Al sinds 1960 dalen de populaties van Nederlandse boerenlandvogels permanent en van 27 soorten kenmerkende boerenlandvogels zijn de populaties sinds 1990 gehalveerd.

Tussen 2012 en 2019 is ook het 'nestsucces' van beschermde nesten van vogels van het open boerenland afgenomen van 60 tot ongeveer 40%. Van erf- en struweelvogels is het nestsucces sinds 2000 stabiel op zo'n 80% (als alle nesten van boerenlandvogels minstens 1 jong opleveren, is er sprake van 100% 'nestsucces'). Dat blijkt uit de verzamelde natuurdata van Sovon en het CBS.

Nederland heeft een internationale plicht om te rapporteren hoe het gaat met de natuur. De EU vraagt specifiek naar de populatieontwikkelingen van boerenlandvogels. Dat zijn bijvoorbeeld grutto, kievit, scholekster, slobeend, tureluur en wulp (soorten van het open boerenland), en boerenzwaluw, spotvogel, ringmus, spreeuw, steenuil en torenvalk (erf- en struweelvogels).

De achteruitgang van de boerenlandvogelstand wordt aan een aantal factoren geweten: veranderingen in agrarisch landschapsbeheer (ruilverkaveling, schaalvergroting), rooien van houtwallen, drainage en aanleg van wegen, meer bemesting van grasland, vaker en vroeger maaien, monocultuur van Engels raaigras. Maar ook de versnelde en diepere ontwatering van weilanden en akkers. "Wormen zijn moeilijker te vinden en er zijn minder insecten voor de vogels om te eten. Volwassen steltlopers zoals de grutto of de scholekster kunnen door de verdroging minder goed hun snavel in de grond prikken, omdat de grond harder is. Kuikens vinden minder insecten op de grond en in de vegetatie, en in de flora en fauna rondom het boerenland," zegt Tom van der Meij, statistisch onderzoeker bij de natuurstatistieken van het CBS. Met andere woorden: voor het behoud van boerenlandvogels is de huidige boerenpraktijk verre van ideaal.

Vandaag werd ook bekend dat DDT in dode grutto's is aangetroffen. Vermoedelijk is het gif afkomstig uit westelijk Afrika waar de dieren overwinteren.
CBS - Bad Request
  • Deel
Druk af