Vakblad Boerderij rapporteert over een boerenbijeenkomst die afgelopen vrijdag plaatsvond in Schoonhoven. Aan de orde was het fosfaatdossier, dat draait om het overschot aan dierlijke mestproductie in Nederland.

Mest wordt in Nederland met name door koeien en varkens geproduceerd. Beide sectoren beconcurreren elkaar daarmee dan ook in hun druk op het milieu. Als gevolg van de opheffing van de melkquota heeft een deel van de Nederlandse melkveehouders ingezet op een flinke vergroting van hun bedrijven, aantallen dieren en dus het aantal koeien en hun recht op mest in Nederland. De banken hebben die ontwikkeling gefinancierd en zien er kennelijk toekomst in.

Hogenkamp stelt dat de exportgerichte Nederlandse varkenshouderij het einde van zijn levenscyclus bereikt en daarom moet worden gesaneerd
Logische financiering sanering
De varkenshouderij in Nederland maakt al jaren geen winst meer. Tot voor enkele jaren konden Nederlandse boeren door hun efficiencyvoorsprong en lagere voerprijzen nog meekomen op de wereldmarkt. Die voorsprong liet hen meer kilo's vlees uit hun kosten per dier halen en daardoor konden ze hun relatief hogere kostprijs ten opzichte van concurrerende landen goed maken. Die situatie is voorbij, zeggen varkenseconomen als Paul Bens en Gé Backus al wat langer. Hoogenkamp is de eerste varkensboer die het zo nadrukkelijk en publiekelijk uitspreekt.

Hogenkamp stelt dat de exportgerichte Nederlandse varkenshouderij het einde van zijn levenscyclus bereikt en daarom moet worden gesaneerd. Hij bepleit daarvoor een logische financieringsvorm.

Hogenkamp vindt dat het recht van zijn sector om mest te produceren daarom het beste kan worden verkocht aan de koeienboeren. Zo kunnen zij de warme sanering van Nederlandse varkenshouderij financieren. Staatssecretaris Dijksma is echter geen voorstander van die optie. Zij lijkt te vinden dat de fosfaten in koeienmest anders van aard zijn, dan die uit varkenspoep. Dat zorgt ervoor dat de volgens Hogenkamp uitfaserende varkenssector met een eigendom zit, dat niet te gelde gemaakt kan worden bij liquidatie.

Staatssecretaris Dijksma is echter geen voorstander van die optie. Zij lijkt te vinden dat de fosfaten in koeienmest anders van aard zijn, dan die uit varkenspoep
Een goed bewaard geheim
Het standpunt van Dijksma is niet onbegrijpelijk. Als we evenveel mest van koeien krijgen als we nu van varkens hebben, raken we nooit uit de stront. Dat is de ene kant van de munt. De andere is een vraag: wie gaat dan de herstructurering van de Nederlandse varkenshouderij betalen?

Het antwoord vanuit Den Haag is al jaren een goed bewaard geheim onder boerenbestuurders: de boeren en de banken zelf. De banken zullen het geld dat ze via de verkoop van failliete bedrijven niet meer terug kunnen halen, zoveel mogelijk verhalen op de boeren.
Zoals de recente geschiedenis van faillerende tuinders leert, zullen zelfs de spaarrekeningen van kinderen niet veilig blijken, als Hogenkamp, Backus en Bens gelijk hebben. Er ligt hier vooral een issue voor banken. Zij zullen moeten nadenken over hun ethiek.

Fotocredits: Luchtdruk, FaceMePLS
Dit artikel afdrukken