Bij zijn onderzoeken in de afgelegen Mexicaanse jungle stuit bioloog Jurgi Cristóbal-Azkarate (University of Cambridge) regelmatig op verrassingen. Maar volledig verrast was hij pas toen hij in de uitwerpselen van apen in de buurt van Veracruz 'superbugs', bacteriën vond die resistent zijn tegen antibiotica.

Resistentie in dichtbevolkte gebieden
Antibiotica-resistentie is een van de grootste bedreigingen voor de menselijke gezondheidszorg, stelt onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie. Antibioticaresistentie verwacht je in dichtbevolkte gebieden (door mensen of de door ons gehouden landbouwdieren), waar het gebruik van antibiotica hoog ligt en bacteriën volop de kans krijgen zodanig te muteren dat de antibiotica geen vat meer op ze krijgen. Cristóbal-Azkarate’s ontdekking vond de resistente bacteriën echter ver van de menselijke beschaving.
De grootste vraag is dan ook: hoe hebben die resistente bacteriën zich daar kunnen ontwikkelen?

Overvloedige aantallen
PLOS ONE publiceerde onderzoek van een internationaal team van wetenschappers. De onderzoekers vonden overvloedige aantallen resistente bacteriën in de uitwerpselen van 7 wilde dierensoorten, van apen tot jaguarundis, meldt The Scientist. Mensenschuwe dieren hadden net zo vaak resistente bacteriën als dieren die dichter bij mensen leven. Nadat de eerste verrassing was geluwd, kwam Cristóbal-Azkarate erachter dat er bij nog veel meer dieren, over de hele wereld, antibioticaresistentie is vastgesteld. "Resistentie is overal. Het komt even goed voor op 'ongerepte' als op 'vervuilde' plekken", zegt Randall Singer (University of Minnesota) in The Scientist.

Natuurlijke evolutie of verspreiding vanuit mensen
Dat is hoeft helemaal niet zo verrassend te zijn als het lijkt. De meeste antibiotica worden 'gemaakt' door schimmels en bacteriën, waar ziekteverwekkende bacteriën al miljoenen jaren aan blootgesteld zijn. Die hebben dus alle tijd gehad om vanzelf een resistentie te ontwikkelen.

Maar dat verklaart nog niet waarom sommige bacteriën zelfs resistent bleken tegen relatief nieuwe, synthetisch gemaakte antibiotica (zoals fluoroquinolones). Dat zou er op kunnen wijzen dat de resistentie zich wel degelijk vanuit mensen verspreid heeft. Het is echter niet waarschijnlijk dat de wilde dieren in direct contact zijn geweest met dit soort medicijnen. Wat wel kan, is dat de dieren in aanraking zijn gekomen met menselijk of dierlijk afval dat de resistente bacteriën bevatte. Dat afval kan via waterwegen of trekvogels in het wild terecht gekomen zijn.

Ecologie van resistentie
Als dat het geval is, wordt het pas echt spannend. Want hoewel de wilde dieren geen last lijken te hebben vanwege de grote resistentie in hun darmflora, kunnen de resistente bacteriën zich verder ontwikkelen tot varianten waar straks helemaal geen remedie tegen bestaat. "Als je in een omgeving woont die op enige manier in verbinding staat met wilde dieren, dan zul je hun bacteriën overnemen, en zij de jouwe. Dat is de ecologie van resistentie", zegt Singer in The Scientist.

Fotocredits: Mantelbrulaap, Sean Murray
Dit artikel afdrukken