In de NRC beschrijft de jonge Vlaams-Amsterdamse arts Emma Bruns haar ervaringen in het New Yorkse Harlem Hospital. Daar wordt ze in de praktijk verder opgeleid door Amerikaanse ziekenhuisdokters. Ze noteert wat zo langzamerhand iedereen weet, maar weinig artsen hardop durven te zeggen: veel artsenwerk is dweilen met de kraan open. Consumenten kopen wat hen wordt aangeboden, worden dik en ziek of krijgen een ongeluk en zijn dan lastig uit hun autowrak te zagen. Artsen lappen hen weer op.

Toch vinden ook jonge Amerikaanse dokters dat de consumentenvrijheid om zich het ongans te eten aan wat je beter met de hoogst mogelijke mate moet eten, niet mag worden aangetast.

Dat is toch gek? En zo is het natuurlijk ook.

Een passage uit Bruns' uitstekend geschreven levensfragment uit New York: Het contrast is stuitend. Zo zorgvuldig als we uitgelegd krijgen hoe we een buis in de luchtpijp moeten inbrengen bij een bewusteloze patiënt, zo argeloos worden ’s middags de bakken met gefrituurde vis en kip met frisdrank neergezet. Als ik mijn mede-cursisten (vooral Amerikaanse artsen die op de spoedeisende hulp werken) er iets over vraag, krijg ik veelal een cynisch maar ook ietwat defensief antwoord. Net als bij het recht op het bezitten van een wapen, vindt de meerderheid dat mensen zelf mogen beslissen wat ze in hun mond stoppen, al is het een pizza ter grootte van een salontafel. Tijdens de cursus wordt veel nadruk gelegd op het belang van anticiperen op wat er mis kan gaan. Een acute bloeding, dat begrijpen we en dat behandelen we. Maar de tikkende tijdbommen, alle mensen die ik die avond op straat zie kauwen en slurpen, dat is te ingewikkeld.
NRC - Geef patiënten geen witte boterham met jam
  • Deel
Druk af