Een strafrechtszaak in de VS brengt een voor velen onrustbarend feit aan het licht: voedselfabrikanten in de VS worden niet standaard gecontroleerd op voedselveiligheid. Er is sprake van een 'honour system', waarbij de fabrikanten zelf testen hoe het met de voedselveiligheid zit en dit bij problemen melden bij de autoriteiten. Of niet...

Strafrechtzaak
De zaak is de eerste strafrechtzaak op federaal niveau. De broers Parnell van de Peanut Corporation of America uit Georgia worden er van beschuldigd dat zij met salmonella besmette producten geleverd hebben en dat zij klanten 'schone 'testresultaten stuurden in plaats van te wachten op de resultaten van nieuwe testen bij nieuwe batches.

Het gaat om besmette pinda-producten. Die zouden in 2008 en 2009 voor een salmonella-uitbraak gezorgd hebben waarbij in 43 staten 9 mensen overleden en 714 mensen ziek werden. De zaak leidde - nadat de fabrikant failliet was gegaan, de productie gestopt en veel van de pindakaas en andere producten al was opgegeten - tot een van de grootste terughaalacties ooit.

'Honour system' blijkt te falen
De zaak spitst zich toe op de voedselveiligheid. De gebroeders Parnell hebben toegegeven dat er alleen maar op voedselveiligheid, zoals salmonella-besmetting, getest werd als klanten (zoals Kellogg's) daar expliciet om vroegen. Overigens zijn volgens de Amerikaanse federale wetgeving salmonella-testen niet verplicht, schrijft The Guardian.
Toen de food and Drug Administration (FDA) op onderzoek kwam, ontdekten ze dat er in de 2 jaar voorafgaand aan de uitbraak wel 12 gevallen van besmetting waren voorgekomen. Acht van die batches waren aantoonbaar gewoon naar de klanten verstuurd. Het 'honour system' blijkt dus niet altijd te werken.

Meer mankracht en mandaat voor FDA zonder resultaat
In 2011 werd in de VS de Food Safety Modernisation Act ingevoerd, na veel publieke ophef over voedselveiligheid. De wet moest de FDA meer mankracht en handhavingsmacht geven. Maar 3 jaar later zijn er nog steeds geen regels en FDA-eisen dat producten salmonella-vrij moeten zijn. Ook is de FDA nog altijd afhankelijk van de goodwill van de bedrijven om bij een uitbraak mee te helpen de oorzaak op te sporen - voor reguliere controles ontbreekt de mankracht.

Strafzaak zorgt dat voedselveiligheid serieus genomen wordt
De Amerikaanse Centers for Disease Control & Prevention (CDC) houden sinds 1962 alle salmonella-uitbraken bij. En hoewel veel besmettingen niet op een bron teruggevoerd kunnen worden, zijn er inmiddels tientallen voedselfabrikanten wel geïdentificeerd als veroorzaker van salmonella-besmettingen. De meeste rechtszaken worden geschikt. Bovendien komen fabrikanten er met een boete - of bankroet, maar geen straf- vanaf zolang er geen overkoepelende wetgeving is.

'Compleet ander gezichtspunt'
Het bijzondere van de Parnell-zaak is dat er nu een strafzaak gevoerd wordt. Dat trekt veel meer aandacht dan alle civielrechtelijke zaken tot nu toe. "Deze CEO's en managers hebben een compleet ander gezichtspunt nu ze gevangenisstraf en onverzekerde boetes onder ogen moeten zien", zegt strafrechtadvocaat Bill Marler. Een van de managers van de pindafabriek zegt in The Guardian dat hij natuurlijk aan de bel had moeten trekken toen hij erachter kwam dat het bedrijf het niet zo nauw nam met de salmonella-testen, maar 'dat hij het toendertijd niet serieus genoeg genomen heeft'. In ieder geval heeft hij nooit "de bedoeling gehad iemand kwaad te doen". On my honour, your Honour, zegt hij met zoveel woorden.
Dit artikel afdrukken