De Amerikaanse presidentsvrouw Michelle Obama zet zich in voor gezonder eten en minder dikke kinderen in de VS. Diverse initiatieven hebben daarvoor de afgelopen jaren het levenslicht gezien. Maar niet alles wordt voor zoete koek geslikt. Zo blijkt met name het lunch-programma aan zware kritiek bloot te staan. Het programma heeft de bijnaam Dumpster Derby gekregen. Scholen hebben te weinig geld om gezond eten te kopen, kinderen vinden het niet lekker en op sommige plaatsen zijn er zelfs extra vuilnisbakken nodig om het weggegooide eten af te kunnen voeren. Over voedselverspilling gesproken. Het is Obama op zware kritiek van de Republikeinen komen te staan, en op voorstellen Let's Move ook maar bij het oud vuil te zetten.

Dat gaat natuurlijk veel te ver, want het is wel degelijk zinvol om de toenemende kinderobesitas af te remmen en kinderen (en hun ouders) te leren wat gezond eten is. In de Washington Post stelt Kathleen Parker dat het ware euvel gelegen is in het federale programma, dat een nationale standaard zonder ruimte voor lokale variatie toelaat. Zij stelt twee aanpassingen voor: geef de 'school nutritionists' de ruimte voedzame en smakelijk lunches samen te stellen die aansluit bij de eetcultuur van van hun schoolbevolking, en laat de ouders een grotere rol spelen in het bereiden van gezond voedsel voor hun kinderen (met ondersteuning waar nodig). Want, zo stelt ze: 'quality nutrition begins at home'.

Top down en one size fits all-beleid werken niet. Het moet van onderen naar boven en van boven naar beneden kloppen. Dat is de korte samenvatting van de scherpe, maar opbouwende kritiek van Parker die zowel de Republikeinen als Obama aanpakt.
Dit artikel afdrukken