Wij, ondertekenaars van deze brief willen u, samen met ruim 20.000 Nederlanders, laten weten dat voor u het moment is aangebroken om op te treden in het kader van misstanden die ontstaan door het groeiend gebruik van houtige biomassa voor energie-opwekking en de financiering daarvan.

De verwoesting die in biodiversiteit en ecosystemen door het groeiend gebruik van deze houtige biomassa ontstaat, in zowel binnen- als buitenland, is onacceptabel.

Overheidssubsidies spelen hierbij een bepalende en kwalijke rol. Wij willen u dan ook nadrukkelijk verzoeken het kabinet en parlement te adviseren om deze SDE+ subsidie voor verbranding van houtige biomassa2 onmiddellijk stop te zetten. Deze subsidiegelden zouden volgens ons moeten worden geïnvesteerd in het isoleren van huizen en echte duurzame energie en niet in een boekhoudkundige truc, die op papier een probleem oplost maar in werkelijkheid de situatie oneindig veel slechter maakt.

Toename CO2 uitstoot op korte en middellange termijn
In de huidige situatie worden in Nederland en het buitenland jaarlijks met miljarden aan overheidssubsidie miljoenen bomen gekapt en verbrand in biomassacentrales om zogenaamd duurzame energie op te wekken. Inmiddels is echter alom bekend dat biomassa geenszins CO2 neutraal is en de klimaatverandering juist versnelt. De verbranding van hout geeft zelfs meer uitstoot dan bij verbranding van gas (2 keer zoveel) en steenkool (minstens 15% meer). Dit feit wordt door voor- en tegenstanders erkend. Inderdaad kan deze extra uitstoot op termijn weer opgenomen worden door nieuwe aanwas, maar deze termijn is te lang om de opwarming van de aarde te stoppen. Hiervoor is nu een reductie van de CO2 uitstoot nodig.

Opwarming aarde
Naast de vernietiging van natuur en biodiversiteit door kaalkap en de toename in uitstoot van CO2, zijn ook fijnstof en andere schadelijke stoffen die vrijkomen bij de verbranding van biomassa een bedreiging voor ons, de natuur, de toekomst van onze kinderen en de volksgezondheid. Het RIVM, de GGD’s, het Longfonds, Milieudefensie, en vele nationale en internationale wetenschappers op het gebied van ecologie, energie, klimaat, gezondheid en luchtkwaliteit waarschuwen al geruime tijd voor de gevolgen. Om deze redenen is het cruciaal dat we in de komende 10 jaar alles doen om de uitstoot sterk te verminderen. Door in deze periode in te zetten op biomassa als transitiebrandstof in plaats van op gas, wordt het tegenovergestelde bereikt; de uitstoot zal toenemen in plaats van afnemen. In het zeer optimistische geval dat alle gekapte en verbrande bomen weer duurzaam geplant zouden worden, duurt het nog 40 tot 100 jaar voordat diezelfde uitstoot weer is opgenomen. Deze situatie is onhoudbaar geworden en volstrekt onacceptabel.

Misstanden
Daarnaast wordt het steeds duidelijker dat de Nederlandse stimuleringssubsidie grote misstanden in het buitenland (o.a. in de VS en de Baltische Staten) veroorzaakt. De mate waarin internationale regels worden nagevolgd en gecontroleerd verschilt van land tot land en werkt illegale kap, kaalkap, corruptie in de keten en veronachtzaming van nationale en Europese natuurbeschermingsregels in de hand.

Publieke opinie: geen draagvlak
Doordat bovenstaande aspecten van biomassa inmiddels bij het grote publiek bekend zijn is het draagvlak voor biomassa als brandstof in de energietransitie sterk aan het afnemen. En dat terwijl draagvlak een belangrijkste vereiste is in de energietransitie hoort te zijn, volgens ons en volgens de overheid zelf.

Verzoek
Om deze redenen verzoeken wij u als SER-werkgroep, met klem het kabinet en het parlement te adviseren om de overheidssubsidie voor biomassaverbranding in kolen- en biomassacentrales onmiddellijk stop te zetten. Wij realiseren ons dat dit grote gevolgen zal hebben voor de klimaatdoelstellingen omdat het ons dwingt de afspraak dat biomassa geen CO2 uitstoot heeft, te heroverwegen in het licht van de urgentie van de klimaatverandering, de zorg voor de wereldwijde biodiversiteit en de gezondheid van onze bevolking.

Met vriendelijke groet,
Namens alle ondertekenaars hieronder vermeld,

1. Landelijke milieuorganisaties:
Comite Schone Lucht, dr. Fenna Swart (vz), initiatiefnemer brief, Leefmilieu, drs. Maarten Visschers (bestuurslid), initiatiefnemer brief, Federatie tegen biomassa, Noel Swennenhuis (medeoprichter) Mobilisation for the Environment, drs. Ing. Johan Vollenbroek (vz) Urgenda, drs. mr. Marjan Minnesma (directeur)

2. Regionale organisaties:
Arnhems Peil
Bloei in Arnhem
Bomenbrigade Boxtel Bomenkapmeldpunt
Comité Matiging Kapbeleid Slangenburg Duurzaam Dorp Diemen
Fossielvrij Amsterdam
Geen biomassacentrales in Waddinxveen
Heerlijkheid de Hare
Partij voor de bomen Texel
Stichting Groen in Amersfoort Stichting Kritisch Bosbeheer
Stichting Ecoplan Natuurontwikkeling Stichting Groen Weert e.o.
Stichting Vrijwillig Bosbeheer Noord Werkgroep Bomen Groningen Werkgroep Voetafdruk Nederland Werkgroep Houtrookvrij

3. Buitenlandse bosbeschermingsorganisaties:
Australian Forests and Climate Alliance, drs. Frances Pike (vz)
Biofuelwatch, drs. Almuth Ernsting (onderzoeker en campagneleider) Canopee France, ir. Sylvain Angerand (campagne coördinator) Dogwood Alliance, mr. Rita Frost (milieujurist en campagneleider) Estonian Forest Aid, Martin Luiga (communicatie coördinator)
Fern, msc. Hannah Mowat (campagne coordinator )
Forests, Climate and Biomass Energy Working Group, Environmental Paper Network, drs. Peg Putt (vz) Save Estonian Forests, Liina Steinberg (vz)

4. Wetenschappers/ deskundigen:
Ir. Leffert Oldenkamp, adviseur bosbeheer (voormalig beheerder bossen binnen en
buiten Nederland),
Dr. Jaap Kuper, Stichting Natuurvolgend Bosbeheer
Dr. Patrick A. Jansen, universitair hoofddocent Ecologie
Dr. Mary Booth, directeur en onderzoeker Partnership for Policy Integrity Prof. dr. ir. David Smeulders, hoogleraar Energietechnologie,
Technische Universiteit Eindhoven
Prof. dr. Martijn Katan, biochemicus, em. hoogleraar Voedingsleer
Prof. dr. Harry van der Laan, em. hoogleraar Astronomie
Prof. dr. Rudy Rabbinge, em. hoogleraar Duurzame Ontwikkeling en Voedselzekerheid
Prof. dr. Louise E.M. Vet, em. hoogleraar Ecologie en voorzitter Deltaplan Biodiversiteitsherstel
Dit artikel afdrukken