Onderzoek laat zien dat de opwarming van de aarde sneller gaat dan de ontwikkeling van variëteiten die bestand zijn tegen deze hogere temperaturenn. Omdat dit desastreuze gevolgen kan hebben voor opbrengsten, zijn op korte termijn investeringen nodig in de ontwikkeling van nieuwe klimaatveranderingsbestendige gewasvariëteiten.
Wetenschappers van de University of Leeds (VK) bestudeerden de relatie tussen hogere temperaturen en de tijd tussen het moment van zaaien en oogsten. Deze periode wordt de crop duration genoemd.
Ze ontdekten dat de opwarming van de aarde gelinkt is aan kortere crop durations. Dat betekent dat gewassen minder tijd hebben om volledig uit te groeien. Als gevolg hiervan zullen gewasopbrengsten al op korte termijn fors lager uitvallen. De wetenschappers voorspellen dat al in 2018 de crop durations significant zullen zijn afgenomen en dat in 2031 het gros van de Afrikaanse maïsproductie daar onder zal lijden.
In Afrika duurt het gemiddeld 10 tot 30 jaar voordat boeren een nieuw ontwikkelde variëteit maïs kunnen verbouwen. De ontwikkeling van nieuwe variëteiten duurt zo lang, dat een nieuw ontwikkeld ras als het ware door de klimaatverandering wordt ingehaald. Wanneer de nieuwe variëteit eindelijk in het veld staat, is de temperatuur alweer zo gestegen dat de klimaatbestendige maïs al niet meer optimaal aangepast is aan de hogere temperatuur.
Het is daarom noodzakelijk nu te investeren in versnelling van de ontwikkeling van nieuwe variëteiten. Volgens onderzoeksleider Andy Challinor moet er slim geanticipeerd worden op de toekomstige condities waar de gewassen in moeten gedijen. Zo zouden in kassen de condities na te bootsen zijn om nieuwe toekomstbestendige variëteiten te ontwikkelen.
Genetische modificatie?
Challinor laat in het midden of genetische modificatie een geschikt middel is om de ontwikkeling te versnellen: “Door genetische modificatie gaan sommige aspecten sneller waardoor er eerder een nieuwe variëteit is. Maar genetische modificatie vereist ook nog altijd een testfase en deze kan soms zelfs langer zijn. Daarnaast draagt het ook niet bij aan de toegang van boeren tot zaden. Betere technieken en meer geld voor onderzoek is cruciaal."
Dit artikel afdrukken
Ze ontdekten dat de opwarming van de aarde gelinkt is aan kortere crop durations. Dat betekent dat gewassen minder tijd hebben om volledig uit te groeien. Als gevolg hiervan zullen gewasopbrengsten al op korte termijn fors lager uitvallen. De wetenschappers voorspellen dat al in 2018 de crop durations significant zullen zijn afgenomen en dat in 2031 het gros van de Afrikaanse maïsproductie daar onder zal lijden.
Wanneer de nieuwe variëteit eindelijk in het veld staat, is de temperatuur alweer zo gestegen dat de klimaatbestendige maïs al niet meer optimaal aangepast is aan de hogere temperatuurLangzaam proces
In Afrika duurt het gemiddeld 10 tot 30 jaar voordat boeren een nieuw ontwikkelde variëteit maïs kunnen verbouwen. De ontwikkeling van nieuwe variëteiten duurt zo lang, dat een nieuw ontwikkeld ras als het ware door de klimaatverandering wordt ingehaald. Wanneer de nieuwe variëteit eindelijk in het veld staat, is de temperatuur alweer zo gestegen dat de klimaatbestendige maïs al niet meer optimaal aangepast is aan de hogere temperatuur.
Het is daarom noodzakelijk nu te investeren in versnelling van de ontwikkeling van nieuwe variëteiten. Volgens onderzoeksleider Andy Challinor moet er slim geanticipeerd worden op de toekomstige condities waar de gewassen in moeten gedijen. Zo zouden in kassen de condities na te bootsen zijn om nieuwe toekomstbestendige variëteiten te ontwikkelen.
Genetische modificatie?
Challinor laat in het midden of genetische modificatie een geschikt middel is om de ontwikkeling te versnellen: “Door genetische modificatie gaan sommige aspecten sneller waardoor er eerder een nieuwe variëteit is. Maar genetische modificatie vereist ook nog altijd een testfase en deze kan soms zelfs langer zijn. Daarnaast draagt het ook niet bij aan de toegang van boeren tot zaden. Betere technieken en meer geld voor onderzoek is cruciaal."
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Dat kan idd kloppen, dat Katumani antiek is (ben ik zelf ook nl), geldt dat trouwens ook voor die 500 en 600 series die ik ken van de Kenya Seed Cy? Ni modo, ik zet altijd liever in op wat boeren kennen, dan op al die nieuwe fratsen die lang niet genoeg in allerlei regios getest zijn! Ik lees net dat 50% van de keniaanse boeren gewoon altijd nog hun eigen zaden (van mais, bonen, pigeonpeas, cowpeas etc) in zaaien! Als je weet dat het kunstmestgebruik in heel Afrika niet meer is dan 10 kgs NPK/ha, waar praten we dan eigenlijk over? Als je zo weinig kunstmest gebruikt, ben je je investeringen in nieuwe zaden (hebben soms 6x de prijs van je eigen geoogste zaden per kg) al vanaf het begin kwijt, want bij bonen bijv. krijg je vaak niet meer dan 6x je zaaigoed terug!
Mijn punt is technisch, Dirk. Ik verkoop ook een o.p., Afric 1, die in het afgelopen seizoen een funkelhagelneue hoogst-droogteresistente hybride 500-series uit Zambia te kakken zette. Maar Afric 1 is zo'n 15 jaar terug in elkaar gezet met materiaal uit dezelfde heterotic groups als waaruit de inteeltlijnen voor hybriden komen. Dáárin ligt namelijk de sleutel, in de heterotic groups (voor niet-ingewijden: twee heel heterogene populaties die aangehouden en constant verbeterd worden door de veredelaar, en waaruit steeds nieuw uitgangsmateriaal voor nieuwe (hybride) variëteiten wordt gehaald). Of je nou een nieuwe synthetic o.p. of een hybride wilt maken, je gaat uit van de heterotic groups. Daar in ligt het echte kapitaal, de echte IP, de kracht van de zaadmaatschappij. En daarin wordt over hele lange tijd, met heel kleine babysteps, de echte vooruitgang geboekt. En dat MOET sneller. Ik kan ook niet ten eeuwigen dage met Afric 1 doorgaan, er zal op den duur een vervanger moeten komen. Plus, we hebben nu widely adaptable, droogteresistente, kort- en ultrakort seizoen 300 en 400 series hybriden. Afric 1 houdt het misschien nog een paar jaar uit, maar Katumani is hier, ook in de droge milieus, antiek. En je kunt die twee alleen vervangen als je betere heterotic groups hebt.
90 tot 95% van mijn markt is bedrijfjes met 1 a 1,5 ha, of vaak nog veel minder.
Niet eens Harry, Katumani doet het prima in zijn eigen (droge) milieu en brengt iets op waar andere variëteiten (stabiele hybriden van de 500 en 600 series) het laten afweten. En met rijstrassen haalde ik in de Tana met de oude locale rassen weliswaar minder oogst (maar wel nog 4 a 5 ton, tegen 7 van de kortstrorassen ) maar die hadden door hun bladrijkdom veel minder onkruidproblemen. Bezoekers van de wereldbank op mijn proefvelden waren perplex van die resultaten, ze konden niet geloven dat je met beetje goede zorg en traditioneel ook 5 ton kon halen, want in hun hoofd speelde het obligate wonderrassyndroom: moderne zaden (certified) van de zaadhandel, kunstmest, tijdige bespuitingen, etc etc.
Voor een goed begrip: wij werkten voor de gemiddelde (dus kleine) boer, niet voor de boer met 20 of 30 ha en een trekker. Dat scheelt een slok op een borrel uiteraard!
Mooi voorbeeld, Katumani, heb ik hier 20 jaar geleden geprobeerd, werkte van geen kanten. Downy mildew kreeg het, onderzoekers in ZA wisten niet eens wat het was, alle lokale materiaal (op's én hybriden) waren resistent zonder dat we dat zelf wisten. Opbrengst iets van 300 kg/ha. On station!! Zo zie je, net als met die Amerikaanse hybriden, is het gesleep met veredelde rassen over de halve wereld een exercise in futility. Ze zijn al enorm gespecialiseerd in het milieu waarvoor ze veredeld zijn, en hebben hun natuurlijke "wide adaptability" ingeruild voor hogere opbrengsten onder specifieke omstandigheden. En we kunnen NIET terug. Ja, al die oude rassen hebben betere wide adaptability, we hebben hier Kalahari Early Pearl, een hele oude kort-seizoen dent, ooit (60er jaren) door een gepensioneerde veredelaar op z'n eigen boerderij uit "inheems" germplasm in elkaar gezette synthetic, houdt het al 50 jaar uit zonder verdere selectie en brengt altijd wat op, zelfs afgelopen jaar (ergste droogte in 70 jaar). Maar ga dat eens op het hele areaal planten! Zelfs onder de beste omstandigheden krijg je niet meer dan 1,5 ton, o.m. vanwege dat korte seizoen. Gevolgen zullen zich laten raden.
We kunnen niet meer zonder hybriden, punt. En die zijn vele malen beter vwb wide adaptability dan de meeste mensen denken, kun je nl ook op selecteren, en over de laatste 30 jaar zijn ze daar enorm op vooruit gegaan. Maar we hebben niet nog eens 30 jaar om voor klimaatsverandering te selecteren. Net als met hybride veredeling, wat ook ooit met veel gemor ontvangen werd, moeten we aan de high-tech gene transfer. Daar kan nog veel aan verbeterd worden (single cross hybriden kon eerst ook niet, het heeft meer dan 40 jaar geduurd na de ontdekking van hybrid vigour tot er een aanvaardbare single cross op de markt kwam, nota bene in Rhodesië en niet in Amerika) maar het is de nieuwe weg, of jij dat leuk vindt of niet.
Als ik dat zo lees houd ik mijn hart vast Harry, waar kun je jezelf in draaien met die zgn nieuwe wonderrassen, wat schep je voor chemische controle noodzaak? De Katumani van Kenia (snel rijp) had geen bespuiting nodig (behalve wat korreltjes tegen de boorder), de snelle rijst vh IRRI program ook niet. Dat is me ook wat! Verbeteringen die niet erg duurzaam zijn dus, terwijl je met heel simpele zaken (klein beetje kunstmest, op tijd wieden, stabiele goed aangepaste rassen) zoveel verder komt, maar ja, soms minder sexy! Dat is dan het voordeel van Anita's bambara boon (nooit aan "veredeld", doet het altijd en overal (behalve in een Wageningse klimaatcel).