Consumenten snappen levensmiddelenmakers niet en omgekeerd. Da's onhandig. Daarom werd een conferentie bedacht om daar doorheen te breken, want tech is onvermijdelijk in de 21e eeuw, maar consumenten moeten het wel willen eten. Wat leverde dat op?
Dat is te lezen in het verslag van de conferentie Zachte zorgen, harde gevolgen én te bekijken in onderstaande animatie:
Tech is OK, zeggen levensmiddelenmakers. Nee, we willen het natuurlijk, zeggen consumenten. Pakjes, bakjes en zakjes maken eten geweldig en duurzaam - en dat is waar! - zeggen technologen. Je moet zelf koken, zeggen consumentengoeroe's zoals Karin Luiten.
We vroegen Dirk Haen, die de conferentie mede organiseerde wat hij ervan geleerd heeft en hoe volgens hem ons eten er over 10 jaar uit gaat zien. Hij antwoordde ons het volgende:
Geleerd
"De conferentie werd bezocht door een vrij diverse groep mensen uit verschillende hoeken van voedingsland. Het werd me duidelijk dat in elk van die kringen wel mensen te vinden zijn die begrijpen waar die zachte zorgen over gaan, en waarom ze voor eters zo belangrijk zijn. Dat is goed nieuws. Tegelijkertijd kreeg ik ook de indruk dat ze nog niet zo helder voor ogen hebben welke partijen in voedingsland dan aangewezen zijn om een verantwoordelijkheid te nemen voor die zachte zorgen; en wat die partijen dan vervolgens kunnen doen om aan zachte zorgen ook echt gehoor te geven. Wat zouden we moeten doen om voedsel “natuurlijker” te maken? Hoe kunnen producten bijdragen aan “de meerwaarde van samen eten”?
Dit zijn geen eenvoudige vragen; ik heb daar zelf ook geen pasklaar antwoord op. In elk geval is met de conferentie een eerste stap gezet in een publieke discussie over deze verantwoordelijkheden.
Anderzijds viel mij op dat er toch ook enige scepsis is over de zin van een dergelijke discussie. Deelnemers leken hiervan wel overtuigd te zijn, maar vroegen zich tegelijkertijd af of zowel consumenten als aanbieders zelf wel een belang zien in een dialoog over zachte zorgen: waarom zouden zij met elkaar om tafel gaan zitten? Er heerst een sterke overtuiging dat – als puntje bij paaltje komt – de “markt” bepaalt, en niet het “forum”. Mijns inziens is dat een hardnekkig misverstand."
Wat eten we over 10 jaar als het aan de consument ligt?
"Dat weet ik niet; ik heb wel ideeën over hoe het aanbod eruit zou moeten zien. Hier is een denkrichting: voedingsproducten moeten qua samenstelling en bewerking eenvoudiger worden, en het aanbod gevarieerder. Dat wil zeggen: maak het de consument gemakkelijker om “goed voedsel” te herkennen, en maak hem minder afhankelijk van wetenschappelijke expertise over wat er in je eten zit en wat het met je doet. Daar kun je het aanbod op afstemmen. Maak het aanbod gevarieerder, in de zin dat wat er in de schappen ligt een veel breder palet van waarden uitdrukt dan nu het geval is. Maak plaats voor andere waarden dan gemak en betaalbaarheid alleen. Betrek hiervoor eters (niet alleen kopers) vroegtijdig (en niet alleen in de eindfase) bij productinnovatie."
Wij doen een poll: denk je dat levensmiddelentechnologie een noodzakelijk kwaad is of helpt het de mensheid juist vooruit? Als je voor het laatste bent, wil je dan in de commentaren eens proberen aan te geven waarom? Don't be shy!
Fotocredits: Bacteria solution, Umberto Salvagnin
-- POLL --
Dit artikel afdrukken
Tech is OK, zeggen levensmiddelenmakers. Nee, we willen het natuurlijk, zeggen consumenten. Pakjes, bakjes en zakjes maken eten geweldig en duurzaam - en dat is waar! - zeggen technologen. Je moet zelf koken, zeggen consumentengoeroe's zoals Karin Luiten.
We vroegen Dirk Haen, die de conferentie mede organiseerde wat hij ervan geleerd heeft en hoe volgens hem ons eten er over 10 jaar uit gaat zien. Hij antwoordde ons het volgende:
Geleerd
"De conferentie werd bezocht door een vrij diverse groep mensen uit verschillende hoeken van voedingsland. Het werd me duidelijk dat in elk van die kringen wel mensen te vinden zijn die begrijpen waar die zachte zorgen over gaan, en waarom ze voor eters zo belangrijk zijn. Dat is goed nieuws. Tegelijkertijd kreeg ik ook de indruk dat ze nog niet zo helder voor ogen hebben welke partijen in voedingsland dan aangewezen zijn om een verantwoordelijkheid te nemen voor die zachte zorgen; en wat die partijen dan vervolgens kunnen doen om aan zachte zorgen ook echt gehoor te geven. Wat zouden we moeten doen om voedsel “natuurlijker” te maken? Hoe kunnen producten bijdragen aan “de meerwaarde van samen eten”?
Dit zijn geen eenvoudige vragen; ik heb daar zelf ook geen pasklaar antwoord op. In elk geval is met de conferentie een eerste stap gezet in een publieke discussie over deze verantwoordelijkheden.
Anderzijds viel mij op dat er toch ook enige scepsis is over de zin van een dergelijke discussie. Deelnemers leken hiervan wel overtuigd te zijn, maar vroegen zich tegelijkertijd af of zowel consumenten als aanbieders zelf wel een belang zien in een dialoog over zachte zorgen: waarom zouden zij met elkaar om tafel gaan zitten? Er heerst een sterke overtuiging dat – als puntje bij paaltje komt – de “markt” bepaalt, en niet het “forum”. Mijns inziens is dat een hardnekkig misverstand."
Wat eten we over 10 jaar als het aan de consument ligt?
"Dat weet ik niet; ik heb wel ideeën over hoe het aanbod eruit zou moeten zien. Hier is een denkrichting: voedingsproducten moeten qua samenstelling en bewerking eenvoudiger worden, en het aanbod gevarieerder. Dat wil zeggen: maak het de consument gemakkelijker om “goed voedsel” te herkennen, en maak hem minder afhankelijk van wetenschappelijke expertise over wat er in je eten zit en wat het met je doet. Daar kun je het aanbod op afstemmen. Maak het aanbod gevarieerder, in de zin dat wat er in de schappen ligt een veel breder palet van waarden uitdrukt dan nu het geval is. Maak plaats voor andere waarden dan gemak en betaalbaarheid alleen. Betrek hiervoor eters (niet alleen kopers) vroegtijdig (en niet alleen in de eindfase) bij productinnovatie."
Wij doen een poll: denk je dat levensmiddelentechnologie een noodzakelijk kwaad is of helpt het de mensheid juist vooruit? Als je voor het laatste bent, wil je dan in de commentaren eens proberen aan te geven waarom? Don't be shy!
Fotocredits: Bacteria solution, Umberto Salvagnin
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Aan de poll te zien: dit interesseert mensen niet eens. Zou dat ook werkelijk een afspiegeling zijn van de werkelijkheid?
Met andere woorden: beleidsmakers geven teveel aandacht aan een onderwerp dat lang niet zo leeft als mensen uit een bepaald milieu denken?
Het eten wordt nooit tech, wel de technologie om het eten te maken. Zonder tech geen eten. Is al tienduizenden jaren zo. Op kantoor noemen we voedsel(producten) de toepassingen/applicatie en de technologie is een middel om het product te maken. Volgens mij gaat het eerder over romantiek en cultuur. En beleidsmakers? Die hebben in de praktijk niet veel te maken met het onderwerp denk ik.
gisteren op TV Utrecht, Henk Westbroek bij de viskraam, wat er het meest verkocht werd??: vooral haring en gebakken kibbeling, verse vis alleen nog door allochtonen, NLers houden niet vd vislucht in de keuken en de graten op het bord. M.a.w., we gaan voor het gemaksvoedsel en de technologie, en we mijden de verse vis die oma nog herkende, in de kieuwen keek en wist te bereiden (levende aal, uit een kissie met zaagsel, voor de klant strippen gebeurt ook niet meer), dus geen spullen meer waar Pollan zo mooi over kan schrijven. Einde culinair verhaal!
@Dirk, best logisch toch. Ikzelf maak geen kleren meer, vraag hulp bij het schoonmaken, ga niet meer het bos in om hout te sprokkelen, en gebruik ook de waterput op het dorpsplein niet meer. Koken wordt vooral afbakken en opwarmen. Verse groente koop ik voorgesneden en gewassen. Weinig romantisch, maar het is niet anders. Waarom zou ik nog net zoals je oma in de kieuwen gaan kijken?
@ wouter: vraag dat maar aan Janneke Vreugdenhil of Florine Boucher, maar vooral niet aan Rosanne Hertzberger. En wat een geluk dat allochtonen nog niet helemaal geintegreerd zijn, anders geen verse vis meer op de markt, alleen kibbeling!