Dit rozenknopje staat er vandaag zo bij. Elders in de tuin staan er verschillende in bloei. Dat is zelfs waar ik nu ben, in het bergachtige achterland van de Middellandse zee, uitzonderlijk.

En zo gebeurt er veel uitzonderlijks. We willen van een gesubsidieerde boerenbulklandbouw naar een ondernemerslandbouw. De knuffelversies daarvan lukken zo’n beetje, maar de grote zijn economisch kwetsbaar. De echt grote die wel degelijk lukken, zijn onder meer genetisch gemanipuleerd en slechts in een heel beperkt aantal handen. Zakelijk doen ze het prima. Alleen zijn velen ertegen. Om economische en bestuurlijke redenen zit daar wat in. Een wereld die binnenkort 10 miljard mensen telt, kan voor zijn voedsel maar beter niet afhankelijk zijn van een paar grote spelers. Het is bestuurlijk onverstandig om hen alle gelegenheid te geven om de beschikbare volumes en daarmee de prijzen te sturen. Zo’n landbouwmodel cumuleert alle waarde in slechts een paar handen die besluiten over wie hongert en wie niet. De Middeleeuwen zijn niet voor niets voorbijgegaan.

Verkeerde snaar
We willen een economie die weliswaar geld verdient, maar die vooral op lange termijn waarde creëert in de vorm van een leefbare wereld die we kunnen delen. De waarde van de toekomst zit niet meer in het geld dat enkelingen accumuleren, maar in het kunnen en doen delen in een goed leven op deze planeet. Delen we niet dan krijgen we, omdat iedereen tegenwoordig ziet wat een ander elders op aarde heeft, ruzie en strijd.

McKinsey bracht afgelopen week een onderzoek naar buiten waarin bestuurders van grote ondernemingen zeggen dat ze weten dat het zo moet en zal gaan, maar dat ze hun beleid toch echt richten op de korte termijn. Anders verliezen ze marktaandeel en kunnen ze hun kosten niet meer dekken; ze raken achterop, worden een overnameprooi of gaan uiteindelijk failliet. Daarom houden ze vast aan oude manieren van doen.

Het veranderen van been blijkt niet makkelijk. Al helemaal niet als profetische zieners en andere ideologen steeds harder roepen dat het heel snel anders moet, maar kennelijk de verkeerde snaren raken om de overgangen die zelfs bedrijfsbazen nodig achten, mogelijk te maken.

Een klap of een overgang
Onderwijl geeft zo’n simpel en in de winter zelfs vrolijk makend rozenknopje aan dat we toch andere manieren van leven zullen moeten vinden én moeten gaan ontdekken hoe we de overgang van de oude Industriële Revolutie, die ons leven nog steeds bepaalt, naar een nieuw tijdperk kunnen faciliteren. Het tijdperk van de schijnbare materiële overvloed stuit definitief op zijn grenzen en zorgt voor een alweer nieuwe samenleving waarin we onze naar altijd meer strevende behoeften met minder materiële en meer immateriële consumptie zullen moeten leren bevredigen. Dat kan geleidelijk of met een grote klap, zoals we er in de eerste helft van de vorige eeuw al twee mee moesten maken.

Geordende chaos

Toen was er sprake van een economische oververhitting en daarop volgende crisis in de oude rijke wereld. Nu is er sprake van groeistuipen in nieuwe economieën, crisis in de oude en verschuiving van de economische macht naar niet-Westerse culturen. Toen was er geen sprake van een wereldwijde strijd om de grondstoffen. Nu wel. De overgang is dan ook niet op te lossen door de flinke klappen en lessen die mensen toen weer even moesten leren om hun gezamenlijk belang te hervinden. Nu is de noodzakelijke overgang – ‘transitie’, zeggen de geleerden – groter dan toen. Ons kleine planeetje is dan ook een paar decennia, angstaanjagend vele miljarden mensen en verbluffend veel meer gecumuleerde kapitaal in enkele handen verder.

Ook toen preekten zieners hun meningen. En dat doen ze nu weer. Ook toen waren er mensen die wezen op de gevaren van versimpelingen van de werkelijkheid en hun invloed op de massa’s. Luisteren naar wat anderen te zeggen hebben, zeiden door de zieners weggeduwde humanisten, is belangrijker dan debiteren hoe het moet. Samen kijken naar hoe het ervoor staat en naar elkaar luisteren hoe we het vanaf hier zouden kunnen aanpakken, had zomaar een Wereldoorlog kunnen schelen als er naar hen was geluisterd. Maar we konden het niet. Mensen maken het zichzelf makkelijk en volgen de leider.

Toch is het ditmaal mogelijk anders. Geleerden in de bestuurskunde geven aan dat onze wereld zo complex is geworden dat je die beter niet van bovenaf kunt besturen. Nieuwe structuren kun je beter in zichzelf ordenende chaos laten ontstaan, zeggen inmiddels bestuurskundigen de Russisch-Belgische chemicus Ilya Prigogine na. Beleid dus ook.

Lenins vuilnisvat en spionerende overheden versus het Internet
Zieners en overheden denken nog altijd in beleidsvormen van bovenaf. De anderen moeten hen volgen. Daarom stopte de revolutionair Lenin mensen die wel de vernieuwing maar niet hem wilden volgen in het vuilnisvat van de geschiedenis. Dat lukt niet zo makkelijk meer, want we hebben Internet. Dat kun je als overheid gebruiken om ons te bespioneren omdat je bang voor ons bent. De bespioneerden kunnen het ook gebruiken om naar elkaar te luisteren, van elkaar te leren en vanuit respect voor elkaars manier van met de feiten omgaan tot onverwachte oplossingen te komen. Ik acht het niet onmogelijk dat bedrijven er groot voordeel bij kunnen hebben om hun klanten mee te laten praten. Ik acht het zelfs niet onmogelijk dat ze McKinsey iets anders hadden verteld als ze de manieren om dat te laten gebeuren al hadden ontwikkeld. Er zit iets in de weg en het heeft - denk ik, na 30 jaar nadenken over hetgeen 'ons maatschappelijk verband' een 'samenleving' laat zijn - te maken met de manier waarop we openbaar onze mening vormen en die omzetten in keuzen over de manier waarop we ons samen-leven op de toekomst willen richten.

Stel je voor dat mensen zelf iets kunnen en mogen vinden in plaats te worden uitgemaakt voor randdebielen die moeten volgen. Zouden ze dan niet zowel actiever als verantwoordelijker worden? Wellicht lukt het dan wel om zonder grote klap overgangen te vinden.

Dat heeft een kans van slagen - denk ik - als we ons realiseren dat met het definitief verlaten van het Industriële Tijdperk de tijd van de onderheid aanbreekt. Of, beter nog, van onderheden die in gestructureerde chaos beleid maken voor de overheid.

Overheden blijven nodig
Overheden blijven nodig, want zij moeten beleid borgen, budgetteren en handhaven. Er ontstaat maar een kleine groep werkelozen. De zieners en profeten kunnen voor de eerste keer in de geschiedenis in het vuilnisvat van het post-industriële tijdperk worden gestopt. Ze hinderen op weg naar mogelijke toekomsten die niet in simpele visies te pakken of op te leggen zijn maar die, net zoals de natuur, de kans moeten krijgen te ontstaan. Onze grootste uitdaging is onszelf te leren besturen zoals een zich steeds opnieuw ordenende mierenhoop. Iedereen doet wat hij moet doen en is zelfstandig in zijn taak. En toch komt het beleid vanzelf tot stand, sneller dan haast hebbende profeten ooit effectief kunnen realiseren.

Met Foodlog wil ik proberen er een beetje aan bij te dragen op het gebied van voeding en voedsel. Of en wat het wordt, zullen de loop van 2014 en de daarop volgende jaren leren.

Fototcredits: rozenknopje in januari 2014, Foodlog Media
Dit artikel afdrukken