Niet alleen onze hersenen en ons hormoonstelsel bepalen onze energiestofwisseling en dus ons gewicht. Ook ons immuunsysteem blijkt een rol te spelen. Dat melden twee onderzoeksgroepen onafhankelijk van elkaar. Ons immuunsysteem activeert belangrijke neurotransmitters en húp, vet verdwijnt als sneeuw voor de zon. Bij te dikke muizen dan.
Ons immuunsysteem blijkt te bepalen waar in ons lichaam we vet afzetten, en in welke vorm. Van 'wit vet' worden we inderdaad dik (bierbuik, 'zwembandjes'), maar bruin en beige vet zijn een soort interne kacheltjes, die aanslaan als we het koud krijgen. Bruin en beige vet verbruiken energie, in plaats van het op te slaan.
De wetenschappers richtten zich op het recent ontdekte hormoon Metrnl. Dit hormoon vormt zich (bij kou) in vetweefsel en zorgt er voor dat wit vet wordt omgezet in beige vet. Omdat beige vet daadwerkelijk energie verbruikt, 'smelten' vetreserves weg, schrijft Spiegel Online. Het blijkt dat het immuunsysteem, middels de neurotransmitters interleukine-4 en -13 bij kou het bruine (en beige) vet 'aanzet'. Muizen waar deze signalering verstoord is, maken minder beige vet aan - en zijn dus dikker. Met het toedienen van de neurotransmitters kan dit effect ongedaan gemaakt worden.
De onderzoekers hopen met hun bevindingen een aanknopingspunt gevonden te hebben om het immuunsysteem bij de mens specifiek aan te kunnen zetten zodat het lichaam wit in beige vet gaat omzetten. Dat zou een nieuwe aanpak kunnen betekenen in de behandeling van obesitas.
Dit artikel afdrukken
Ons immuunsysteem blijkt te bepalen waar in ons lichaam we vet afzetten, en in welke vorm. Van 'wit vet' worden we inderdaad dik (bierbuik, 'zwembandjes'), maar bruin en beige vet zijn een soort interne kacheltjes, die aanslaan als we het koud krijgen. Bruin en beige vet verbruiken energie, in plaats van het op te slaan.
De wetenschappers richtten zich op het recent ontdekte hormoon Metrnl. Dit hormoon vormt zich (bij kou) in vetweefsel en zorgt er voor dat wit vet wordt omgezet in beige vet. Omdat beige vet daadwerkelijk energie verbruikt, 'smelten' vetreserves weg, schrijft Spiegel Online. Het blijkt dat het immuunsysteem, middels de neurotransmitters interleukine-4 en -13 bij kou het bruine (en beige) vet 'aanzet'. Muizen waar deze signalering verstoord is, maken minder beige vet aan - en zijn dus dikker. Met het toedienen van de neurotransmitters kan dit effect ongedaan gemaakt worden.
De onderzoekers hopen met hun bevindingen een aanknopingspunt gevonden te hebben om het immuunsysteem bij de mens specifiek aan te kunnen zetten zodat het lichaam wit in beige vet gaat omzetten. Dat zou een nieuwe aanpak kunnen betekenen in de behandeling van obesitas.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Dennis, dank,
OK, het was een gedachte. Ik denk dat onderzoek inderdaad heel belangrijk kan zijn.
Vanaf mijn studententijd echter weet ik dat ikzelf eigenlijk van jongs af aan de toepassing van de wetenschap en het scheren langs allerlei gecombineerde 'randen' waanzinnig interessant vond en vindt.
Ria, het is maar de vraag of je die conclusie kan trekken. Overigens heeft men het in het originele onderzoek en persbericht over zowel kou als beweging als trigger voor Metrnl. Maar je vraag is een vraag naar een praktische toepassing, terwijl veel onderzoek heel fundamenteel is en geen directe toepassing kent. Zo ook dit onderzoek. De druk om het te kunnen toepassen is echter hoog, zo hoog dat zelfs de onderzoekers zelf gaan speculeren over toepassingen. Dat is heel jammer, want fundamenteel onderzoek is uitermate belangrijk. En het kenmerk daarvan is nou juist dat de toepassing ervan niet direct duidelijk is. Vaak vind een uitkomst veel later een totaal onverwachte toepassing. Veel mensen stellen de vraag waarom je onderzoek doet als je met het resultaat niets kan, maar beseffen zich niet hoeveel impact dergelijk onderzoek kan hebben zonder dat dat vooraf te voorspellen was. Een bekend voorbeeld was het deeltjesonderzoek bij CERN, waar op een zijspoor de voorloper van het internet is ontwikkeld. Zonder dat was Foodlog nooit geweest en had je geen makkelijke toegang gehad tot een enorme hoeveelheid informatie.
Wat leert dit onderzoek ons dan? Nou, het ontrafelt een stukje van de biochemische regelmechanismen in ons lijf. Het is slechts een aanknoping voor latere toepassingen. En dat is geen ge-hobby en een laboratorium, dat is verrekte lastig en dit soort werk wordt voor mijn gevoel nogal eens onderschat. Dergelijk onderzoek vereist bijvoorbeeld slimme en inventieve ideeën over hoe je iets kunt meten aan de gang van stofjes op absurd kleine schaal en met reacties die in fracties van seconden plaatsvinden. Het is niet slechts "leren voor laborant oid" zoals Astrid dat in #10 noemt, dat is een grove onderschatting van het harde en moeilijke werk dat onderzoekers moeten verzetten om dit soort (vanaf een afstand gezien simpele) resultaten te bereiken.
Dit artikel gaat niet over vet in het lichaam, maar het soort vet begrijp ik. Voor mij is dat nieuw.
Houdt dit praktisch in dat je voor de ontwikkeling van het hormoon Metrl maar beter bijv. de c.v. diverse graden omlaag zet in de winter?
Ook leuk voor het milieu en de portemonnaie.
Ook mijn eerste reactie was dat dit geen nieuws is, maar dat komt met name door de eerste twee zinnen: "Niet alleen onze hersenen en ons hormoonstelsel bepalen onze energiestofwisseling en dus ons gewicht. Ook ons immuunsysteem blijkt een rol te spelen." Op grond van wat er al bekend is, mag het niet als verassing komen dat, om het heel breed te zeggen, alle systemen in ons lichaam met elkaar verbonden zijn. Alleen al in de darmen zijn het zenuwstelsel en immuunsysteem nauw betrokken bij de spijsvertering (zie bijv. dit artikel).
Het nieuwe zit hem in het ontrafelen van het achterliggende mechanisme, en zonder dit soort onderzoek zou dergelijke kennis nooit ontstaan. Naar mijn mening dus geen onzinnig onderzoek Astrid.
Overigens vind ik het erg link dat er gesproken wordt over het toedienen van dergelijke boodschapperstoffen, want die zijn (zo blijkt maar weer eens uit dit onderzoek) betrokken bij een scala aan functies. Voor je het weet trigger je dus een onverwachte of ongewenste reactie.
p.s. Interleukinen zijn strikt genomen geen neurotransmitters maar cytokinen.
Astrid, ik denk dat er heel veel dingen zijn die jij logisch vind omdat je kennis hebt die door wetenschappelijke onderzoeken in het verleden ooit ontdekt of bewezen zijn.
En wat GMO betreft, ik kan je aanraden de sites waar jij je informatie normaalgesproken haalt met een flinke korrel zout te nemen als het over GMO's gaat.
Er zijn nogal veel mensen die vinden dat wetenschap "ook maar een mening" is.
Hier kun je wat meer lezen over regelgeving omtrent GMO's in Nederland.