Het lijkt een open deur, maar is onderwerp van serieus onderzoek. Hoe krijg je kinderen zo ver dat ze meer groenten en fruit eten? Met vrolijke Sesam Straat figuurtjes is één optie. Een andere is nog veel simpeler: maak er een wedstrijdje van. Dat deden Schotse wetenschappers dan ook, meldt BBC News Scotland.
Belonen
Onderzoekers van de Edinburgh University deden een proef met 600 lagere schoolkinderen van 6 tot 10 jaar. Een deel van de groep deed mee in een 'individueel' schema. Iedere leerling kreeg een sticker als hij of zij bij de lunch een stuk fruit of portie groenten nam of mee had gekregen in zijn lunchpakketje.
Als ze per week meer dan vier keer zo'n keus maakten, kregen ze bovendien een bonussticker.
Een ander deel deed mee in een 'wedstrijd' schema. Daarbij kreeg nog steeds iedere leerling een sticker voor een 'gezonde keus'. Bovendien werden de leerlingen in groepjes van 4 gekoppeld, en kreeg de leerling die aan het eind van de week de meeste stickers verzameld had de bonussticker. Voor de volledigheid van het onderzoek werd een controlegroep samengesteld, die geen stickers kreeg.
De wetenschappers constateerden dat de stickers bijdroegen aan de groenten en fruit consumptie van de kinderen. Een derde van de kinderen ging er meer van eten. Jongens bleken gevoelig voor beide beloningsmodellen. Het wedstrijd-model werkte beter bij meisjes en had ook nog effect op langere termijn: toen de onderzoekers na een half jaar terugkwamen, aten de kinderen nog steeds meer groenten en fruit dan voordat ze aan de proef meededen.
Het onderzoek is hier te lezen.
Fotocredits: US Department of Agriculture
Dit artikel afdrukken
Belonen
Onderzoekers van de Edinburgh University deden een proef met 600 lagere schoolkinderen van 6 tot 10 jaar. Een deel van de groep deed mee in een 'individueel' schema. Iedere leerling kreeg een sticker als hij of zij bij de lunch een stuk fruit of portie groenten nam of mee had gekregen in zijn lunchpakketje.
Als ze per week meer dan vier keer zo'n keus maakten, kregen ze bovendien een bonussticker.
Een ander deel deed mee in een 'wedstrijd' schema. Daarbij kreeg nog steeds iedere leerling een sticker voor een 'gezonde keus'. Bovendien werden de leerlingen in groepjes van 4 gekoppeld, en kreeg de leerling die aan het eind van de week de meeste stickers verzameld had de bonussticker. Voor de volledigheid van het onderzoek werd een controlegroep samengesteld, die geen stickers kreeg.
De wetenschappers constateerden dat de stickers bijdroegen aan de groenten en fruit consumptie van de kinderen. Een derde van de kinderen ging er meer van eten. Jongens bleken gevoelig voor beide beloningsmodellen. Het wedstrijd-model werkte beter bij meisjes en had ook nog effect op langere termijn: toen de onderzoekers na een half jaar terugkwamen, aten de kinderen nog steeds meer groenten en fruit dan voordat ze aan de proef meededen.
Het onderzoek is hier te lezen.
Fotocredits: US Department of Agriculture
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Deze behaviouristische aanpak werkt alleen zolang het beloningssysteem actief blijft. Het wrkt net als positief opvoeden en Triple P opvoedingsmethodes: het is een gedragsprogrammering op basis van extrinsieke stimuli. Dat werkt allemaal op de korte duur, maar heeft negatieve effecten op de lange duur.
Kinderen groenten leren eten begint al voor ze geboren zijn. Via de navelstreng en het vruchtwater proeft een kind mee van wat zijn moeder eet. Zo leert hij wennen aan de smaak van het gezinseten. Het is dan wel de bedoeling dat moeder gezonde keuzes maakt en haar kind niet went aan junkfood. Na zijn geboorte gaat dit proces door via borstvoeding. Kunstvoeding bevat mogelijk min of meer alle nutriënten die hij nodig heeft, maar geen diversiteit aan smaakkenmerken. Moedermelk bevat dat wel. Stap drie is de manier waarop het vervolgvoedsel wordt aangeboden. Gebaseerd op zijn gewenning aan de smaken van het gezinseten en door de intrinsieke motivatie om net als alle andere mensen, met name zijn primaire hechtingsfiguren, te willen doen zal een kind mee willen eten van alles wat de rest van de tafelgenoten eten. Als lang genoeg wordt gewacht met het geven van bijvoeding, hoeft niet begonnen te worden met pap en prak. Gepureerd voedsel is semi-vloeibaar en dat kan hij al. Vast voedsel meot vast zijn om zijn nieuwe vaardigheden in het mondgebied te gaan uitproberen en oefenen. Daarnaast is voedsel in een herkenbare toestand beter voor de smaakontwikkeling. Kinderen die op deze manier beginnen met gezinseten naast borstvoeding laten veel minder eetproblemen zien en waarderen een veel gevarieerder aanbod van voedingsmiddelen, inclusief fruit en groenten.