Het nieuwe dierenwelzijnslastenboek krijgt wetenschappelijke onderbouwing. In opdracht van FEBEV start de KU Leuven onderzoek naar het dierenwelzijn bij paardenvleesbedrijven in Argentinië en Uruguay. Het project heet Respectful Life en in dat kader gaan wetenschappers van KU Leuven drie jaar lang poolshoogte nemen in Latijns-Amerika. Michael Gore van FEBEV zegt op Vilt dat hij 'klaarheid' wil brengen in de levensomstandigheden van slachtpaarden in Latijns-Amerika ten behoeve van zowel zijn leden-paardenvleesbedrijven als consumenten.

Import nodig
Volgens Gore kunnen de Belgische onderzoekers een reëel beeld schetsen van de paardenvleessector in Zuid-Amerika. Het zou de berichtgeving en beeldvorming door GAIA recht moeten zetten. Dat acht nodig is omdat er te weinig slachtpaarden van Belgische of Europese origine zijn. De Belgische paardenslachthuizen (2) en hun uitsnijderijen zien zich dan ook gedwongen om paarden(vlees) te importeren. Dat moet dan wel aan alle dierenwelzijnsaspecten voldoen.

De KU Leuven-onderzoekers, Bert Driessen en Jos Van Thielen, volgen de paarden tijdens het transport, in de 'feedlots' en tot in het slachthuis. Vorig jaar vond de eerste audit plaats, in totaal wordt de hele paardenvleesketen 4 keer doorgemeten. De onderzoekers nemen parameters als klimaat, seizoen, beschuttingsmogelijkheden, duur van het transport, transportmethode en wegsituatie mee om een zo volledig mogelijk beeld van de paardenvleessector te kunnen tekenen. Het gaat er om de "de paardenvleesketen te tonen zoals ze in realiteit te werk gaat, en op basis daarvan te oordelen of er verbeterpunten zijn", aldus Driessen.

Continu goed te werk gaan
Vilt vroeg de onderzoekers of de vooraf aangekondigde bezoeken geen 'vertekend beeld' zullen opleveren. Driessen: "De sector heeft er zelf alle baat bij om het continu goed proberen te doen. Bovendien is onze monitoring niet de enige, en krijgen slachthuizen en andere paardenvleesbedrijven nog meer organisaties en het plaatselijke voedselagentschap over de vloer".

Ook het feit dat de opdrachtgever een belanghebbende is, namelijk de vleesindustrie zelf, heeft volgens Driessen geen invloed op het onderzoek. "Het enige verschil is de historiek van de door GAIA in de media gebrachte welzijnsproblemen die aan paardenvlees kleeft", aldus Driessen. De KU Leuven financiert een groot deel van het onderzoek zelf mee.

'Open kaart spelen'
Het is de bedoeling dat de conclusies en aanbevelingen van het onderzoek publiek beschikbaar gemaakt worden op de website www.respectfullife.com. De sector zet met volle overtuiging in op open kaart spelen, om daarmee de continue negatieve berichtgeving rond paardenvlees om te buigen. "We willen het vertrouwen terugwinnen. Het onderzoek heeft dan ook tot doel om objectieve en verifieerbare parameters op het vlak van paardenwelzijn te identificeren”, zegt Gore van FEBEV. Daarmee hoopt de sector het vertrouwen in de paardenvleesketen te herstellen.
Dit artikel afdrukken