Tot op heden wordt dit jaar gekenmerkt door weersextremen. Halverwege maart was er sprake van vrieskou, in april en mei trad regionaal zeer hevige en overvloedige regenval op. En in juni en juli is sprake van een landelijke en langdurige droogte en een hittegolf. Deze weersomstandigheden hebben ervoor gezorgd dat boeren onvoldoende gras en mais kunnen oogsten om hun dieren te voeren gedurende de winter. Inmiddels hebben akkerbouwers soms complete percelen met gewassen opgegeven.
De verwachting is dat de komende twee weken nauwelijks neerslag zal vallen. De regen die daarna mogelijk komt, zal te laat en onvoldoende zijn om de gewassen op het land te redden. LTO Nederland bestempelt de huidige droogtesituatie daarom nu als een crisis. Dat maakt dat een pakket van crisismaatregelen om boeren te ondersteunen hard nodig is.
Het is voor het eerst dat landelijk geldende crisismaatregelen voor boeren van kracht moeten worden vanwege de droogte. Eerder zijn wel crisismaatregelen voor boeren genomen vanwege te veel neerslag in specifieke regio’s.
LTO eist een breder steunpakket dan de minister vooralsnog wilde geven. Daarover schrijft LTO:
Het pakket aan steunmaatregelen bevat enerzijds uit technische maatregelen en moet anderzijds bestaan uit economische ondersteuning. Zo wil LTO wil geen aanscherping van beregeningsvoorschriften en worden intensieve gesprekken gevoerd met de verschillende waterschappen over dreigende aanscherping van beregeningsverboden. LTO gaat in overleg met Rijkswaterstaat over voldoende waterinlaat vanuit de grote rivieren. Eerder is het ministerie van LNV al gevraagd om een verlenging van de uitrijperiode van drijfmest op het gras- en bouwland met twee weken tot 15 september. Boeren kunnen zodoende het groeiseizoen verlengen. Deze maatregel geldt alleen voor die boeren die onvoldoende hun land in het voorjaar hebben kunnen bemesten vanwege de vrieskou in maart en de vele neerslag daarna.
Daarnaast moeten boeren meer tijd krijgen om groenbemesters in te zaaien na de oogst van bijvoorbeeld maïs. LTO wil dat er toestemming komt om vanggewassen te gebruiken als veevoer en om komend najaar grasland te vernieuwen.
Wat betreft de economische crisismaatregelen treedt LTO Akkerbouw in overleg met de aardappelverwerkende industrie over de dramatische situatie bij de aardappelboeren als gevolg van de droogte. Met verzekeraars en overheid zal worden onderhandeld over het aantrekkelijker maken van de Brede Weersverzekering door bijvoorbeeld afschaffing van de assurantiebelasting.
LTO Nederland gaat verder in overleg met diverse ministeries over versoepeling van belastingbetalingen, bijvoorbeeld uitstel betaling inkomstenbelasting 2017 en verrekening in de aangifte 2018. Met RVO.nl wordt besproken hoe kortingen op de subsidie voor bloemrijke grasranden zijn te voorkomen nu het vereiste aantal soorten vaak niet wordt gehaald.
De Unie van Waterschappen wijst op haar website op het feit dat klimaatverandering Nederland in toekomstige zomers nog veelvuldig voor een watervraagstuk zal plaatsen. Die nieuwe waarheid klinkt nog wat onwennig omdat we ons land nog altijd zien als een waterland dat zich geen zorgen hoeft te maken over watertekorten. Die tijd, zeggen officiële instanties, is voorbij.
Water is een schaars goed dat essentieel is voor een aantal zaken in ons land. Water is nodig om de dijken nat te houden; als ze uitdrogen spoelen ze weg. Water is ook nodig om de verzilting vanuit de Noordzee tegen tegen te gaan; om druk tegen de zee te houden, zijn grote hoeveelheden water nodig die niet zomaar weggepompt kunnen worden om gewassen te beregenen. Water is nodig om de elektriciteitcentrales te koelen; als ze uitvallen komt de gehele samenleving stil te liggen. Over te verwachten crises op het gebied van koelwater en energie schreven we vorig jaar.
Om dergelijke redenen kent de zogeheten verdringingsreeks die de Nederlandse Waterwet hanteert, landbouw pas een late plek toe in het recht op water bij dreigende tekorten.
Op 10 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Iedere boer wil wat anders.
Heb mijn bedrijf op de zware klei in het koele Noordholland . Vroeger kwam een goede aardappel van de klei. Door het stront overschot komt er ook een smaak vollere aardappel van het zand. Lage bewerkingskosten hoge oogst zekerheid. Mijn bedrijfsmarge onder druk. Dit jaar kom ik er relatief beter uit (gewas is nog groen, ik heb nog hoop). En nu komen de hulp troepen. Mag ik voor mezelf bepalen wat de slechte jaren waren?
‘De aanhoudende droogte en de gevolgen daarvan zijn rampzalig voor boeren, gewassen en vee, schrijft LTO Nederland.’
Gevoelens van deernis en met alle begrip voor de arme nu zo getroffen landman. Maar de gevolgen pakken naar verwachting financieel ook rampzalig uit voor de consument zoals her en der diverse media al lieten weten. Zoals gebruikelijk is zullen de supermarkten er wel weer een collectief slaatje weten uit te slaan en de verhoogde prijzen nauwelijks of nooit meer laten zakken. Zie hiervoor alleen al de pieperprijzen van nu en niet te vergeten de appelprijzen.
Als LTO tijdens deze rit zo vriendelijk wil zijn om bij de minister tevens een lans te breken voor compensatie van de op termijn te treffen consument/afnemer, die ook niet op deze hitte en droogte zat te wachten, zou ik dat zeer appreciëren.
IJsverkopers, strandtent-exploitanten, horeca algemeen, aircoverkopers, zwembaden enz. die nu schatten verdienen een droogtebelasting in de maag splitsen. Daarvan de getroffen landman compenseren. Een druppel op een gloeiende plaat weliswaar, maar al is het alleen maar om ‘t idee.
De oproep van LTO vindt bij verschillende parlementsleden gehoor, schrijft Boerderij. "De druk op de minister neemt toe om met maatregelen te komen. Aan de andere kant wordt de bal ook bij de landbouw en de landbouworganisaties gelegd: de sector moet voorbereid zijn op extreme situaties."
Jaco Geurts (andere landen nemen ook nationale maatregelen, denk om het gelijke speelveld), Helma Lodders (ontheffing op de verplichting om nu groenbemesters in te zaaien, uitzonderingsregels voor uitrijden van mest, scheuren van grasland en vergroening), Tjeerd de Groot (langetermijnbeleid zodat grond meer vocht vasthoudt), Frank Futselaar (discussie over wat als klimaatverandering uitzonderlijk weer een permanent fenomeen wordt), Esther Ouwehand (akkerbouwers en tuinders moeten eisen dat LTO verzet tegen verkleining veestapel staakt) hebben ieder hun eigen ideeën. CDA en D66 willen de brede weerverzekering aanpakken.
In de reacties op het artikel maken boeren duidelijk hoe groot de kloof is tussen 'de gewone mensen' en het boerenbestaan. "Zou het echt meer regenen als we minder koeien houden? Minder mensen zou misschien beter helpen..." schrijft bijvoorbeeld reageerder pinkeltje.
Weer wordt de smoes gebruikt dat verlenging van de uitrijperiode van mest nodig is voor voldoende groei van gewassen. Dat is onzin, door de droogte zijn meststoffen niet uitgespoeld en hebben de gewassen daarvan weinig opgenomen. Er zit nog voldoende in de bodem om de zeer beperkte groeipotentie vanaf september (zonlicht is beperkende factor) mogelijk te maken. Zeg gewoon dat de put te vol zit en dat je de jaarlijks maximaal toegestane hoeveelheid mest, gebaseerd op een normale opbrengst, daarom alsnog wilt uitrijden. Dat toegeven is niet gemakkelijk, maar over je eigen vakgebied onzin declameren zou ik nog lastiger vinden.
Er wordt overigens te gemakkelijk vanuit gegaan dat verdroogd grasland wel weer aan de groei gaat na regen. Op niet-beregende droge zandgronden gaat gras wel degelijk dood door droogte. Herinzaai moet dan bij voorkeur in september en dat wettelijk toestaan is ook uit milieuoverwegingen gewenst. Wachten tot hoe het eruit gaat zien na de droogteperiode (na eind augustus volgens de laatste voorspellingen), en dan vaststellen of herinzaai nodig is, geeft tijdverlies. Beter is het om eerder stukjes grasland met een gieter nat te maken. Als het gras dood blijkt kan direct worden geploegd. Het voordeel is dat na regen snel gezaaid kan worden in vochtige grond, terwijl bij wachten tot na regen nog steeds grond naar boven wordt geploegd die te droog is voor kieming. Dit leidt zeker tot groeiverlies en mogelijk tot het totaal mislukken van de herinzaai.
Frans Aarts,
Het zou dus logischer zijn om de mestplaatsingsruimte die dit jaar niet benut is volgend jaar te mogen gebruiken, boeren met opslag houden de mest dan wel zoveel mogelijk in de put/opslag en hoeven niet creatief te gaan boekhouden.
Meer opbrengst en minder milieuschade, mestplaatsingsruimte verloren laten gaan dat doet niemand.
Sneetje gras na vroeg geoogste (verdroogde) mais en dood gras zal nog wel lukken.