Welke landbouw willen we? Jopie Duijnhouwer wil hem compleet. Met vogels. Zonder vreest hij de toekomst. Daarom betreurt hij de kievit die hem dit jaar voor het eerst helemaal in de steek laat.
Even beginnen met de tijdlijn. Eén maart: het is nog vroeg. 10 maart: nu zou het langzamerhand wel kunnen. 15 maart: het zal toch niet waar zijn. 19 maart: ze komen niet meer.
Legendarisch
Waar ik de afgelopen jaren al voor vreesde, is dit jaar werkelijkheid geworden. Geen kieviten meer op de Essener Enk. Normaal associeer ik kieviten met grasland, maar hier broedde altijd een flinke groep op deze dekzandrug van 40 hectare direct ten oosten van Deventer. Vroeger waren de aantallen groot. Zo groot, dat de boswachter met zijn vrouw in het voorjaar eieren raapten om die aan te bieden aan de freules, de eigenaressen van het gebied. Legendarisch zijn de jaren waarin ongeboren mest (maag/darm inhoud van geslacht vee) van de slachterijen in Deventer op het land gebracht werd. Dit leidde tot een explosie van insecten, die op hun beurt opgegeten werden door grote aantallen kieviten. Mijn buurman (bijna 70) vertelt dat er in zijn jeugd wel 40 vogelnesten te vinden waren op de 10 hectare die zijn vader hier pachtte. Ik geloof het niet. Of beter: ik kan en wil het niet geloven.
Geen nesten, geen kuikens meer
Wij begonnen op ons bedrijf in juni 1998; voorjaar 1999 zag ik dat er nog kievitseieren werden gezocht. Dat was gelijk het laatste jaar. In de jaren die volgden zochten vrijwilligers nog naar nesten die dan gemarkeerd werden om de nesten te beschermen. In 2005 waren er nog zo’n 7 paartjes, die al buitelend en roepend hun territoria opeisten. En elk jaar dezelfde tragiek als je zag hoe de nesten eerst verstoord werden door boeren die achtereenvolgens hun mest uitreden, nog eens mest uitreden, ploegden, het land zaaiklaar maakten, maïs zaaiden en vervolgens het land egden (EU-verplichting). Er was simpelweg geen tijd om een nest te bouwen, eieren te leggen en uit te broeden.
In 2012 zochten de laatste kieviten hun heil op ons land, niet hun eerste keus, omdat het te dicht bij de bosranden ligt. Daar werden nog wel eieren uitgebroed, maar of de kuikens het gehaald hebben weet ik niet. Een jaar later waren er wel kieviten, maar heb ik geen nesten meer gezien.
Twijfel aan de vos
Over de vraag hoe het zover heeft kunnen komen verschillen de meningen. De veehouders houden op “die zwarte jongens” (roeken), die inderdaad bij honderden het land afstropen. Jagers wijzen naar vossen, wat altijd weer een goed argument is om een paar zaterdagen per jaar op vossenjacht te gaan. Maar hun mening begint te schuiven. Ook zij beginnen naar de intensieve veehouderij te kijken.
Tegenwoordig wordt vrijwel al het gras in de regio bemest met een zodebemester van 12 meter breed en gemaaid door de Big M, die met een maaibreedte van meer dan 9 meter een snelheid van 18 km/uur zou halen. Geen jong dier ontsnapt aan de messen van dit monster.
Geen kieviten meer op de Essener Enk in 2014. De leeuwerik en graspieper waren eerder aan de beurt, de patrijs heb ik nog één of twee keer gezien. Is dat erg? Voor mij wel, maar iedereen mag dat afdoen als misplaatste nostalgie. De uitsterfdenker des vaderlands, Bas Haring, zal er niet mee zitten.
Uitgestorven allochtoon
In zijn Simca column betoogt hij dat de laatste dieren vast een onprettig leven hebben gehad en dat het verdwijnen van het laatste dier geen enkel effect heeft op de biodiversiteit. Op dat laatste punt ben ik het met hem eens. Het “oude” ecosysteem van het boerenland is al lang geleden onherstelbaar beschadigd, getuige het verdwijnen van álle akkervogels, er is een nieuw ecosysteem voor in de plaats gekomen, zonder akkervogels, met een sterk veranderde flora. En daar staat tegenover dat ons eten véél goedkoper is geworden. “Goedkoop eten is geweldig. Het laat zien hoe geweldig we kunnen organiseren en welvaart maken.” aldus Bas Haring in een andere draad.
En laten we wel zijn, de kievit is een allochtoon, een Oost-Europese steppebewoner, die zich wonderbaarlijk goed heeft aangepast aan de natte weides van West Europa. En in de rest van Nederland komt de kievit nog in grote aantallen voor. Eigenlijk gaat deze bijdrage nergens over. De agrosector voorziet ons van het goedkoopste en beste voedsel van de hele wereld en uit de geschiedenis. En waar gehakt wordt vallen spaanders. Op de Essener Enk zijn de akkervogels nu allemaal verdwenen, so what, Foodlog lezer(es)? Zijn er grenzen aan ons streven naar een nog meer efficiëntie of mag alles daar aan opgeofferd worden?
Fotocredits: Jopie Duijnhouwer
Dit artikel afdrukken
Legendarisch
Waar ik de afgelopen jaren al voor vreesde, is dit jaar werkelijkheid geworden. Geen kieviten meer op de Essener Enk. Normaal associeer ik kieviten met grasland, maar hier broedde altijd een flinke groep op deze dekzandrug van 40 hectare direct ten oosten van Deventer. Vroeger waren de aantallen groot. Zo groot, dat de boswachter met zijn vrouw in het voorjaar eieren raapten om die aan te bieden aan de freules, de eigenaressen van het gebied. Legendarisch zijn de jaren waarin ongeboren mest (maag/darm inhoud van geslacht vee) van de slachterijen in Deventer op het land gebracht werd. Dit leidde tot een explosie van insecten, die op hun beurt opgegeten werden door grote aantallen kieviten. Mijn buurman (bijna 70) vertelt dat er in zijn jeugd wel 40 vogelnesten te vinden waren op de 10 hectare die zijn vader hier pachtte. Ik geloof het niet. Of beter: ik kan en wil het niet geloven.
Geen nesten, geen kuikens meer
Wij begonnen op ons bedrijf in juni 1998; voorjaar 1999 zag ik dat er nog kievitseieren werden gezocht. Dat was gelijk het laatste jaar. In de jaren die volgden zochten vrijwilligers nog naar nesten die dan gemarkeerd werden om de nesten te beschermen. In 2005 waren er nog zo’n 7 paartjes, die al buitelend en roepend hun territoria opeisten. En elk jaar dezelfde tragiek als je zag hoe de nesten eerst verstoord werden door boeren die achtereenvolgens hun mest uitreden, nog eens mest uitreden, ploegden, het land zaaiklaar maakten, maïs zaaiden en vervolgens het land egden (EU-verplichting). Er was simpelweg geen tijd om een nest te bouwen, eieren te leggen en uit te broeden.
In 2012 zochten de laatste kieviten hun heil op ons land, niet hun eerste keus, omdat het te dicht bij de bosranden ligt. Daar werden nog wel eieren uitgebroed, maar of de kuikens het gehaald hebben weet ik niet. Een jaar later waren er wel kieviten, maar heb ik geen nesten meer gezien.
Twijfel aan de vos
Over de vraag hoe het zover heeft kunnen komen verschillen de meningen. De veehouders houden op “die zwarte jongens” (roeken), die inderdaad bij honderden het land afstropen. Jagers wijzen naar vossen, wat altijd weer een goed argument is om een paar zaterdagen per jaar op vossenjacht te gaan. Maar hun mening begint te schuiven. Ook zij beginnen naar de intensieve veehouderij te kijken.
Tegenwoordig wordt vrijwel al het gras in de regio bemest met een zodebemester van 12 meter breed en gemaaid door de Big M, die met een maaibreedte van meer dan 9 meter een snelheid van 18 km/uur zou halen. Geen jong dier ontsnapt aan de messen van dit monster.
Geen kieviten meer op de Essener Enk in 2014. De leeuwerik en graspieper waren eerder aan de beurt, de patrijs heb ik nog één of twee keer gezien. Is dat erg? Voor mij wel, maar iedereen mag dat afdoen als misplaatste nostalgie. De uitsterfdenker des vaderlands, Bas Haring, zal er niet mee zitten.
Uitgestorven allochtoon
In zijn Simca column betoogt hij dat de laatste dieren vast een onprettig leven hebben gehad en dat het verdwijnen van het laatste dier geen enkel effect heeft op de biodiversiteit. Op dat laatste punt ben ik het met hem eens. Het “oude” ecosysteem van het boerenland is al lang geleden onherstelbaar beschadigd, getuige het verdwijnen van álle akkervogels, er is een nieuw ecosysteem voor in de plaats gekomen, zonder akkervogels, met een sterk veranderde flora. En daar staat tegenover dat ons eten véél goedkoper is geworden. “Goedkoop eten is geweldig. Het laat zien hoe geweldig we kunnen organiseren en welvaart maken.” aldus Bas Haring in een andere draad.
En laten we wel zijn, de kievit is een allochtoon, een Oost-Europese steppebewoner, die zich wonderbaarlijk goed heeft aangepast aan de natte weides van West Europa. En in de rest van Nederland komt de kievit nog in grote aantallen voor. Eigenlijk gaat deze bijdrage nergens over. De agrosector voorziet ons van het goedkoopste en beste voedsel van de hele wereld en uit de geschiedenis. En waar gehakt wordt vallen spaanders. Op de Essener Enk zijn de akkervogels nu allemaal verdwenen, so what, Foodlog lezer(es)? Zijn er grenzen aan ons streven naar een nog meer efficiëntie of mag alles daar aan opgeofferd worden?
Fotocredits: Jopie Duijnhouwer
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Je bijdrage gaat zeker wel ergens over Jopie, al kan ik het niet precies plaatsen. Maar ik ken geen mooier geluid dan dat van kieviten in het voorjaar.
2 weken geleden vroeg een spreker van het WNF aan de zaal (aula, utrecht) waar men dacht in NL de grootste biodiversiteit aan te treffen, in het stedelijk of landelijk milieu, dat bleek dus sinds kort dat eerste te zijn geworden. waar was de foto genomen jopie? die van mij zijn allemaal van nestjes in groen gras, deze kievit had kennelijk eieren voor zijn geld gekozen, door uit te wijken naar een zandig terreintje (of akker voor snijmaïs?) zonder gevaar voor injecterende machines en cirkelmaaiers. zou ik ook doen! en een gratis idee voor de organisaties van de zelfkazers: bij gebleken goed gedrag en aanwezigheid op het bedrijf van nesten en groot geworden jongen(inspecteur nodig) mogen zij de kievit ( of de grutto) als embleem op hun kaas of pakpapier zetten, anders niet! en als de juffen op school de kindertje dan leren dat de mammas en pappas op de kieviten moeten letten bij de kaasaankoop (iets dergelijks gebeurt in oostenrijk, las ik in een reactie van Liesbeth) zitten de weidevogels weer in de lift!
Mijn eigen ervaring. Een jaar of 10 geleden heb ik in de herfst eens stalmest uitgereden midden op een perceel akkerland in een strook van ca. 10 m bij 200 m. En wars van de regels van de mestwet deze mest niet ondergewerkt. Het volgende voorjaar zaten op deze (kleine)strook uitgereden stalmest maar liefst 9 paartjes kieviten met een nest. Zelfs de plaatselijke vogelwacht was er verbaasd over. Geeft echter wel aan dat deze in de herfst uitgereden en niet ondergewerkte stalmest kieviten heeft aangetrokken. Na een rondgang langs de nesten ook niet verwonderlijk. Het wemelde in de uitgereden stalmest van de insecten. Mest en kieviten is dus één. En om mest en kievit één te laten zijn moet er blijkbaar wel in de herfst mest uitgereden worden en die niet onder- of inwerken. En dat mag helaas niet van onze mestwet. Naast alle boosdoeners die in de achteruitgang van de weidevogelstand worden genoemd kan de mestwet wel eens de grootste boosdoener zijn.
Helemaal mee eens Piet. Ik weet nog dat vroeger (ik ben al oud) soms ruige mest, ofwel mest met stro erdoor in het voorjaar werd uitgereden. Doorwerken daar deed men niet aan op grasland. Dat vormde een soort van buffet voor de weidevogels, door de enorme hoeveelheden insecten en wormen. Overigens werd toen over het algemeen pas veel later gemaaid, wat de kuikens meer de gelegenheid gaf om op te groeien. Anderzijds werden in die tijd tot 5 april fanatiek eieren geraapt van de kievit, wat weer negatief werkte.
Henric, blij dat je het vanwege de mest met me eens bent. Overigens dat fanatiek eierrapen tot 5 april is echt niet nadelig voor de kievit. Een kievit kan 3 legsels per jaar produceren. En bij ons hier in Friesland ben ik wel eens op 21 juni een broedende kievit tegengekomen. Niet meer rapen betekend dat een kievit meteen het 1ste legsel gaat uitbroeden. En dat is meestal te vroeg omdat er in het veld nog te weinig nieuwe begroeiing is waar de jonge kieviten zich in kunnen schuilhouden.
Door gebrek aan begroeiing heb ik al eens meegemaakt dat een reiger in de slootkant twee kievit kuikens te grazen nam. Een snelle loop vanuit de trekker om de reiger de jongen uit te laten spugen mislukte. En kievit kuiken nummer 3 werd door die op de vlucht geslagen reiger ook nog even opgepakt. Door gebrek aan begroeiing was dit kievit paartje in één keer haar hele legsel kwijt.
Bij de voorjaars werkzaamheden op het land is het ook lastig dat het 1ste legsel al is uitgebroed. Voor het verbod op eierrapen was het bij landwerkzaamheden op akkerland alleen nest verplaatsen, meestal 2de legsel. Nu lopen de jonge kuikens van het 1ste legsel bij de voorjaarswerkzaamheden steeds voor de tractor uit. Je moet dus argusogen hebben om te zorgen dat het jonge grut niet in de machine terecht komt. Een kievitsjong heeft zo`n goede schutkleur dat je die pas op enkele meters afstand ziet. Op akkerland 1ste legsel oprapen is zo gek nog niet, het 2de legsel heeft meer kans van slagen om jongen groot te krijgen.