkelijk anders gekund. Het betekent wel dat het optimisme over de 'innovaties' die ook de Commisie Nijpels voorziet als oplossing voor de crisis in de Nederlandse beestenhouderij, getemperd moet worden. De keten is niet gewend te doen wat moet gebeuren. Degene die het wel kan, is een ondernemer die er lekker geld aan wil verdienen en geen 'regisseur' à la Hans Alders zoals die naiëve Commissie voorstelt.
Dit artikel afdrukken
Daarom slacht de Duitse vleesverwerker Tönnies Fleisch minder Beter Leven-varkens. De slachter koopt Nederlandse varkens in om die in Duitsland voor Nederlandse afnemers te verwerken. Het één-ster concept is een strict Nederlandse formule die geen meerwaarde heeft voor Duitse consumenten. De Duitse slachter wil slechts in de vraag van zijn Nederlandse afnemers kunnen voorzien.
'Even zetten'
Tönnies verzorgde circa 10% van de markt voor stervarken (wekelijks ongeveer 50.000 dieren), maar kromp zijn wekelijkse productie abrupt in tot circa 3.000 dieren (voorheen 4.500-3.000).
Volgens handelaren is er niets aan de hand en is sprake van een groeistuip. "De markt moet zich even zetten", klinkt het.
Wie het aanbod echter net voldoende krap houdt, beurt een goede prijs. Dat is de ontbrekende functie in het een-ster 'concept' dat om die reden geen concept is en daarom inmiddels verworden is tot betere bulkMerkbeheer
Wie van een afstandje kijkt, ziet echter dat Nederlandse boeren niet met grootschalige concepten weten om te gaan. Wie de marktgrootte kent, zorgt ervoor dat het productievolume de vraag niet overstijgt. Zo doet ieder merk dat. Boeren zien het merk niet, maar willen allemaal graag tegen lage kosten produceren. Dat blijven ze doen als ze in concepten stappen en ze vergeten hun productie als onderdeel van een merk te beheren.
De handel werkt daar aan mee. Dat is logisch, want die heeft geen functie meer zodra er een echt merk van stervarkens is gemaakt.
Boerderij noteert de tranen van een varkenshandelaar uit Wilp. Hij betreurt het dat varkenshouders die op 1-ster zijn overgegaan nu geld verliezen omdat de prijs daalt en ze leningen zijn aangegaan om de stallen aan te passen. Ik twijfel niet aan de echtheid van zijn tranen. Hij had echter ook kunnen zeggen: 'ik ben voortaan de merkbeheerder en alle productieplanning loopt voortaan via mij, dan kan dit niet meer gebeuren en maken we een merk met een aardig potentieel niet meteen weer kapot.'
Aanbod voldoende krap houden
Ook de handel snapt niets van merkenbeheer, zodat we alvast kunnen constateren dat het 1-ster varken als verdienmodel voor boeren mislukt is. Boeren blijven verkopen aan handelaren die blijven doen wat ze altijd al deden. Ze verkopen aan slachters en die geen merk beheren, maar slechts vraag en uitdijend aanbod reguleren. Dan krijg en houd je deze situatie. Wie het aanbod echter net voldoende krap houdt, beurt een goede prijs. Dat is de ontbrekende functie in de een-ster 'concept' dat om die reden geen concept is en inmiddels is verworden tot betere bulk.
Naïeve Commissie Nijpels
Wel jammer natuurlijk, want het had makkelijk anders gekund. Het betekent wel dat het optimisme over de 'innovaties' die ook de Commisie Nijpels voorziet als oplossing voor de crisis in de Nederlandse beestenhouderij, getemperd moet worden. De keten is niet gewend te doen wat moet gebeuren. Degene die het wel kan, is een ondernemer die er lekker geld aan wil verdienen en geen 'regisseur' à la Hans Alders zoals die naiëve Commissie voorstelt.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Waarom zou de slachterij in deze geen regisseur kunnen zijn? Als iemand namelijk eet wat de marktvraag is dan is het de slachterij wel.
Op een enkele boer na zal er geen 1 weten wat er marktvraag is.
Dat ze op kostprijs blijven sturen in een op meerwaarde gericht concept is natuurlijk hartstikke logisch. Zou nogal stom zijn om al je meerwaarde te vernietigen door je kosten niet te reguleren.
Imo is het niet de schuld van de Boeren (wie wil er nu niet in een solide verdienende concept werken?), al zou het wel veruit het beste zijn als zij het aanbod reguleren. Nee, de slachterij bepaald het aanbod & zij moeten dus ook de markt aansturen.
Johan, misschien is dat niet helemaal de juiste vraag. Die is eerder: waarom doet'ie het niet?
Ik denk dat het antwoord luidt (heb wat ervaring in die wereld): past niet in de habitus, maar ook niet in de cijfermatige realiteit van bestaande partijen.
In de kippenwereld ziet het er - denk ik - wat gunstiger uit.
er zitten nogal wat aannames in het schrijven. ik doe er graag enkele bij.
slachterijen voeren regie op toetreders, geen aanname trouwens. er zit dus een vorm van regie op het aanbod. ik zie ook de druk op de markt, maar dit zou ook kunnen komen doordat tonnies een deel van de beter leven markt kwijt is. de handelaren die met deze varkens naar tonnies rijden, zoeken op stel en sprong een alternatief. hierdoor drukken de varkens op het huidig beter leven programma. en voor enkele centen korting willen de nederlandse slachterijen graag wat plek inruimen voor deze stroom en wat "eigen" varkens opschuiven.
een andere optie is dat handelaren op eigen initiatief klanten hebben gevraagd tot beter leven productie. dit om voor deze klanten iets meer te kunnen betalen. wellicht is hier onvoldoende rekening gehouden met de grenzen van de markt. of teveel gedacht aan de eigen portemonnee, omzet of winst.
blijft vreemd dat de duitse varkens nu in nederland geslacht zouden worden. dit werpt de vraag op in hoeverre een slachterij te vertrouwen is als ketenregisseur. een ketenregisseur staat voor zijn keuzes, slacht zijn eigen varkens binnen het programma en betaalt ze volgens afspraak. en laat geen beter leven varkens binnen die ze niet zelf opgestart hebben.
geldt ook voor de handel, produceren binnen een keten en indien dit misloopt (wat waren de langlopende afspraken onder het tonnies beter leven programma?) gaan we inbreken in een andere keten.
blijft over dat er te weinig vertrouwen en samenwerking blijkt te zijn.
Aanbod varkens is afhankelijk van het aanbod veevoer. Wanneer je aanbod varkens wilt reguleren zal het aanbod veevoer ook gereguleerd moeten worden. Er gaat iets scheef lopen wanneer je alleen aanbod varkens regelt en het aanbod van veevoer niet.
Peter #4, ik kan je niet helemaal volgen. Heb ik nou iets juists of iets onjuists geschreven en - indien het laatste - wat precies?
Het is de hoogste tijd om het erover te hebben, want volgens voormalig minister en professor Cees Veerman is 'open ketensamenwerking' wat moet gebeuren. Dat zei hij op een congres van Vion, de concurrent van Tönnies.
Onderwijl opent de FoodHub hoopvollle workshops met de 'poten in de modder' om boeren te laten ondernemen. Ik help het ze hopen, maar ben uiterst sceptisch. Dat helpt 1 promille, maar niet het midden dat krepeert. Een en ander met hulp van jonge sociologen die beweren dat de boer hun held is. Kunnen ze niets aan doen en moet je ze niet verwijten; zoiets kost tijd.