De slotaflevering van de debatreeks 'It's the Food my friend' duurde 5 uur in plaats van de gebruikelijke 2 uur en telde vele sprekers, van kok tot wetenschapper. De belangrijkste gast was natuurlijk de staatssecretaris van Economische Zaken, in het buitenland bekend als de Nederlandse Minister of Agriculture, Martijn van Dam. Het optimisme overheerste. Het idee dat we een transitie doormaken naar een nieuw, duurzamer voedselparadigma hoorde je vroeger vooral tijdens brainstormdagen op de biologisch-dynamische boerderij, maar nu klonk het door in de betogen van alle keynote speakers, inclusief de staatssecretaris.

Noodzaak
Waarom een dergelijke voedseltransitie gewenst is, werd tijdens het slotdebat indringend vertolkt door een akkerbouwer in de zaal. De jong ogende boer, Jim Blom, begon met te vertellen "dat hij eigenlijk theoloog was, maar door noodzaak akkerbouwer was geworden". Het klonk even als een grapje, maar het gelach in de zaal verstomde snel toen de jonge boer vertelde waarom: zijn vader heeft op zijn 45e Parkinson en Alzheimer gekregen als gevolg van gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen, zodat hij als zoon het werk moest overnemen. Zijn vader zit nu in een verzorgingstehuis.

Glyfosaat
Het verhaal werd nog schrijnender. Niet alleen zijn vader, maar ook de directe buurman aan de linkerkant, de buurman aan de rechterkant én de overbuurman hebben inmiddels alle 3 Parkinson gekregen, allemaal onder de 50. "Sindsdien hou ik mij bezig met de vraag hoe ik kan voorkomen dat dit mij en mijn kinderen overkomt. Daarom vraag ik aan Martijn van Dam: waarom heeft u gestemd voor de toelating van glyfosaat?"
De vraag kwam onverwacht stevig aan. En zo kreeg Van Dam er zaterdag wel meer voor zijn kiezen. Maar voordat we in de pijnpunten en de antwoorden van de staatssecretaris duiken, gaan we eerst nog even terug naar het optimistische verhaal.

Maar sinds kort scoort het thema landbouw en bodembeheer hoog op het internationale klimaatdebat
Vellinga: bodembeheer cruciaal voor klimaat
Het meest rooskleurige verhaal kwam zaterdag wel van emeritus WUR-professor Pier Vellinga, een internationaal gelauwerd klimaatexpert, die gepassioneerd is geraakt over voeding. Tot voor kort ging het in het klimaatdebat altijd over fossiele brandstof. Maar sinds kort scoort het thema landbouw en bodembeheer hoog op het internationale klimaatdebat. Vellinga laat zich leiden door het idee van biomimicry: het nabootsen van de beste biologische ideeën uit de natuur om menselijke problemen op te lossen. Volgens Velling moet we de natuur integreren in onze voedselproductie, in plaats van de twee tegenover elkaar te zetten, zoals in Wageningen nog steeds gebeurt, tot zijn verontwaardiging.

vellinga rode hoed
Pier Vellinga


Energiewende is een eitje, landbouw is de uitdaging
Voor Vellinga is de overstap van fossiele brandstof naar duurzame energie zowat een fait accompli. "Na 30 jaar geharrewar over het klimaat is er sinds Parijs eindelijk consensus. We weten dat we met windenergie en zonne-energie 80% van onze energiebehoefte in Nederland kunnen voldoen. Dat is een eitje." De landbouw is de nieuwe uitdaging, volgens Vellinga. Hij noemt het "een volkomen vastgelopen systeem" en ontvouwt zijn visie op wat gebeuren moeten: betere bodembewerking waardoor meer koolstof in de bodem blijft, een overgang naar een (grotendeels) vegetarisch dieet, aandacht voor verarmde gronden. Daarbij ontkomen we er niet aan om te kijken naar de nutriënten uit mensenmest, aangezien daar de nutriëntenkringloop is doorbroken. Dat dit allemaal gaat gebeuren, lijdt voor Vellinga geen twijfel.

Vellinga noemt de landbouw "een volkomen vastgelopen systeem" en ontvouwt zijn visie op wat gebeuren moeten: betere bodembewerking waardoor meer koolstof in de bodem blijft, een overgang naar een (grotendeels) vegetarisch dieet, aandacht voor verarmde gronden. Daarbij ontkomen we er niet aan om te kijken naar de nutriënten uit mensenmest, aangezien daar de nutriëntenkringloop is doorbroken
Zonnepanelen riepen ook cynische reacties op
Een akkerbouwer in de zaal, Van der Heijden, reageert door te stellen dat vooral liberalisering en vrijhandelsverdragen nu bepalen wat boeren doen. "Er is een enorme concurrentie en dat richt ons als boer op een kortetermijnvisie".
Vellinga stelt ronduit dat je tegen vrijhandel in de landbouw moet zijn, maar vertrouwt op de praktijk. "Toen we 30 jaar geleden begonnen met zonnepanelen, riep dat veel cynische reacties op. Velen konden ons nauwkeurig voorrekenen dat het nooit zoden aan de dijk zou zetten. Maar doordat we met zonnepanelen aan de slag gingen, werden we eigenaar van het probleem. Dat bracht een beweging op gang waardoor ook de wetenschap en de industrie stappen gingen maken en gedragsverandering tot stand kwam. Shell zit nu in een totale identiteitscrisis. In voeding gaat hetzelfde gebeuren."

Ploegzool weg door bodemleven
De bodem speelde een prominente rol tijdens de avond. Een half jaar na het Jaar van de Bodem 2015 is het belang van bodemvruchtbaarheid duidelijk ingedaald. Wim Stegeman, akkerbouwer op zware zeeklei, illustreerde de praktijk. Hij legde uit hoe hij het akkerbouwbedrijf van zijn vader verbeterde door alle aandacht op de bodem te richten. Door in te zetten op bodemleven en niet-kerende grondbewerking liet hij een diepe ploegzool (verdichting in de bodem) verdwijnen. Resultaat: betere draagkracht, actiever bodemleven, minder energieverbruik, minder arbeid, meer organische stof in bodem, minder kunstmest, betere infiltratie, minder erosie, betere sponswerking van bovenste meter, minder afspoeling, schoner oppervlaktewater, meer vogels. Nadeel: "Wel lastig om een goed pootbed te krijgen in voorjaar." En het rendement blijft achter. "Het lukt nog niet goed om het product onderscheidend in de markt neer te zetten."

Authentieke kaas
Irene van de Voort van De Groote Voort in Lunteren, gekozen tot Agrarisch Ondernemer van 2016, liet zien hoe ze er wél in slaagt haar product onderscheidend te verkopen. Ze runt een succesvol biologisch bedrijf door de natuur zoveel mogelijk als leidraad te nemen en de keten van Jersey koeien tot aan de kaas in eigen hand te houden. Ze verkoopt haar kaas rechtstreeks aan speciaalzaken en consumenten. Ze meldt dat ze geen kloof ervaart tot gangbare boeren en dat ze veel waardering krijgt van gangbare collega's. Aan de staatssecretaris vraagt ze om de bescherming van "boerenkaas" beter te handhaven. Want "consumenten weten zo weinig van landbouw dat je ze alles kunt wijsmaken" en "in boerenkazen is veel fraude". Ook moet de overheid onderscheid gaan maken tussen authenticiteit en voedselveiligheid. De paardenvleeskwestie had namelijk weinig met voedselveiligheid te maken, maar alles met authenticiteit.

gijs kuneman slotdebat
Gijs Kuneman


Kuneman: "Bio is duurzaam"
Gijs Kuneman, directeur CLM Onderzoek en Advies, sprak over de duurzaamheid van landbouwsystemen, waarbij hij een lans brak voor biologische landbouw. Op basis van een meta-analyse van 250 onderzoeken stelde hij vast dat biologisch weliswaar qua productie onderdoet voor gangbare landbouw, maar op alle duurzaamheidsaspecten even goed of beter scoort, ook in CO2-uitstoot. Overigens verklaarde Kuneman de biologische aanpak niet zaligmakend; in gebieden van Afrika is kunstmest nodig als kickstart, en agrarisch natuurbeheer leidt vaak tot meer biodiversiteit dan biologische landbouw op zich, nuanceerde hij.

Oproep aan Van Dam: kom met een rijksvisie bodem
Belangrijker dan wat duurzaam is, vond Kuneman de vraag hoe je duurzaamheid kunt bereiken. Daarvoor is volgens Kuneman sturing op bodemkwaliteit nodig. En zowel in de keten als bij de overheid ontbreekt dat nu. Kuneman riep staatssecretaris Van Dam dan ook dringend op om met een rijksvisie op de bodem te komen. Pachtvoorwaarden van grootgrondbezitters zoals waterleidingbedrijven en de overheid zelf kunnen daarin een grote rol spelen.

De duurzame eetpraktijk: flexitariër en Dutch Cuisine
Duurzame landbouw kan niet zonder duurzame eters. Hier kwamen Gerard Kramer van Blonk Consultantants en Bas Cloo, chef-kok in Kasteel Sterkenburg en medeoprichter van Dutch Cuisine, op de proppen. Kramer legde uit hoe zijn bedrijf een 'digitale diëtist' ontwikkelt waarmee consumenten hun menu zowel gezonder als duurzamer kunnen maken. Het systeem heet Optimeal. Met name minder vlees eten blijkt een groot effect te hebben. De burger van de toekomst is flexitariër.
Kok Bas Cloo vertelde levendig en met humor over Dutch Cuisine, waarin nu 70 prominente chefs zijn verenigd, die feitelijk hetzelfde doel nastreven als Optimeal: duurzaam en gezond, maar vooral lekker eten. Uitgangspunten: 80% plantaardig, uitgaande van de natuur en de Nederlandse eetcultuur, kwaliteit boven kwantiteit. Dutch Cuisine kijkt verder dan het restaurant: ze willen ook overheid, onderwijs en Wageningen inspireren en daartoe worden allerlei allianties gesmeed.

slotdebat rode hoed
Interactie met de zaal


Van Dam bouwde een betoog op rond de vraag 'Wat eten we vanavond', waarbij hij zich een generalistisch denker betoonde, om niet te zeggen holistisch. Hij benadrukte hoe voedsel een impact heeft op alle aspecten van ons leven, inclusief sociale gezondheid
Staatssecretaris Van Dam aan zet
Ten slotte kwam de staatssecretaris aan het woord. Van Dam bouwde een betoog op rond de vraag "Wat eten we vanavond", waarbij hij zich een generalistisch denker betoonde, om niet te zeggen holistisch. Hij benadrukte hoe voedsel een impact heeft op alle aspecten van ons leven, inclusief sociale gezondheid. Ook bij Van Dam bleek het oude overheidsdiscours "biologisch wordt aan alle kanten ingehaald" geen rol meer te spelen. Toen uit de zaal de vraag kwam of een keurmerk voor goed bodembeheer geen goed idee zou zijn, benoemde Van Dam biologisch als "een sterk keurmerk waarnaast nieuwe keurmerken niet wenselijk zijn."

Motivatie voor Europees plan
Het belangrijkste onderwerp van de staatssecretaris was natuurlijk het plan dat hij afgelopen vrijdag naar de Europese Landbouwministers stuurde, en dat komende week in Nederland zal worden besproken, met Nederland als EU-voorzitter. Hij gaf eerst iets van zijn diepere motivatie voor het plan aan. "Ik koester het model van relatief kleinschalige bedrijven. Als je wereldwijd kijkt, zie je in Afrika en Azië piepkleine boerenbedrijfjes met een grote rol in lokale economie. Als we de wereld willen voeden, moeten we dat model koesteren."

Van productiewaarde naar maatschappelijke waarde
In essentie komt het Europese voorstel van Van Dam ("discussiestuk") erop neer dat hij de productiegerelateerde subsidies (peiler 1) helemaal wil afschaffen en vervangen voor subsidies op groene en maatschappelijke diensten (peiler 2). Hij legde het als volgt uit: "De landbouw levert allerlei diensten en heeft impact op allerlei zaken waarvoor de markt nu niet betaalt: klimaat, natuurlijke bronnen, een mooi cultuurlandschap. Het is daarom te rechtvaardigen dat de overheid daar een rol in speelt. We moeten niet subsidiëren om de huidige situatie in stand te houden, we moeten maatschappelijke uitdagingen subsidiëren."
Als het voorstel van Van Dam doorgang vindt, betekent het dat de 50 miljard subsidie die de EU jaarlijks aan landbouw uitgeeft, 40% van de totale EU-begroting, voortaan louter naar maatschappelijke en ecologische doelen gaat.

EU-plan sluit aan op True Cost Accounting
Van Dams betoog sluit aan bij de roep om True Cost Accounting en True Pricing, die de laatste tijd internationaal klinkt. Meer aandacht voor milieu en maatschappelijke waarden leidt immers tot hogere productiekosten. Door deze inspanningen van boeren te subsidiëren, ontmoedigt de Europese overheid het afwentelen van schade voor milieu en maatschappij. Zo wordt een gelijker speelveld gecreëerd tussen duurzame en niet-duurzame bedrijven. Of, zoals Van Dam het zei: "We helpen daarmee boeren om veranderingen door te voeren, en in stand te houden wat waardevol is."

Ambities met voedingsonderwijs
Onderwijs bleek een belangrijk aandachtspunt voor Van Dam. Hij vertelde dat er nu al 107 programma's voor scholen over gezond eten bestaan, maar dat het veld sterk versnipperd is. "Als overheid kunnen we dat bij elkaar brengen. Ik heb Martin van Rijn, staatssecretaris VWS, benaderd om dit te verenigen tot een compact samenhangend programma. Dan gaat het om alle aspecten van voeding, van landbouw tot koken tot proeven. We gaan zorgen voor budget en zijn ervan overtuigd dat we hierin zullen slagen." Aan het verplicht stellen van voedingsonderwijs wilde Van Dam zich echter niet wagen, ondanks een indringende oproep van Joszi Smeets, de directeur van de Youth Food Movement.

slotdebat foodfriend
Interactie met de zaal


Kritiek: probleem overaanbod
De zaal reageerde enthousiast op het verhaal van Van Dam, maar stevige kritiek was er ook. De keerzijde van het afschaffen van productiesubsidies is op Foodlog al eerder belicht: als we niet oppassen, gaan de stierkalfjes straks net als de mannelijke kuikentjes de versnipperaar in, om kattenvoer te worden. Van Dam zei in zijn verhaal bovendien niets over productiebeperking. De melkmarkt is al ingestort door het loslaten van de productiebeperkingen die aan inkomenssubsidies gekoppeld waren; welke markten gaan straks instorten? Is de focus op maatschappelijke diensten afdoende? Het kwam niet ter sprake.

Glyfosaat: afgaan op de wetenschap?
Terug naar de jonge boer Jim Blom, wiens vader in een verzorgingstehuis is beland door pesticidenvergiftiging. In zijn vraag klonk loodzwaar verwijt: waarom heeft Van Dam glyfosaat toegelaten? In zijn antwoord gaf Martijn van Dam blijk van goede dossierkennis, en bleek hij beslist geen onverdeeld pleitbezorger van gentech. "Ik ben sceptisch over de activiteiten van Monsanto, maar er is een brede wetenschappelijke consensus over glyfosaat, ook in Nederland. Alle wetenschappers, tot RIVM aan toe, geven aan dat een verantwoord gebruik mogelijk is, en dat andere middelen erger zijn. Uiteindelijk moet ik vertrouwen op wat de wetenschap zegt."

Voorzorgsprincipe
De jonge boer nam daar geen genoegen mee: "Dat is dezelfde wetenschap die ook de middelen heeft goedgekeurd die nu verboden zijn. Daardoor is mijn vader nu een kasplantje. U kunt het voorzorgsprincipe hanteren."
Van Dam kon alleen herhalen dat hij op de wetenschap moet afgaan, en dat hij zich samen met de landbouwsector sterk wil inzetten voor de reductie van alle soorten pesticiden, waaronder neonicotinoïden. "Dat vraagt om een enorme omschakeling."

Wageningen en onafhankelijk onderzoek
De vraag maakte een discussie los over de financiering van wetenschappelijk onderzoek in Nederland rond voeding. In de voorbije debatten van 'It's the food, my friend' hebben meerdere wetenschappers, zowel medisch als landbouwkundig, aangegeven dat het een groot probleem is dat de overheid tegenwoordig bij elk onderzoek cofinanciering door het bedrijfsleven eist. Veel fundamenteel onderzoek en onderzoek naar preventie is daardoor niet meer mogelijk. Van Dam, PVDA'er, kon als coalitiepartner niet anders dan het VVD-beleid verdedigen.

Van Dam stelde dat boeren zelf een belang hebben bij een gezonde bodem en dat de overheid daarom alleen hoeft te zorgen voor kennisontwikkeling en innovatie. Ook bleek hij zeer begeesterd van precisielandbouw
Geen rijksvisie op de bodem. Of toch?
Tegenover de dringende roep om een rijksvisie op de bodem van Gijs Kuneman bleek Van Dam afhoudend. Hij stelde dat boeren zelf een belang hebben bij een gezonde bodem en dat de overheid daarom alleen hoeft te zorgen voor kennisontwikkeling en innovatie. Ook bleek hij zeer begeesterd van precisielandbouw.
Een vrouw in de zaal wees erop dat je, door meer op bodemkwaliteit te reguleren, wellicht veel andere regelingen kunt afschaffen. Van Dam beaamde dit. "Klopt, we reguleren nu veel op mest. Op het moment dat we dat slimmer kunnen doen, sta ik daarvoor open."

De overheid is geen beste rentmeester van eigen grond
Scherpe kritiek was er op het pachtbeleid van de overheid. Gijs Kuneman wierp Van Dam voor de voeten dat de overheid in Flevoland grond uitgeeft aan de hoogste bieder, zonder enige eisen. De grond wordt bovendien van jaar tot jaar opnieuw verpacht, zodat de pachtende boeren niet langer dan een jaar vooruit kijken. De grond valt weliswaar onder het Ministerie van Financiën, maar Van Dam zou daar kunnen ingrijpen. Van Dam leek een beetje overvallen door het verwijt. Hij herhaalde dat boeren zelf belang hebben bij gezonde grond en dat de rol van overheid vooral ligt bij het stimuleren van innovatie.
Volgens debatorganisator Wouter van der Weijden zei Van Dam in de naborrel dat een bodemvisie misschien toch een goed idee zou kunnen zijn.

Van Dam maakt nu afspraken met het bedrijfsleven om Europees geld in te zetten voor gezonde voeding met meer plantaardige bestanddelen. Ook wordt Europees geld ingezet om kinderen op scholen gezonder eten te bezorgen. "Volgens de Europese regels mag je ook appelsap of chocolademelk geven, dat vind ik belachelijk. Wij houden het op melk"
Ongezond eten meer ontmoedigen
Jaap Seidell, hoogleraar voeding en gezondheid, poneerde de stelling dat de overheid gezond eten meer moet aanmoedigen, maar vooral ongezond eten meer moet ontmoedigen. 80% van het aanbod is nu ongezond en dat is teveel.
Van Dam vertelde dat hij druk bezig is om de 100 miljoen euro aan Europees geld voor promotie van groente en fruit daartoe in te zetten. Tot nu toe werd die subsidiepot vooral gebruikt om bedrijven te ondersteunen. Van Dam maakt nu afspraken met het bedrijfsleven om dat in te zetten voor gezonde voeding met meer plantaardige bestanddelen. Ook wordt Europees geld ingezet om kinderen op scholen gezonder eten te bezorgen. "Volgens de Europese regels mag je ook appelsap of chocolademelk geven, dat vind ik belachelijk. Wij houden het op melk."

Waarom geen rem op energy drinks?
Joszi Smeets van de YFM neemt echter geen genoegen met stimulerende maatregelen. Ze dringt aan: "Waarom kunt u geen leeftijdsgrens op energy drinks zetten, zoals ook bij alcohol en sigaretten al het geval is?"
Van Dam hamert erop dat er toch altijd een ongezonde keus voorhanden zal zijn, en dat de oplossing ligt in kennis en voorlichting. Bovendien: appelsap bevat net zoveel suiker en is dus net zo ongezond als cola. Waar trek je dan de grens?
Dat je ook reclame voor energy drinks zou kunnen verbieden, zoals bij sterke drank en sigaretten al het geval is, bleef buiten beschouwing.

Vlees in het verdomhoekje
Tijdens de dag kwam vaak ter sprake dat de vleesconsumptie moet worden verminderd. Na afloop had de jonge varkensboer Rick ter Haar, werkzaam als relatiemanager bij ABN-AMRO en meewerkend in het bedrijf van zijn ouders, hier enige kanttekeningen bij. "Ik vond dat het consumeren van vlees wel heel negatief werd neergezet. Dieren zijn onmisbaar in de landbouw. Dierlijke mest is belangrijk voor een goede bodemkwaliteit. En als je melk wilt drinken en eieren wil eten, moet je ook iets met de stierkalfjes en de haantjes doen. Bovendien zijn we in de veeteelt flink aan het verduurzamen. De import van soja wordt nu al veel meer gestuurd op duurzaamheid. Alle supermarkten zijn overgestapt op minimaal 1-sterrenvlees. En als je kijkt naar dierenwelzijn, presteert Nederland zeer goed, het best ter wereld zelfs. Ga maar eens kijken hoe dieren in Zuid-Oost-Azië gehouden worden."

De zevende debatreeks 'It's the Food my Friend' is hiermee afgesloten. Op 10 september vindt op BD-boerderij Zonnehoeve in Zeewolde het jaarlijkse Nazomercollege plaats waar sprekers onder leiding van Felix Rottenberg dieper ingaan op landbouw en voeding, met o.a. Klaas van Egmond.
Dit artikel afdrukken