Frankrijk is het land dat het meest bijdraagt aan de Europese landbouw, met 18% van de totale waarde. Daarna volgen Duitsland (14%), Italië (13%), Spanje (10%), Groot-Brittannië (8%), Nederland (7%) en Polen (5%). Samen vertegenwoordigen deze 7 landen zo'n driekwart van de landbouwproductie van de EU in 2014. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat.

Nederland heeft zijn positie in de top-7 te danken aan de productie van groente en fruit, met name uien en tomaten, en de veehouderij.

De koppositie van Frankrijk houdt verband met de productie van graan. In 2014 werd in de EU de recordhoeveelheid van 331 miljoen ton graan geproduceerd, Frankrijk nam 72,7 miljoen ton daarvoor voor zijn rekening. In Nederland nam de graanproductie juist af.

Van de 88,4 miljoen runderen in de EU liepen er in 2014 19 miljoen (22%) in Frankrijk rond. Duitsland (14%), Groot-Brittannië (11%) en Ierland, Spanje en Italië (allen 7%) huisvestten ook veel runderen. Duitsland (28,3 miljoen varkens, 19% van alle varkens in de EU) en Spanje (26,6 miljoen varkens, 18%) namen gezamenlijk meer dan een derde van alle varkens in de EU (148,3 miljoen) voor hun rekening. Runderen, varkens en schapen zijn goed voor 17% van de totale landbouwproductie van de EU en 42% van de dierlijke productie.
EC
Reageer
  • Deel
Druk af