Van Hattem Vlees BV in Dodewaard is surséance van betaling verleend. Het bedrijf kwam in opspraak door het vermoeden dat het bedrijf paardenvlees voor rundvlees verkocht. Op last van de NVWA werd aanvankelijk 28 miljoen kilo vlees van Van Hattem teruggeroepen. Later werd 13 miljoen kilo daarvan weer vrijgegeven. De resterende 15 miljoen kilo waren bij het afkondigen van de recall al grotendeels geconsumeerd. Volgens de NVWA heeft niemand daar een gezondheidsrisico door opgelopen. Waarom het vlees dan toch werd teruggeroepen heeft de voedselautoriteit nooit duidelijk willen maken. Toen Consumentenwaakhond Foodwatch die duidelijkheid langs gerechtelijke weg toch probeerde te krijgen, achtte de rechter zich niet competent om de documenten openbaar te maken, omdat hij dan in de functie van de NVWA zou treden.

Voorstadium faillissement
De surséance is slecht nieuws voor schuldeisers, zoals boeren die dieren leverden aan het bedrijf: zij hoeven op dit moment niet te worden niet betaald. Vaak gaat een surséancebesluit vooraf aan een faillissement.

Volgens Vleesmagazine is "het opvallend is dat eigenaar Ben van Hattem in februari van dit jaar een nieuw bedrijf heeft opgericht: Dutch Meat Company. Een groothandel in vlees en vleeswaren en in wild en gevogelte. Verder doen ze de in- en verkoop en im- en export van vee, vlees, huiden, veevoeders en aanverwante artikelen, zoals uit het uittreksel van de Kamer van Koophandel blijkt." Daarmee suggereert het blad dat Van Hattem zijn schuldeisers laat zitten en probeert de draad langs een andere weg weer op te pakken.

Van Hattem was niet bereikbaar voor commentaar. Eerder liet hij tegenover Omroep Gelderland weten dat de nooit bewezen fraude - de NVWA wil immers niet zeggen op welke precieze gronden de recall werd gedaan - hem ten onterechte als fraudeur heeft neergezet en dat zijn levenswerk hierdoor kapot is gemaakt.

Vleesmagazine citeert Van Hattem die de maatregelen die tegen zijn slachterij zijn genomen buiten alle proporties vindt. 'Wij moesten 28 miljoen kilo vlees terughalen, terwijl er uiteindelijk enkele tientallen paarden zijn die niet administratief getraceerd konden worden. Daar hebben wij een fout in gemaakt, maar de NVWA-dierenartsen hebben voor de rechter getuigd dat zij wel bij het afvoeren van deze afgekeurde paarden zijn geweest. Het is dus duidelijk wat met deze paarden is gebeurd en dat ze niet verwerkt zijn.'

Fotocredits: Van Hattem
Dit artikel afdrukken